Uitspraak
[eiser 1],
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, hebben de eisers, CONFIDENT CONSTRUCTION B.V. en [eiser 1], een vordering tot herroeping ingediend van een eerder vonnis dat op 17 mei 2023 was uitgesproken. De herroeping is gebaseerd op de stelling dat Nagico Insurances N.V. bedrog heeft gepleegd door onjuiste verklaringen af te leggen over de rechtsgeldigheid van een Pledge. De eisers stellen dat Nagico tot 14 april 2020 heeft volgehouden dat de Pledge rechtsgeldig was, maar dit later heeft ontkend. De procedure begon met een verzetschrift van de eisers op 11 april 2024, gevolgd door een schriftuur van Nagico op 17 oktober 2024. Tijdens de mondelinge behandeling op 22 oktober 2024 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht.
De feiten van de zaak zijn als volgt: op 16 juli 2019 sloten de partijen een 'General Counter Indemnity', waarbij CC c.s. als 'the Indemnitor' en Nagico als 'the Surety' optraden. Nagico heeft op verzoek van CC c.s. garanties verstrekt aan het National Recovery Program Bureau (NRPB) voor betalingen die aan CC c.s. waren gedaan. In juni 2020 heeft Nagico aan NRPB bedragen betaald, waarna zij betaling van deze bedragen van CC c.s. heeft gevorderd. Het Gerecht in eerste aanleg heeft deze vordering toegewezen, en het Hof heeft dit vonnis in hoger beroep bevestigd.
Het Hof oordeelt dat de vordering tot herroeping niet kan slagen, omdat de gronden waarop CC c.s. hun vordering baseren reeds eerder in de procedure zijn aangevoerd. De cassatietermijn is verstreken zonder dat cassatie is ingesteld, waardoor het eerdere vonnis in kracht van gewijsde is gegaan. Het Hof wijst de vordering tot herroeping af en veroordeelt CC c.s. in de kosten van de procedure.