ECLI:NL:OGHNAA:2010:BM0325

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba

Datum uitspraak
12 maart 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AR 254/06 - H 520/08
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over service agreement en telecommunicatietarieven tussen Telem en SXM On-line

In deze zaak gaat het om een geschil tussen de naamloze vennootschap St. Maarten Telephone Company N.V. (hierna: Telem) en de naamloze vennootschap SXM On-line N.V. (hierna: SXM On-line) over een service agreement die partijen zijn aangegaan. Telem vordert een bedrag van NAF. 354.378,80 van SXM On-line voor het ter beschikking stellen van telecommunicatievoorzieningen. Telem stelt dat partijen een tarief hebben overeengekomen, terwijl SXM On-line dit betwist. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba oordeelt dat SXM On-line de stelling van Telem voldoende gemotiveerd heeft betwist. Er blijkt nergens uit dat partijen over het tarief hebben onderhandeld en in de service agreement is geen tarief vermeld. Het Hof wijst de vordering van Telem af en bevestigt het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, dat de vordering van Telem eerder had afgewezen. De uitspraak is gedaan op 12 maart 2010, waarbij het Hof ook de proceskosten aan Telem toewijst.

Uitspraak

Registratienummer: AR 254/06 - H 520/08
Uitspraak: 12 maart 2010
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN EN ARUBA
Vonnis in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ST. MAARTEN TELEPHONE COMPANY N.V.,
gevestigd op Sint Maarten,
oorspronkelijk eiseres, thans appellante,
gemachtigde: mr. P.A.M. Brandon,
- tegen -
de naamloze vennootschap
SXM ON-LINE N.V.,
gevestigd op Sint Maarten,
oorspronkelijk gedaagde, thans geïntimeerde,
gemachtigden: mrs. E.R. de Vries en P.M. Noordhoek.
Partijen worden hierna “Telem” en “SXM On-line” genoemd.
1. Het verloop van de procedure
1.1 Voor hetgeen in eerste aanleg is gesteld en gevorderd, voor de procesgang aldaar en voor de overwegingen en beslissingen van het Gerecht in eerste aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Sint Maarten (hierna: GEA) wordt verwezen naar het tussen partijen in deze zaak gewezen vonnis van 25 maart 2008.
1.2 Telem is in hoger beroep gekomen van dit vonnis door op 25 april 2008 een akte van appel in te dienen. Bij memorie van grieven, ingediend op 6 juni 2008, heeft zij drie grieven tegen het vonnis aangevoerd en toegelicht. Haar conclusie strekt ertoe dat het Hof het vonnis zal vernietigen en - alsnog rechtdoende - haar vordering zal toewijzen, met veroordeling van het SXM On-line in de kosten van beide instanties.
1.3 Bij memorie van antwoord heeft SXM On-line de grieven bestreden en geconcludeerd tot bevestiging van het vonnis waarvan beroep, met veroordeling van Telem in de kosten van het hoger beroep.
1.4 Op de voor pleidooi nader bepaalde dag hebben de gemachtigden van partijen pleitnota’s overgelegd. Telem heeft bij deze gelegenheid vooraf toegezonden producties in het geding gebracht.
1.5 Vonnis is nader bepaald op heden.
2. De grieven
Voor de grieven wordt verwezen naar de memorie van grieven.
3. De beoordeling
3.1 Geen grieven zijn gericht tegen de vaststelling van de feiten door het GEA onder 1 in het vonnis waarvan beroep. Die vaststelling komt het Hof bovendien juist voor. Zij dient daarom tot uitgangspunt bij de beoordeling in hoger beroep.
3.2 Het GEA heeft in het vonnis waarvan beroep de vordering van Telem afgewezen om SXM On-line uitvoerbaar bij voorraad te veroordelen tot betaling van NAF. 354.378,80 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2006 en NAF. 10.000,- buitengerechtelijke incassokosten, met veroordeling van SXM On-line tot betaling van de proceskosten. Hiertegen richt zich het hoger beroep.
3.3 De grieven, die zich voor gezamenlijke bespreking lenen, leggen het geschil in volle omvang aan het oordeel van het Hof voor.
3.4 Het geschil spitst zich toe op de vraag of op grond van de door partijen aangegane ‘service agreement’ Telem gerechtigd is voor het ter beschikking stellen van telecommunicatievoorzieningen SXM On-line als tarief in rekening te brengen voor ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19.
3.5 Telem heeft gesteld dat partijen dit tarief zijn overeengekomen. Volgens haar heeft SXM On-line in haar onderhandelingen met Telem gekozen voor een ‘flat rate’ van NAF. 0,19 per minuut in plaats van een tarifering overeenkomstig de richtlijn van de Minister van Verkeer en Vervoer (hierna: de Minister) waarbij gedifferentieerd kan worden in de tarieven bijvoorbeeld voor piek- en daluren. Ook heeft Telem aangevoerd dat SXM On-line de rekeningen van Telem waarbij het tarief van ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19 in rekening is gebracht vanaf de aanvang van de overeenkomst in 2003 tot mei 2004 volledig heeft betaald. Tot slot heeft zij erop gewezen dat SXM On-line zich nimmer tot de Minister heeft gewend met het verzoek een bindend besluit te nemen op grond van, naar het Hof begrijpt, het Landsbesluit geschillenbeslechting concessiehouders (P.B. 1995, no. 221).
