1. Het Gerechtshof Amsterdam heeft verdachte op 29 september 2014 voor 1 subsidiair: medeplichtigheid aan oplichting, meermalen gepleegd, 2 subsidiair: medeplichtigheid aan overtreding van voorschrift gesteld bij artikel 7 van de Wet Toezicht Effectenverkeer 1995, meermalen gepleegd, en voor 3 subsidiair: medeplichtigheid aan overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 82 van de Wet Toezicht Kredietwezen, meermalen gepleegd, veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden. Voorts heeft het hof de vorderingen van benadeelde partijen toegewezen en schadevergoedingsmaatregelen opgelegd zoals in het arrest omschreven.
2. Verdachte heeft cassatie doen instellen en mr. G. Spong, advocaat te Amsterdam, heeft een schriftuur ingezonden houdende twee middelen van cassatie.
3.1. Het eerste middel klaagt over de verwerping van het beroep op de niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie in de strafvervolging met betrekking tot de overeenkomsten die voor 8 mei 2002 zijn afgesloten. Volgens de verdediging is het recht op strafvervolging ten aanzien van deze feiten verjaard.
3.2. Tenlastegelegd is dat
"1 primair:
zij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels:
- [betrokkene 1] (ongeveer € 43.000,-) en/of
- [betrokkene 2] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 3] (ongeveer € 46.000,-) en/of
- [betrokkene 4] (ongeveer € 41.690,-) en/of
- [betrokkene 5] (ongeveer € 23.700,-) en/of
- [betrokkene 6] (ongeveer € 150.000,-) en/of
- [betrokkene 7] (ongeveer € 147.500,-) en/of
- [betrokkene 8] (ongeveer € 29.496,-) en/of
- [betrokkene 9] (ongeveer € 110.000,-) en/of
- [betrokkene 10] (ongeveer € 80.000,-) en/of
- [betrokkene 19] (ongeveer 30.000,-) en/of
- [betrokkene 20] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 23] (ongveeer€ 35.000,-) en/of
- [betrokkene 18] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 24] (ongeveer.€ 20.000,-) en/of .
- [betrokkene 15] (ongeveer €40.000,-) en/of
- [betrokkene 17] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 22] (on'geveer€ 100.000,-) en/of '
- [betrokkene 21] (ongeveer € 28.000,-) en/of
(een) ander(en) heeft bewogen tot de afgifte van voornoemde geldbedragen, in elk geval van enig goed, immers heeft verdachtes mededader [betrokkene 11] met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- voorgewend en/of gesteld dat hij "investmentbanker" was en/of meer dan 35 jaar ervaring in de (internationale) beurshandel had (in Londen en/of New York en/of Chicago en/of Singapore en/of Hong Kong en/of Tokio) en/of
- aan inleggers rendementen van tussen de 12% en de 24% per jaar beloofd, in ieder geval enig minimumrendement en/of
- voorgewend dat voor rekening en risico van [betrokkene 11] en/of [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG zou worden gehandeld en/of
- voorgewend dat de investering koersfluctuaties was/zou (worden) ingedekt en/of
- voorgewend dat er voor investeerders effectenrekeningen/’Security Accounts' (bij "een van de bekendste Amerikaanse Investmentbanken") zouden worden geopend, waarop ingelegde gelden op eigen naam van de investeerders zouden worden geregistreerd en/of
- aan inleggers beloofd dat ze hun inleg altijd terug konden krijgen,
waardoor die bovengenoemde perso(o)n(en) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
[betrokkene 11] op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels:
- [betrokkene 1] (ongeveer € 43.000,-) en/of
- [betrokkene 2] (ongeveer €.30.000,-) en/of
- [betrokkene 3] (ongeveer € 46,000,-) en/of
- [betrokkene 4] (ongeveer € 41.690,-) en/of
- [betrokkene 5] (ongeveer € 23.700,-) en/of
- [betrokkene 6] (ongeveer € 150.000,-) en/of
- [betrokkene 7] (ongeveer € 147.500,-) en/of
- [betrokkene 8] (ongeveer € 29.496,-) en/of
- [betrokkene 9] (ongeveer € 110.000,-) en/of
- [betrokkene 10] (ongeveer € 80.000,-) en/of
- [betrokkene 19] (ongeveer 3 0.000,-) en/of
- [betrokkene 20] (ongeyeer € 30.00.0,-) en/of
- [betrokkene 23] '(ongeveer € 35.000,-) en/of
- [betrokkene 18] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 24] (ongeveer € 20.000,-) en/of
- [betrokkene 15] (ongeveer € 40.000,-) en/of
- [betrokkene 17] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 22] (ongeveer € 10,0.000,-) en/of
