ECLI:NL:OGHNAA:2007:BG3817
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
- Hoger beroep
- H.L. Wattel
- R.W.L. Loeb
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Intrekking van een ruling en de gevolgen voor belastingaanslagen
In deze zaak gaat het om de intrekking van een ruling door de Inspecteur der Belastingen, die betrekking heeft op de toepassing van de Garantieverordening Winstbelasting op offshore-activiteiten van de appellante, RBTT Bank Aruba N.V. De ruling werd per 1 januari 2006 ingetrokken, wat leidde tot een procedure bij het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. Dit Gerecht verklaarde het beroep van appellante niet-ontvankelijk. Appellante ging hiertegen in hoger beroep bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba.
De appellante stelde dat de intrekking van de ruling onterecht was en dat zij hierdoor in haar rechten werd aangetast. Het Hof behandelde de zaak op 3 oktober 2007, waarbij de appellante werd vertegenwoordigd door haar belastingadviseur en advocaat. De Inspecteur was ook aanwezig, vertegenwoordigd door een medewerker van de Inspectie der Belastingen.
Het Hof oordeelde dat de intrekking van de ruling een handeling was ter voorbereiding van een mogelijke aanslag winstbelasting. Het Hof concludeerde dat de appellante door het doen van aangifte kon bewerkstelligen dat haar een aanslag werd opgelegd. Het Hof vernietigde de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg en verklaarde het Gerecht onbevoegd om van het beroep kennis te nemen. De beslissing van het Hof werd op 29 november 2007 openbaar uitgesproken, waarbij het Hof in naam der Koningin recht deed.