Conclusie
binnen twee maandenna de hierboven vermelde dag" [3] , dat wil zeggen na dag van de uitspraak van die beschikking.
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak gaat het om een bijstandsverhaal waarbij de Rechtbank te Zwolle op 15 juni 1995 heeft bepaald dat de verzoeker tot cassatie, betrokkene, een maandelijkse bijdrage van f 850,- aan de Gemeente moet betalen voor de bijstand die aan zijn voormalige echtgenote en kind is verleend. Betrokkene heeft tegen deze beschikking hoger beroep ingesteld bij het Arnhemse Hof, maar werd op 21 november 1995 niet ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding. De vraag die in cassatie aan de orde is, betreft de verschoonbaarheid van deze termijnoverschrijding, mede in het licht van een foutieve 'Rechtsmittelbelehrung' die aan de beschikking was gehecht. De Hoge Raad oordeelt dat de appeltermijn inderdaad is overschreden, maar dat de foutieve informatie over de termijn niet automatisch leidt tot verschoonbaarheid. De advocaat van betrokkene had geacht moeten worden op de hoogte van de toepasselijke procesrechtelijke bepalingen, en de Hoge Raad concludeert dat de omstandigheden niet zodanig zijn dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is. De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het beroep.