- [betrokkene 21] (ongeveer € 28.000,-) en/of
(een) ander(en) heeft bewogen tot de afgifte van voornoemde geldbedragen, in elk geval van enig goed, immers heeft hij met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- voorgewend en/of gesteld dat hij "investmentbanker" was en/of meer dan 35 jaar ervaring in de (internationale) beurshandel had (in Londen en/of New York en/of Chicago en/of Singapore en/of Hong Kong en/of Tokio) en/of
- aan inleggers rendementen van tussen de 12% en de 24% per jaar beloofd, in ieder geval enig minimumrendement en/of
- voorgewend dat voor rekening en risico van [betrokkene 11] en/of [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG zou worden gehandeld en/of
- voorgewend dat de investering koersfluctuaties was/zou (worden) ingedekt en/of
- voorgewend dat er voor investeerders effectenrekeningen/'Security Accounts' (bij "een van de bekendste Amerikaanse Investmentbanken") zouden worden geopend, waarop ingelegde gelden op eigen naam van de investeerders zouden worden geregistreerd en/of
- aan inleggers beloofd dat ze hun inleg altijd terug konden krijgen, waardoor die bovengenoemde perso(o)n(en) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n), bij het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heet verschaft door:
- bankrekening(en) ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en/of [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekening(en) en/of
- door als bestuurder op te treden en/of als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG en/of Stichting Beheer Derdengelden [A]';
zij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), (telkens) opzettelijk zonder vergunning als effectenbemiddelaar of vermogensbeheerder in of vanuit Nederland diensten heeft/hebben aangeboden en/of doen aanbieden en/of verricht en/of doen verrichten door beroeps- of bedrijfsmatig (telkens) op grond van een overeenkomst het beheer te voeren over effecten die toebehoren aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon, dan wel over middelen ter belegging in effecten, immers heeft/hebben verdachte en/of haar mededader(s) in de voornoemde periode voor diverse personen, waaronder [betrokkene 1] en/of [betrokkene 2] en/of [betrokkene 3] en/of [betrokkene 4] en/of [betrokkene 5] en/of [betrokkene 6] en/of [betrokkene 7] en/of [betrokkene 8] en/of [betrokkene 9] en/of [betrokkene 10] en/of (een) ander(en), aangeboden om Amerikaanse staatsobligaties te kopen en deze tegen koersverlies te laten verzekeren;
[betrokkene 11] op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, al dan niet handelend namens en/of handelend onder de naam [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG, tezamen en in vereniging met [C] en/of [D] BV en/of (een) ander(en), (telkens) opzettelijk zonder vergunning als effectenbemiddelaar of vermogensbeheerder in of vanuit Nederland diensten heeft/hebben aangeboden en/of doen aanbieden en/of verricht en/of doen verrichten door beroeps- of bedrijfsmatig (telkens) op grond van een overeenkomst het beheer te voeren over effecten die toebehoren aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon, dan wel over middelen ter belegging in effecten, immers heeft [betrokkene 11] en/of zijn mededaders in de voornoemde periode voor diverse personen, waaronder [betrokkene 1] en/of [betrokkene 2] en/of [betrokkene 3] en/of [betrokkene 4] en/of [betrokkene 5] en/of [betrokkene 6] en/of [betrokkene 7] en/of [betrokkene 8] en/of [betrokkene 9] en/of [betrokkene 10] en/of (een) ander(en), aangeboden om Amerikaansestaatsobligaties te kopen en deze tegen koersverlies laten verzekeren, bij het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door:
- bankrekening(en) ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en/of
- [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekening(en) en/of
- door als bestuurder op te treden en/of als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en/of
[A] Garant AG en/of Stichting Beheer Derdengelden [A] ;
