ECLI:NL:PHR:2011:BT1852
Parket bij de Hoge Raad
- Mr. Huydecoper
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en verrekening van vermogensbestanddelen in het kader van huwelijkse voorwaarden
In deze zaak, die betrekking heeft op een echtscheiding, staat de verdeling en verrekening van vermogensbestanddelen centraal. De partijen, aangeduid als verzoeker en verweerster, waren gehuwd onder huwelijkse voorwaarden die een specifieke verdeelsleutel van 75/25 in het voordeel van de verzoeker stipuleerden. In de appelprocedure werd het hof gevraagd om te beoordelen welke vermogensbestanddelen voor verdeling of verrekening in aanmerking kwamen en of de verzoeker terecht een beroep deed op de huwelijkse voorwaarden. Het hof heeft in zijn beschikking de relevante vermogensbestanddelen aangewezen en de maatstaven vastgesteld voor de verdeling. Het hof oordeelde dat er geen noodzaak was voor nader onderzoek naar de waarde van de vermogensbestanddelen, aangezien partijen zelf deze waarde konden vaststellen. Tevens oordeelde het hof dat de verdeling op basis van een 50/50 verdeelsleutel moest plaatsvinden, in tegenstelling tot de door de verzoeker gewenste 75/25 verdeelsleutel.
De verzoeker heeft cassatie ingesteld, waarbij hij aanvoert dat het hof niet heeft gelet op een latente inkomstenbelastingclaim die de waarde van de vermogensbestanddelen zou beïnvloeden. De Procureur-Generaal heeft geconcludeerd tot verwerping van de cassatie, waarbij hij opmerkt dat het hof de partijstellingen correct heeft opgevat en dat de vragen die aan het hof zijn voorgelegd niet de waardering van de vermogensbestanddelen omvatten. De klacht van de verzoeker dat het hof onvoldoende aandacht heeft besteed aan de latente belastingclaim wordt als ongegrond beoordeeld. De conclusie van de Procureur-Generaal is dat de beslissing van het hof in stand blijft, en de cassatie wordt verworpen.