ECLI:NL:ORBANAA:2007:BK1245
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken (Nederlandse Antillen en Aruba)
- Hoger beroep
- J.Th. Drop
- E.M.D. Angela
- L.J. de Kerpel-van de Poel
- Rechtspraak.nl
Bevordering ambtenaar naar administrateur in Aruba
In deze Arubaanse zaak heeft de appellant, een ambtenaar, bezwaar aangetekend tegen een Landsbesluit van 2 maart 2006, waarin zijn verzoek om bevordering naar de rang van administrateur per 1 september 2000 werd afgewezen. De appellant, die sinds 30 augustus 1994 als referendaris werkzaam is, heeft in zijn bezwaar aangevoerd dat hij recht heeft op bevordering op basis van zijn anciënniteit en de werkzaamheden die hij heeft verricht als jurist. Het Gerecht in ambtenarenzaken verklaarde het bezwaar ongegrond op 22 november 2006, waarna de appellant hoger beroep instelde.
De Raad van Beroep in Ambtenarenzaken heeft de zaak behandeld op 3 juli 2007. De appellant was vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. E. Duijneveld, terwijl de gouverneur van Aruba, de geïntimeerde, werd vertegenwoordigd door mr. M.M.M.C. Ecury. De Raad heeft vastgesteld dat de appellant niet-ontvankelijk was in zijn verzoek om bevordering, omdat hij niet tijdig bezwaar had gemaakt tegen het niet-reageren op zijn eerdere verzoek om bevordering. De Raad oordeelde dat de appellant onvoldoende bewijs had geleverd dat zijn werkzaamheden als jurist van een niveau waren dat rechtvaardigde dat hij bevorderd zou worden naar de rang van administrateur.
De Raad concludeerde dat de werkzaamheden van de appellant als marginaal moesten worden beschouwd en dat hij niet voldeed aan de vereisten voor bevordering volgens de Bezoldigingsregeling Aruba 1986. De Raad bevestigde de uitspraak van het Gerecht en wees het verzoek van de appellant af. De uitspraak werd gedaan op 20 september 2007, in aanwezigheid van de griffier.