zij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), opzettelijk (telkens) bedrijfsmatig al dan niet op termijn opvorderbare gelden van het publiek heeft aangetrokken en/of ter beschikking heeft verkregen/gehad, te weten (onder andere) van de volgende personen de daarna genoemde bedragen:
- [betrokkene 1] (ongeveer €43.000,-) en/of
- [betrokkene 2] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 3] (ongeveer € 46.000,-) en/of
- [betrokkene 4] (ongeveer € 41.690,-) en/of
- [betrokkene 5] (ongeveer € 23.700,-) en/of
- [betrokkene 6] (ongeveer € 150.000,-) en/of
- [betrokkene 7] (ongeveer € 147.500,-) en/of
- [betrokkene 8] (ongeveer € 29.496,-) en/of
- [betrokkene 9] (ongeveer € 110.000,-) en/of
- [betrokkene 10] (ongeveer € 80.000,-) en/of
- [betrokkene 19] (ongeveer 30.000,-) en/of
- [betrokkene 20] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 23] (ongeveer € 35.000,-) en/of
- [betrokkene 18] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 24] (ongeveer € 20.000,-) en/of
- [betrokkene 15] (ongeveer € 40.000,-) en/of
- [betrokkene 17] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 22] (ongeveer € 100.000,-) en/of
- [betrokkene 21] (ongeveer € 28.000,-)
[betrokkene 11] op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, al dan niet handelend namens en/of handelend onder de naam [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG, tezamen en in vereniging met [C] en/of [D] BV en/of(een) ander(en), opzettelijk (telkens) bedrijfsmatig al dan niet op termijn opvorderbare gelden van hetpubliek heeft aangetrokken en/of ter beschikking heeft verkregen/gehad, te weten (onder andere) van de volgende personen de daarna genoemde bedragen:
- [betrokkene 1] (ongeveer € 43.000,-) en/of
- [betrokkene 2] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 3] (ongeveer € 46.000,-) en/of
- [betrokkene 4] (ongeveer € 41.690,-) en/of
- [betrokkene 5] (ongeveer € 23.700,-) en/of
- [betrokkene 6] (ongeveer € 150.000,-) en/of
- [betrokkene 7] (ongeveer € 147.500,-) en/o
- [betrokkene 8] (ongeveer € 29.496,-) en/of
- [betrokkene 9] (ongeveer € 110.000,-) en/of
- [betrokkene 10] (ongeveer € 80.000,-) en/of
- [betrokkene 19] (ongeveer 30.000,-) en/of
- [betrokkene 20] (ongeveer € 30.000,-) en/of
- [betrokkene 23] (ongeveer € 35.000,-) en/of
- [betrokkene 18] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 24] (ongeveer € 20.000,-) en/of
- [betrokkene 15] (ongeveer € 40.000,-) en/of
- [betrokkene 17] (ongeveer € 22.689,-) en/of
- [betrokkene 22] (ongeveer € 100.000,-) en/of
- [betrokkene 21] (ongeveer € 28.000,-)
en/of (een) ander(en),
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, althans in Nederland, opzettelijk gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door:
- bankrekening(en) ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en/of
- [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekening(en) en/of
- door als bestuurder op te treden en/of als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en/of
[A] Garant AG en/of Stichting Beheer Derdengelden [A] ."
3.3. In zijn arrest heeft het hof een gevoerd verweer aldus samengevat en vervolgens verworpen:
"
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie
De raadsman van de verdachte heeft zich ter terechtzitting in hoger beroep - aan de hand van een door hem overgelegde en aan het dossier toegevoegde pleitnotitie - op het standpunt gesteld dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging van de feiten 2 en 3, voor zover deze betrekking hebben op overeenkomsten met beleggers die vóór 8 mei 2002 zijn gesloten. De raadsman heeft daartoe het volgende aangevoerd. De inleidende dagvaarding is uitgebracht op 8 mei 2008. Ten aanzien van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten geldt een termijn voor verjaring van het recht op strafvervolging van zes jaren. Dat betekent dat ten aanzien van de beleggers [betrokkene 5] , [betrokkene 6] , [betrokkene 8] , [betrokkene 7] , [betrokkene 15] , [betrokkene 9], [betrokkene 4] , [betrokkene 3] , [betrokkene 1] , [betrokkene 18] en [betrokkene 17] het recht op vervolging ter zake van het opzettelijk overtreden van de voorschriften gesteld in de artikelen 82 van de Wet toezicht kredietwezen 1992 (‘Wtk 1992’) en 7 van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 (‘Wte 1995’) verjaard is.