3.6 SXM On-line heeft betwist dat partijen zijn overeengekomen dat SXM On-line als tarief in rekening zal brengen voor ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19. Zij verwijst in dit verband naar artikel 2 lid 3 van de ‘service agreement’ waarin ten aanzien van de door Telem te rekenen tarieven slechts is opgenomen: ‘Telem will charge to the Client the regular fees, rates and/or charges as desposited at the Chamber of Commerce, St. Maarten’. In de ‘service agreement’ worden de ‘regular fees, rates and/or charges’ niet nader gespecificeerd. Bovendien zijn geen ‘fees, rates and/or charges’ door Telem gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel, aldus SXM On-line.
3.7 Naar het oordeel van het Hof heeft SXM On-line de stelling van Telem dat partijen het tarief van ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19 zijn overeengekomen voldoende gemotiveerd betwist. Nergens blijkt uit dat partijen hierover hebben onderhandeld. Voorts is in de ‘service agreement’ geen tarief vermeld. De overgelegde ‘network change request form’ van Telem zelf, waarop is vermeld dat dit tarief zal worden toegepast, is onvoldoende om aan te nemen dat SXM On-line daarmee heeft ingestemd. Uit de omstandigheid dat SXM On-line aanvankelijk de rekeningen waarin dit tarief is toegepast volledig heeft betaald volgt niet zonder meer dat zij dit tarief heeft aanvaard. Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, valt niet in te zien dat SXM On-line zich voor dit “geschil” (het uitblijven van wilsovereenstemming houdt niet noodzakelijkerwijs een geschil in) tot de Minister had dienen te wenden. Nu Telem niet specifiek bewijs heeft aangeboden van haar stelling dat partijen het tarief van ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19 zijn overeengekomen, zal het Hof haar niet tot bewijs van deze stelling toelaten.
3.8 Voor zover Telem betoogt dat onder de ‘regular fees, rates and/or charges’ als bedoeld in artikel 2 lid 3 van de ‘service agreement’ moet worden verstaan het tarief van ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19 overweegt het Hof als volgt. Onbetwist staat vast dat dit tarief niet is gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel zoals in artikel 2 lid 3 van de ‘service agreement’ is bepaald. Voorts heeft SXM On-line naar voren gebracht dat Telem ten aanzien van SXM On-line een aanzienlijk hoger tarief hanteert dan ten aanzien van Global Link Communications N.V. (hierna: Global Link). Telem heeft hiertegen ingebracht dat zij ten aanzien van Global Link een ander tarief hanteert omdat zij met Global Link een ‘volume discount’ is overeengekomen en dat zij ten aanzien van alle andere soortgelijke dienstaanbieders hetzelfde tarief als ten aanzien van SXM On-line hanteert. SXM On-line stelt zich op haar beurt op het standpunt dat ook zij voldoet aan de voorwaarden voor een ‘volume discount’. Gelet op het voorgaande kan naar het oordeel van het Hof niet worden vastgesteld dat het tarief van ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19 (zonder ‘volume discount’) het in de ‘service agreement’ bedoelde gangbare tarief is. Ook dienaangaande komt het Hof niet aan het geven van een bewijsopdracht toe, nu Telem heeft volstaan met een algemeen bewijsaanbod.
3.9 Gelet op het voorgaande kan het gevorderde bedrag niet worden toegewezen als het overeengekomen loon voor de geleverde diensten of als het op de gebruikelijke wijze daarvoor berekende loon. Voorts is onvoldoende gesteld om te kunnen aannemen dat het gevorderde bedrag toewijsbaar is als redelijk loon. Niet is (subsidiair) gevorderd enig (lager) bedrag als redelijk loon toe te wijzen en onvoldoende aanknopingspunten zijn verschaft om het Hof in staat te stellen dat ambtshalve te doen. Ook overigens zijn geen feiten en/of omstandigheden gesteld of gebleken die kunnen leiden tot het oordeel dat Telem gerechtigd is SXM On-line als tarief in rekening te brengen voor ‘call completion’ NAF. 0,20 en per minuut NAF. 0,19. Ook indien dit tarief niet hoger is dan volgens de richtlijn van de Minister is toegestaan, zoals Telem heeft gesteld, geeft dit haar op zichzelf niet het recht dat tarief ten aanzien van SXM On-line toe te passen.
3.10 De grieven stranden op het voorgaande. Het Hof heeft ook ambtshalve geen bezwaren tegen het vonnis waarvan beroep.
3.11 Het vorenstaande brengt mee dat het vonnis waarvan beroep dient te worden bevestigd. Als de in het ongelijk gestelde partij zal Telem worden veroordeeld in de proceskosten in hoger beroep, waarbij het Hof termen aanwezig acht om geen salaris gemachtigde te liquideren voor de pleitnota van SXM On-line.
BESLISSING
Het Hof:
bevestigt het vonnis waarvan beroep;
veroordeelt Telem in de proceskosten in hoger beroep aan de zijde van SXM On-line gevallen en tot op heden begroot op NAF. 225,50 aan exploitkosten en NAF. 10.000,- aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mrs. G.C.C. Lewin, H.L. Wattel en J.P. de Haan, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba, en ter openbare terechtzitting van het Hof op Sint Maarten uitgesproken op 12 maart 2010 in tegenwoordigheid van de griffier.