ECLI:NL:PHR:2009:BH1990
Parket bij de Hoge Raad
- mr. Wuisman
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van koopovereenkomst door beding tot zwart betalen
In deze zaak gaat het om de vraag of een koopovereenkomst, waarbij een deel van de koopprijs 'zwart' zou worden betaald, nietig is wegens strijd met de goede zeden. De verweerster in cassatie heeft in december 2002 haar cateringonderneming verkocht aan de eiser tot cassatie voor een koopprijs van € 65.000,-, maar in het contract werd slechts € 32.500,- vermeld, met de afspraak dat de andere helft 'zwart' zou worden voldaan. In een procedure bij de rechtbank Rotterdam vorderde de verweerster betaling van het bedrag dat volgens haar nog verschuldigd was. De eiser voerde aan dat de koopprijs € 32.500,- was en dat de overeenkomst nietig was indien de koopprijs € 65.000,- zou zijn. De rechtbank oordeelde dat de koopprijs € 32.500,- was, maar het hof 's-Gravenhage kwam in hoger beroep tot de conclusie dat de koopprijs inderdaad € 65.000,- was, met de afspraak van zwart betalen. Het hof vroeg zich af of de overeenkomst ook zonder deze afspraak tot stand zou zijn gekomen en concludeerde dat dit het geval was. De eiser ging in cassatie, maar de Hoge Raad oordeelde dat het hof terecht had geoordeeld dat de koopovereenkomst geldig was, ondanks het beding van zwart betalen. De Hoge Raad verwierp het cassatieberoep van de eiser.