Het hof overweegt daartoe als volgt.
Het opzettelijk overtreden van een voorschrift gesteld bij artikel 7 Wte 1995 en het opzettelijk overtreden van artikel 82 van de Wtk 1992 is een misdrijf, gelet op de artikelen 1 en 2 juncto artikel 6 van de Wet op de economische delicten, met elk een maximale strafbedreiging van 2 jaren. Op grond van artikel 70 van het Wetboek van Strafrecht verjaren genoemde misdrijven na zes jaren.
De inleidende dagvaarding is jegens de verdachte uitgebracht op 8 mei 2008. De verjaring is daarmee op die datum gestuit ex artikel 72 van het Wetboek van Strafvordering. Dit betekent dat feiten die vóór 8 mei 2002 zijn gepleegd, zijn verjaard.
Voor de vraag of het recht tot strafvervolging ten aanzien van bepaalde ten laste gelegde delicten met inachtneming van het vorenstaande is verjaard, is tevens van belang of bij die delicten sprake is vanvoortdurende of aflopende delicten. Gaat het om voortdurende delicten, dan zal de verjaring pas aanvangen op de dag nadat de verboden toestand is geëindigd, terwijl bij aflopende delicten de verjaring de dag na elk afzonderlijk gepleegd feit aanvangt.
Het hof is met de advocaat-generaal van oordeel dat het — kort gezegd — zonder vergunning als effectenbemiddelaar aanbieden van diensten, zoals ten laste is gelegd onder 2, gekwalificeerd moet worden als een voortdurend delict. Dit delict is immers pas voltooid - en de termijn van verjaring vangt pas aan - op de dag dat de betrokken verdachte niet langer zonder vergunning opereert. Het feit dat er in werkelijkheid geen Amerikaanse staatsobligaties door de verdachte werden gekocht, doet hier niet aan af.
Het hof is derhalve van oordeel dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in de vervolging ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde feit.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit, kort gezegd het zonder vergunning aantrekken vangelden, is het hof met de raadsman van oordeel dat sprake is van een aflopend delict. Het strafbare feit is voltooid op het moment dat de gelden van het publiek zijn aangetrokken of ter beschikking zijn gekregen. Het onder 3 ten laste gelegde feit is derhalve verjaard voor zover het betrekking heeft op overeenkomsten met beleggers die zijn afgesloten vóór 8 mei 2002. Dit betreft de overeenkomsten die zijn afgesloten met de volgende personen:
Het hof zal het Openbaar Ministerie om die reden niet-ontvankelijk in de strafvervolging verklaren ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit, voor zover dit betrekking heeft op voornoemde personen."
