Uitspraak
Landsverordening ambtenarenrechtspraak (La)
RAAD VAN BEROEP
Uitspraak
[Appellant],
1 juli 2024, zaaknummer AUA202302458 (aangevallen uitspraak),
Procesverloop
Overwegingen
Conclusie
Beslissing
verklaarthet hoger beroep
niet-ontvankelijk.
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, waarin het bezwaar van [appellant] tegen de weigering om te beslissen op zijn plaatsingsverzoeken niet-ontvankelijk werd verklaard. [Appellant] had op 11 mei 2023 verzocht om geplaatst te worden in de functie van juridisch medewerker bij de Dienst Technische Inspectie (DTI) of als beleidsmedewerker bij het Korps Politie Aruba (KPA). Na de afwijzing van zijn sollicitatie bij de DTI op 20 mei 2024, verklaarde het Gerecht het bezwaar tegen de weigering om te beslissen op het verzoek bij de DTI niet-ontvankelijk, maar gegrond voor het verzoek bij het KPA, waarbij de minister werd opgedragen binnen drie maanden te beslissen.
In hoger beroep heeft [appellant] aangevoerd dat hij recht heeft op een vaste formatieplaats in de overheidsdienst op basis van het Protocol Sociaal Statuut Setar 2002. De Raad van Beroep in Ambtenarenzaken heeft echter geoordeeld dat, nu er inmiddels op beide verzoeken is beslist, [appellant] geen belang meer heeft bij een oordeel over zijn hoger beroep. De Raad heeft daarom het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard en geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 3 december 2025 door de Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.