ECLI:NL:PHR:2019:960
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Poging tot doodslag tijdens schietincident in woonwijk met vuurwapen
In deze zaak gaat het om een schietincident dat plaatsvond op 4 november 2016 in Spijkenisse, waarbij de verdachte, geboren in 1992, op drie mannen schoot die op hem aan het schieten waren. De verdachte werd eerder door het gerechtshof Den Haag veroordeeld voor poging tot doodslag en het handelen in strijd met de Wet wapens en munitie. De advocaat-generaal (AG) heeft in zijn conclusie gesteld dat de feiten en omstandigheden niet voldoende zijn om te concluderen dat de verdachte opzettelijk heeft geschoten met de bedoeling om een van de mannen te doden. De AG adviseert de Hoge Raad om het bestreden arrest te vernietigen. De bewijsvoering van het hof steunt op getuigenverklaringen en forensisch bewijs, waaronder de aanwezigheid van hulzen en een kogel die zijn veiliggesteld op de plaats delict. De verdachte heeft verklaard dat hij zich in een levensbedreigende situatie bevond, maar de AG betwist dat er voldoende bewijs is voor het voorwaardelijk opzet op de dood van de mannen. De conclusie van de AG is dat de Hoge Raad de zaak moet terugverwijzen voor een nieuwe beoordeling.