3.4. Vervolgens veroordeelde het hof verdachte ervoor veroordeeld dat
"1 subsidiair:
[betrokkene 11] op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels:
- [betrokkene 1] € 43.000,- en
- [betrokkene 2] € 30.000,- en
- [betrokkene 3] € 46.000,- en
- [betrokkene 4] € 41.690,- en
- [betrokkene 5] € 23.700,- en
- [betrokkene 6] € 150.000,- en
- [betrokkene 7] € 147.500,- en
- [betrokkene 8] € 29.496,- en
- [betrokkene 9] € 110.000,-en
- [betrokkene 10] € 80.000,- en
- [betrokkene 19] € 30.000,- en
- [betrokkene 20] € 30.000,-, en
- [betrokkene 23] € 35.000,- en
- [betrokkene 18] € 22.689,- en
- [betrokkene 24] € 20.000,- en
- [betrokkene 15] € 40.000,- en
- [betrokkene 17] € 22.689,- en
- [betrokkene 22] € 100.000,- en
- [betrokkene 21] € 28.000,- en
anderen,
heeft bewogen tot de afgifte van voornoemde geldbedragen, immers heeft hij met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en bedrieglijk:
- voorgewend dat hij "investmentbanker" was en meer dan 35 jaar ervaring in de (internationale) beurshandel had (in Londen en New York en Chicago en Singapore en Hong Kong en Tokio) en
- aan inleggers rendementen van tussen de 12% en de 24% per jaar beloofd, in ieder geval enig minimumrendement en
- voorgewend dat de investering tegen koersfluctuaties was en zou worden ingedekt en
- voorgewend dat er voor investeerders effectenrekeningen/'Security Accounts' bij "een van de bekendste Amerikaanse Investmentbanken" zouden worden geopend, waarop ingelegde gelden op eigen naam van de investeerders zouden worden geregistreerd en
- aan inleggers beloofd dat ze hun inleg altijd terug konden krijgen,
waardoor die bovengenoemde personen werden bewogen tot bovenomschreven afgiften,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort opzettelijk gelegenheid en middelen heeft verschaft door:
- bankrekeningen ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en
- [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekeningen en
- door als bestuurder op te treden en als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en [A] Garant AG en Stichting Beheer Derdengelden [A] .
[betrokkene 11] op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, al dan niet handelend namens en/of handelend onder de naam [A] Garant Inc. en/of [A] Garant AG, tezamen en in vereniging met [C] en/of [D] BV en/of anderen, telkens opzettelijk zonder vergunning als effectenbemiddelaar in Nederland diensten heeft aangeboden of doen aanbieden en heeft verricht door beroeps- of bedrijfsmatig telkens op grond van een overeenkomst het beheer te voeren over effecten die toebehoren aan een natuurlijk persoon, dan wel over middelen ter belegging in effecten, immers hebben [betrokkene 11] en zijn mededaders in de voornoemde periode voor diverse personen, onder wie [betrokkene 1] en [betrokkene 2] en [betrokkene 3] en [betrokkene 4] en [betrokkene 5] en [betrokkene 6] en [betrokkene 7] en [betrokkene 8] en [betrokkene 9] en [betrokkene 10] , aangeboden om Amerikaanse staatsobligaties te kopen en deze tegen koersverlies laten verzekeren, bij het plegen van welk misdrijf verdachte op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort opzettelijk gelegenheid en middelen heeft verschaft door:
- bankrekeningen ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en
- [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekeningen en
- door als bestuurder op te treden en als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en [A] Garant AG en Stichting Beheer Derdengelden [A] .
[betrokkene 11] op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort en/of Zwolle en/of Wijhe en/of Rolde, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk telkens bedrijfsmatig al dan niet op termijn opvorderbare gelden van het publiek heeft aangetrokken en ter beschikking heeft gehad, te weten (onder andere) van de volgende personen de daarna genoemde bedragen:
- [betrokkene 2] € 30.000,- en
- [betrokkene 10] € 80.000,- en
- [betrokkene 19] € 30.000,- en
- [betrokkene 20] € 30.000,- en
- [betrokkene 23] € 35.000,- en
- [betrokkene 24] € 20.000,- en
- [betrokkene 22] € 100.000,- en
- [betrokkene 21] € 28.000,- en anderen,
bij het plegen van welk misdrijf verdachte op tijdstippen in de periode van 15 april 1999 tot en met 19 april 2005 te Zandvoort opzettelijk gelegenheid en middelen heeft verschaft door:
- bankrekeningen ter beschikking te stellen aan [betrokkene 11] en
- [betrokkene 11] te machtigen tot beschikking over haar bankrekeningen en
- door als bestuurder op te treden en/of als bestuurder ingeschreven te staan van [A] Garant Inc. en [A] Garant AG en Stichting Beheer Derdengelden [A] ."
3.5. Artikel 7 Wet toezicht effectenverkeer (feit 2 subsidiair) luidde tot de intrekking van de Wet per 1 januari 2007 aldus:
"1. Het is verboden zonder vergunning als effectenbemiddelaar of vermogensbeheerder in of vanuit Nederland diensten aan te bieden of te verrichten.
