ECLI:NL:OGHACMB:2025:246
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de rechtsgeldigheid van een arbeidsovereenkomst en loonvordering tussen werkgever en werknemer
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een werkgever tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. De werknemer heeft in 2023 schilderswerkzaamheden verricht bij het Marriott-hotel op basis van een arbeidsovereenkomst. Er is echter onduidelijkheid over de aard van deze overeenkomst: was deze voor bepaalde of onbepaalde tijd? De werkgever heeft geen schriftelijk contract ondertekend, wat leidt tot een geschil over de rechtsgeldigheid van de arbeidsovereenkomst. Het Gerecht heeft de loonvordering van de werknemer toegewezen, en de werkgever is in hoger beroep gegaan. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de werkgever zijn standpunt toegelicht, maar het Hof oordeelt dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is geëindigd op de datum van ontslag. Het Hof bevestigt de beschikking van het Gerecht en oordeelt dat de werkgever de kosten van het hoger beroep moet vergoeden. De werknemer kan kosteloos procederen in hoger beroep, wat in lijn is met de wetgeving.