1 Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 3, p. 6, 7 en 8.
2 Wet van 15 december 1993, Stb. 1994, 13, zie hierover verder noot 10.
3 Zie de Wet van 12 juli 2012, Stb 2012, 313 waarin art. 509v Sv is gewijzigd (iwtr. 1 januari 2013).
4 Vgl. bijvoorbeeld de beslissingen van de Rechtbank Maastricht van 23 oktober 2012, LJN BY1926 en de Rechtbank Utrecht van 26 november 2012, LJN BY4199. Zie ook Hof Arnhem 5 november 2012, LJN BY2256 en 8 november 2012, LJN BY2685. Voor een al weer gedateerd overzicht van de rechtspraak zie P.A.M. Mevis, Jurisprudentie van de Penitentiaire Kamer van het Gerechtshof Arnhem inzake verlenging TBS, DD 2004, p. 857-88 en iets recenter I.E.W. Gonzales, TBS: de noodzaak tot balans van diverse belangen, Sancties 2007, p. 219-227.
5 Zie daarover M.J.F. van der Wolf, TBS veroordeeld tot vooroordeel, diss. EUR, Nijmegen 2012, in het bijzonder p. 166-173.
6 Persbericht Raad voor de rechtspraak 30 november 2012.
7 Het vonnis van de Rechtbank Roermond van 18 augustus 2009, LJN BJ5598, houdt als mededeling van de Officier van Justitie onder meer in: "De terbeschikkinggestelde is, onder andere, veroordeeld voor overvallen waarbij een vuurwapen is gebruikt."
8 Nieuwsbrief Strafrecht 2012, 288.
9 Artikelen weergegeven zoals zij thans luiden.
10 Art. 38e Sr is laatstelijk gewijzigd bij de Wet aanpassingen TBS met voorwaarden van 1 juli 2010, Stb.270 (i.w.tr. 1 september 2010). Zowel ten tijde van de behandeling van het indexdelict als ten tijde van de verlengingsbeslissingen was art. 38e (oud) Sr van toepassing zoals dat is gewijzigd bij Wet van 15 december 1993, Stb. 1994, 13 (i.w.tr. 15 januari 1994). Art. 38e (oud) Sr luidde destijds:
"1. De totale duur van de maatregel van terbeschikkingstelling gaat een periode van vier jaar niet te boven, tenzij de terbeschikkingstelling is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
2. Indien de totale duur van de terbeschikkingstelling niet in tijd is beperkt, kan de termijn van de terbeschikkingstelling telkens worden verlengd, wanneer de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen die verlenging eist."
Het in art. 38e Sr genoemde criterium is in de loop der tijd dan ook niet gewijzigd. Oorspronkelijk was in art. 38e (oud) Sr sprake van 'een geweldsdelict dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor een of meer personen' (Wet van 19 november 1986, Stb. 1986, 587, i.w.tr. 1 september 1988). Omdat in de praktijk echter bij de verlening van de maatregel van terbeschikkingstelling problemen rezen rondom de uitleg van het begrip 'geweldsmisdrijf' is er bij de hiervoor genoemde Wet van 15 december 1993 besloten het begrip 'geweldsmisdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor een of meer personen" te vervangen door het begrip "misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen (Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 3, p. 6 en 8).
11 Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 3, p. 9.
12 Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 3, p. 13.
13 Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 6, p. 1-2.
14 Kamerstukken II, 1992-1993, 22 909, nr. 6, p. 5.
15 Dat komt te pas bij veroordelingen waarbij de bewijsmiddelen niet zijn uitgewerkt. Het is bepaald niet
uitgesloten dat zulks het geval is en wel in het verleden op grond van een buitenwettelijke praktijk en de
laatste jaren op grond van artikel 359, derde lid, Sv.
16 Zie ook E.J. Hofstee, aantekeningen bij artikel 38e Sr, in: T&C Sr Deventer 2012.
17 Hof Arnhem 1 maart 1999, LJN AB7560, NJ 2000/74.
18 Zie daarover ook J.P. Balkema, De verlenging van de terbeschikkingstelling, RM Themis 1992-6, p. 251-261.
19 HR 7 juni 2005, LJN AT3659, NJ 2005/448 en in het bijzonder voor bedreiging met zware mishandeling
HR 25 januari 2011, LJN BO4022, NJ 2011/226.
20 Zie HR 7 juni 2005, LJN AT3659, NJ 2005/448 (telefonische mededeling 'bedankt voor die acht jaar.
Als ik vrij kom ga ik jou als eerste pakken' werden op zichzelf onvoldoende werd geoordeeld voor een veroordeling ter zake van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht). Zie ook de volgende vrijspraken in de lagere rechtspraak: Hof Amsterdam 27 januari 2011, LJN BP8702, NS 2011/96 ('Chekan - verrader in de Marokkaanse taal -, ik ga jou aanpakken en/of je gaat het zien'), Hof 's-Hertogenbosch 15 april 2010, LJN BM9124, NS 2010/210 ('Ik krijg je nog wel te pakken, of je uniform bent of niet') en Hof Arnhem 10 april 2009, LJN BJ1637, NS 2009/220 ('Als jij de verklaring niet intrekt, zal het jou bezuren. En u ook' en/of 'dat verdachte de bedoelde personen nog wel zou krijgen'). De bedreiging moet ook concreet geïndividualiseerd zijn: HR 18 januari 2005, LJN AR7062, NJ 2005/145 ('Die kankerwouten, die teringlijers moeten ze allemaal afmaken' is te algemeen).
21 Zie ook Noyon/Langemeijer/Remmelink, aantek. 4 bij art. 285 Sr (bijgewerkt tot 1 oktober 2012) en
A.L.J. Janssens en A.J. Nieuwenhuis, Uitingsdelicten, Deventer 2011, p. 311 e.v.
22 HR 10 mei 2005, LJN AT1802. Zie ook HR 4 december 2007, LJN BB7104.
23 HR 22 maart 2011, NJ 2011/228 m.nt. Keijzer.
24 Hof Amsterdam 3 april 2003, nr. 1094/03.