(...)"
Artikel 1 omschreef 'effectenbemiddelaar' als
"(b) 1°. degene die als tussenpersoon, anders dan op grond van een overeenkomst als bedoeld onder c, beroeps- of bedrijfsmatig werkzaam is bij de totstandkoming van transacties in effecten;
2°. degene die beroeps- of bedrijfsmatig de mogelijkheid aanbiedt, door het openen van een rekening, vorderingen te verkrijgen luidende in effecten, waarbij door middel van deze rekening transacties in effecten kunnen worden bewerkstelligd;
3°. degene die beroeps- of bedrijfsmatig, anders dan bij uitgifte van effecten, voor eigen rekening effectentransacties verricht teneinde een markt in effecten te onderhouden of een voordeel te behalen uit een verschil tussen vraag- en aanbodprijzen van effecten;
4°. degene die beroeps- of bedrijfsmatig effecten, bij uitgifte ervan, overneemt of plaatst;
5°. degene die, al dan niet als tussenpersoon en anders dan op grond van een overeenkomst als bedoeld onder c, beroeps- of bedrijfsmatig werkzaam is bij de totstandkoming van rente-, valuta- of aandelenswaps of soortgelijke overeenkomsten"
En als vermogensbeheerder:
"(c) 1°. degene die beroeps- of bedrijfsmatig op grond van een overeenkomst het beheer voert over effecten die toebehoren aan een natuurlijke persoon of rechtspersoon dan wel over aan deze persoon toebehorende middelen ter belegging in effecten, daaronder begrepen het verrichten of doen verrichten van effectentransacties voor rekening van de persoon met wie de overeenkomst is gesloten;
2°. degene die beroeps- of bedrijfsmatig op grond van een overeenkomst het beheer voert over rente-, valuta- of aandelenswaps of soortgelijke overeenkomsten".
3.6. Volgens de bewezenverklaring van feit 2 subsidiair heeft verdachte – kort gezegd – zich schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aan het zonder vergunning als effectenbemiddelaar diensten aanbieden en verrichten door als vermogensbeheerder op te treden. Vervolgens wordt dat vermogensbeheer aldus omschreven dat [betrokkene 11] en zijn mededaders aan diverse met name genoemde personen hebben aangeboden om Amerikaanse staatsobligaties te kopen en die tegen koersverlies te laten verzekeren. Uit hetgeen het hof in zijn hiervoor aangehaalde overwegingen over feit 3 heeft vastgesteld kan worden geconcludeerd dat de overeenkomsten met de beleggers die in die overweging zijn genoemd, zijn afgesloten voor 8 mei 2002.
Ik kan de tenlastelegging en bewezenverklaring van feit 2 subsidiair niet anders lezen dan dat telkens concrete aanbiedingen zijn gedaan onder meer aan de in de bewezenverklaring genoemde personen. Ten aanzien van die personen is met het doen van het individueel aanbod de inhoud van artikel 7 Wte 1995 voltooid, omdat het optreden als effectenbemiddelaar door het aanbieden van de mogelijkheid om door het openen van een rekening, vorderingen te verkrijgen luidende in effecten, daardoor al is gerealiseerd. Deze uitleg vindt naar mijn mening steun in de wetsgeschiedenis. De voorganger van de Wet toezicht effectenverkeer van 1991 en van 1995 was de Wet van 30 oktober 1985, Stb. 1985, 537 (Wet effectenhandel). Deze Wet verbood in het eerste lid van artikel 6 bemiddeling bij effectentransacties aan te bieden behoudens met vergunning. De daaropvolgende Wet toezicht effectenverkeer van 1991 (Stb. 1991, 141) verbood niet alleen het aanbieden maar ook het zonder vergunning feitelijk verrichten van gereguleerde transacties.De Wte 1995 stelde de Wet toezicht effectenverkeer enkel opnieuw vast met aanpassingen aan enige Europese Richtlijnen.
