ECLI:NL:PHR:2015:1873
Parket bij de Hoge Raad
- G. Knigge
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van het onderzoek door ontbrekende pleitnota in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 maart 2014 de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaren voor diefstal, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld. De verdachte heeft beroep in cassatie ingesteld, waarbij mr. S.B.J. Hiemstra als advocaat optreedt. Het cassatiemiddel stelt dat het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 28 februari 2014 nietig is, omdat de pleitnotities die door de raadsman aan het Hof zijn overgelegd, ontbreken in de stukken die aan de Hoge Raad zijn toegezonden. Dit gebrek aan processtukken leidt tot de vraag of de verdediging adequaat is gevoerd.
Het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep vermeldt dat de raadsman zijn pleitnotities heeft gebruikt, maar deze zijn niet meer beschikbaar. De griffier van het Hof heeft bevestigd dat de pleitnotities niet zijn achtergebleven. Dit onherstelbare verzuim heeft ernstige gevolgen voor de procesorde, aangezien het niet mogelijk is om na te gaan of er verweren zijn gevoerd of standpunten zijn onderbouwd. De Hoge Raad oordeelt dat dit verzuim zo ingrijpend is dat het leidt tot nietigheid van het onderzoek en de daaropvolgende uitspraak.
De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof Amsterdam, zodat de zaak opnieuw kan worden berecht in het bestaande hoger beroep. Dit arrest benadrukt het belang van een goede procesorde en de noodzaak om alle relevante processtukken beschikbaar te hebben voor een eerlijke rechtsgang.