ECLI:NL:ORBBACM:2015:17
Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- S. Verheijen
- G.J. van Muijen
- E.F. Faase
- Rechtspraak.nl
Waardebeschikking vastgoedbelasting en toepassing van het hoteltarief voor appartementencomplexen
In deze zaak heeft de Raad van Beroep voor Belastingzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 19 juni 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de waardebeschikking vastgoedbelasting van een appartement. De belanghebbende, vertegenwoordigd door gemachtigde [Z], had bezwaar gemaakt tegen de waardebeschikking die door de Inspecteur van de Belastingdienst Caribisch Nederland was opgelegd. De waardebeschikking betrof een waarde van $ 780.000 voor het appartement gelegen aan a-straat nummer 1, voor de jaren 2011 tot en met 2015. De belanghebbende stelde dat de waarde te hoog was vastgesteld en dat het appartement aanspraak kon maken op het verlaagde hoteltarief voor vastgoedbelasting.
De Raad heeft vastgesteld dat de Inspecteur de waarde niet aannemelijk heeft gemaakt en heeft de waarde van het appartement in goede justitie vastgesteld op $ 710.000. Tevens is de Raad van oordeel dat het appartement niet als zelfstandig hotel kan worden aangemerkt, ondanks de argumenten van de belanghebbende dat het complex als hotel wordt geëxploiteerd. De Raad heeft de aanslagen vastgoedbelasting dienovereenkomstig verminderd en de Inspecteur veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van de belanghebbende tot een bedrag van $ 391.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor de Inspecteur om een duidelijke onderbouwing te geven voor de vastgestelde waarde van onroerende zaken en de voorwaarden waaronder een onroerende zaak als hotel kan worden aangemerkt voor belastingdoeleinden.