Weliswaar kan ik mij de situatie voorstellen waarin het zonder vergunning als effectenbemiddelaar aanbieden van diensten een voortdurend delict oplevert, bijvoorbeeld wanneer men het publiek uitnodigt om te investeren, welke uitnodiging blijft bestaan zolang zij niet is ingetrokken of anderszins beëindigd, maar daarvan kan mij in de onderhavige zaak niet blijken. Eveneens kan ik mij - anders dan de steller van het middel klaarblijkelijk doet - voorstellen dat men als vermogensbeheerder optreedt ook wanneer men geen effectentransacties verricht, omdat de beslissing om zulke transacties niet te verrichten ook onderdeel kan zijn van vermogensbeheer, maar of dat het geval is geweest kan ik uit de bewijsvoering van het hof evenmin opmaken.
Dat de Amerikaanse staatsobligaties niet zijn aangeschaft en dat, zolang dat niet gebeurt, het delict voortduurt getuigt volgens mij van een verkeerde uitleg van artikel 7 juncto artikel 1, aanhef onder b sub 2 van de toenmalige Wet toezicht effectenverkeer 1995, omdat daar de effectenbemiddelaar wordt omschreven als degene die de mogelijkheid aanbiedt om vorderingen te verkrijgen et cetera, hetgeen [betrokkene 11] heeft gedaan, zij het zonder de bedoeling om die mogelijkheid te realiseren. Maar volgens mij was blijkens de wetsgeschiedenis dat aanbieden al voldoende. [betrokkene 11] heeft dus geopereerd als een malafide effectenbemiddelaar, tegen wiens praktijken de wetgever de particuliere belegger door het instellen van toezicht juist heeft willen beschermen.Als het misdrijf eerst voltooid zou zijn als die mogelijkheid is gerealiseerd zou iemand als [betrokkene 11] zich slechts schuldig hebben gemaakt aan een strafbare poging. En dat zou tot gevolg hebben dat de bonafide, maar zonder vergunning opererende effectenbemiddelaar die wel zijn aanbod gestand doet zwaarder wordt gestraft dan zijn evenknie die bovendien te kwader trouw alleen maar zijn cliënten wil bedriegen. Zelfs zou men zich de vraag kunnen stellen of [betrokkene 11] zich wel schuldig kon maken aan een strafbare poging omdat hij het delict niet eens wilde voltooien.
Het middel slaagt.
4.1. Het tweede middel heeft ook betrekking op de veroordeling voor feit 2 subsidiair. Uit de bewijsvoering kan niet worden afgeleid dat verdachte er opzet op heeft gehad dat [betrokkene 11] geen vergunning had om als effectenbemiddelaar op te treden. Een medeplichtige moet immers opzet hebben op het gronddelict. Het oordeel van het hof dat het opzet van verdachte niet mede gericht hoefde te zijn op het overtreden van het verbod is volgens de steller van het middel onjuist.
4.2. Het hof heeft in zijn arrest het volgende overwogen:
"
Ten aanzien van de feiten 2 subsidiair en 3 subsidiair
De raadsman van de verdachte heeft betoogd dat de verdachte dient te worden vrijgesproken van bovengenoemde feiten nu geen sprake is geweest van opzet, ook niet in voorwaardelijke zin. De raadsman heeft daartoe het volgende aangevoerd.
De verdachte wist niet wat [betrokkene 11] met de [A] vennootschappen deed, laat staan dat zij wist dat zij een bijdrage zou leveren aan het aanbieden van obligaties dan wel aan het aantrekken van opvorderbare gelden zonder de daarvoor vereiste vergunningen. De verdachte heeft niet opzettelijk de bedrijven en rekeningen op haar naam gezet zodat [betrokkene 11] obligaties kon aanbieden en opvorderbare gelden kon aantrekken zonder daarvoor vereiste vergunningen en evenmin heeft zij bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat dit zou gebeuren. Zij heeft immers alleen ingestemd met de gang van zaken nadat haar was verzekerd dat haar niets zou kunnen overkomen. De raadsman heeft om die reden vrijspraak bepleit van de onder 2 en 3 subsidiair ten laste gelegde feiten.
Het hof overweegt als volgt.
