ECLI:NL:ORBAACM:2020:18
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- H.A.A.G. Vermeulen
- J. Sybesma
- A.H.M. van de Leur
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van disciplinaire straf van ontslag na mishandeling van een geboeide gevangene door een ambtenaar
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken, waarbij de disciplinaire straf van ontslag aan de appellant is opgelegd. De appellant, werkzaam als [beroep appellant] bij [naam instelling], heeft op 13 juni 2014 een geboeide gevangene mishandeld, wat door de geïntimeerde als ernstig plichtsverzuim is aangemerkt. De Raad voor de Rechtspraak heeft de zaak behandeld op 21 januari 2020, waarbij zowel de appellant als de geïntimeerde zich hebben laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.
De Raad overweegt dat de appellant niet ontkent de verweten gedraging te hebben begaan en dat hij door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie is veroordeeld tot een taakstraf van 150 uren. De Raad bevestigt dat de aard en ernst van het plichtsverzuim niet afgedaan worden door de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd. De appellant heeft ook een beroep gedaan op het gelijkheidsbeginsel, omdat twee collega’s die voor dezelfde feiten zijn veroordeeld, geen gelijke disciplinaire maatregel hebben gekregen. De Raad verwerpt dit beroep, omdat de omstandigheden in die gevallen anders waren.
De Raad concludeert dat de disciplinaire straf van ontslag terecht is opgelegd en bevestigt de uitspraak van het Gerecht. De Raad ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. H.A.A.G. Vermeulen als voorzitter en mrs. J. Sybesma en A.H.M. van de Leur als leden, en is openbaar uitgesproken op 10 februari 2020.