De verdachte heeft tegenover de FIOD (dossier V-2-1 ) verklaard dat [betrokkene 11] dag en nacht bezig was met beleggen en dat hij beursprogramma’s had die [A] heetten. Zij heeft voorts verklaard dat zij dacht dat [betrokkene 12] de klanten, de beleggers, heeft aangebracht bij [betrokkene 11] (dossier V-2-3). De verdachte was derhalve op de hoogte van het feit dat het [A] groeiprogramma zag op beleggingen. Tevens was zij op de hoogte van het feit dat door beleggers geld werd overgemaakt. Zij heeft immers verklaard dat zij wist dat beleggers het geld op een rekening van een advocaat overmaakten en dat dit geld vervolgens werd doorgestort naar een rekening van [A] (dossier V-2-3). Ook van het feit dat de bedrijfsvoering van [betrokkene 11] en anderen zag op het aantrekken van gelden van het publiek, was zij derhalve op de hoogte.
Door als bestuurder van [A] Garant Inc. en [A] Garant AG en Stichting Derdengelden [A] ingeschreven te staan en de bankrekening van [A] op haar naam te laten zetten, betalingen en opnames te verrichten namens de [A] vennootschappen en handtekeningen te plaatsen onder beleggingscontracten, heeft de verdachte gelegenheid en middelen verschaft ten aanzien van de bedrijfsvoering van haar man als effectenbemiddelaar, waarbij bedrijfsmatig gelden van het publiek werden aangetrokken. Nu werd geopereerd zonder de vereiste vergunningen heeft zij gelegenheid en middelen verschaft aan een bedrijfsvoering, welke strijd opleverde met het bepaalde in de artikelen 7 van de Wet Toezicht effectenverkeer 1995 en 82 van de Wet toezicht kredietwezen 1992. Het feit dat zij nietwist dat voor het als effectenbemiddelaar aanbieden van diensten en het bedrijfsmatig aantrekken van gelden vergunningen vereist zijn, doet hier niet aan af. De opzet behoeft niet mede op het overtreden van het verbod te zijn gericht.
De verweren van de raadsman worden verworpen."
4.3. Uit de bewijsvoering is niet op te maken dat verdachte opzet had op het zonder vergunning opereren als effectenbemiddelaar van haar man, [betrokkene 11]. Dat opzet was wel nodig voor de veroordeling voor medeplichtigheid. De overweging van het hof dat het opzet van de medeplichtige niet mede op het overtreden van het verbod behoeft te zijn gericht is kennelijk bedoeld om tot uitdrukking te brengen dat ook in de onderhavige zaak kleurloos opzet volstaat. Inderdaad hoeft het opzet van verdachte niet te zijn gericht op het niet naleven van de verplichting om zich te onthouden van het optreden als effectenbemiddelaar als men niet over de daarvoor benodigde vergunning beschikt. Maar voor veroordeling is wel nodig het besef, al dan niet voorwaardelijk, dat [betrokkene 11] geen vergunning had.
Ook dit middel slaagt.
5. Beide middelen slagen. Gelet evenwel op het feit dat de veroordeling voor feit 2 subsidiair in de schaduw staat van de veroordeling voor feit 1 subsidiair en op het feit dat verdachte slechts is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf maanden geheel voorwaardelijk geef ik Uw Raad in overweging om alsnog de officier van justitie niet ontvankelijk te verklaren in de vervolging voor feit 2 subsidiair voor zover die vervolging betrekking heeft op het aanbieden aan [betrokkene 5] , [betrokkene 6], [betrokkene 8] , [betrokkene 7] , [betrokkene 9], [betrokkene 4] , [betrokkene 3] en [betrokkene 1] , zodat in de bewezenverklaring slechts blijven staan [betrokkene 2] en [betrokkene 10] , welke correctie aan de ernst en aard van de bewezenverklaring als geheel naar mijn oordeel niet afdoet, en tot verwerping van het beroep.
Ambtshalve heb ik geen grond aangetroffen die tot vernietiging aanleiding behoort te geven.
6. Deze conclusie strekt tot niet-ontvankelijkverklaring van de officier van justitie zoals hiervoor voorgesteld, tot aanpassing van de bewezenverklaring en tot verwerping van het beroep.
De Procureur-Generaal
bij de Hoge Raad der Nederlanden