“1. Een proces-verbaal van verhoor getuige van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-2 d.d. 11 februari 2018. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 64 e.v.):
als de op 11 februari 2018 om 5.21 uur afgelegde verklaring van [betrokkene 1]:
We wilden naar Den Haag gaan om te stappen en waren totaal met 4 personen in de auto. Ik zei nog dat we dit niet moesten doen want er was alcohol gedronken. We klapten tegen een boom aan, waarna ik uit de auto ben gestapt. De auto reed verder en ik zag dat de auto verderop een rand van de stoep raakte. De auto kwam in het water en de chauffeur kroop uit de auto. Ik ben naar de receptie gerend. De man van de receptie heeft mij in zijn auto gezet en we zijn weer naar de plek gereden waar het gebeurd was. [verdachte], [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] zaten in de auto.
[verdachte] bestuurde de auto. De chauffeur was dronken. [slachtoffer 1] zat achterin de auto en [slachtoffer 2] zat voorin naast de bestuurder. Het klopt dat ik ook achterin zat toen ik uitstapte.
2. Een geschrift, zijnde een Nederlandse vertaling, gemaakt door een beëdigd tolk/vertaler in de Slowaakse taal, van een proces-verbaal van de politie te Presov (Slowakije) d.d. 24 april 2018. Deze vertaling houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 21):
als de op 24 april 2018 afgelegde verklaring van [betrokkene 1]:
Op 11 februari 2018 was ik met degenen die daar woonden, waaronder [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1], aanwezig in een bungalow in Wassenaar op Duinrell. Ik herinner mij dat [verdachte] rond 23.00 uur was gekomen en dat hij daarna ergens heenging. Daarna zag ik hem weer. Die avond hebben we gedronken. We hebben allemaal Wodka van 38 of 40 % gedronken. Iedereen dronk ook bier.
Aan [verdachte] zag ik dat hij onder invloed van alcohol was. Ik ken hem uit het verleden en ik weet hoe hij reageert als hij alcohol heeft gedronken. [slachtoffer 1], [slachtoffer 2] en [verdachte] maakten mij wakker. Ze zeiden alle drie dat ik op moest staan, dat we naar Den Haag gingen. Ik weet dat [verdachte] zei dat we in Den Haag naar een bar zouden gaan.
Toen we klaar waren om te gaan, kwam [verdachte] naar onze bungalow met zijn auto. Hij bestuurde die auto. Het was duidelijk dat we met de auto van [verdachte] zouden gaan en dat hij ermee zou rijden.
Ik ging op de achterbank rechts achter de passagiersstoel zitten. Naast mij op de achterbank, achter de bestuurderstoel, zat [slachtoffer 1]. [slachtoffer 2] zat op de passagiersstoel voorin en [verdachte] zat op de bestuurderstoel. [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] hadden geen rijbewijs. We reden van bungalow […] over de weg langs andere bungalows, bij de kruising sloegen we linksaf en reden we verder langs het kanaal met water, dat we in de rijrichting rechts van ons hadden. Op enig moment ben ik uitgestapt. [verdachte] reed naar mijn mening te snel en gevaarlijk. Reeds bij de eerste bocht naar links haalde hij de bocht bijna niet. Ik hoorde dat de struiken aan de rechterkant van de weg tegen de carrosserie van het voertuig schuurden. Ik riep dat hij het voertuig moest stoppen, dat ik wilde uitstappen. Bestuurder [verdachte] zei dat er niets aan de hand was en dat we verder gingen. Nadat ik uit het voertuig was gesprongen, vervolgde het voertuig de rit.
Ik hoorde dat het voertuig ergens tegenaan botste.
In eerste instantie hoorde ik een klap, daarna na een korte tijd een tweede klap. Ik rende meteen over de weg die het voertuig had genomen, na ongeveer 300 meter zag ik dat de Skoda Superb in het waterkanaal op zijn dak liggen. Toen ik bij het voertuig aankwam, was het voertuig al helemaal onder water, alleen.de achterwielen waren zichtbaar.
Toen ik daar aankwam, sprong ik in het water en probeerde naar het voertuig te komen. Ik was bij de auto en probeerde het voertuig te openen, maar dat lukte niet. Toen ik naar de oever ging merkte ik dat [verdachte] op het voertuig lag. Ik besloot hulp te halen. Ik rende naar de beveiliging. Een man van de beveiliging ging achter mij aan naar de auto en de andere riep de hulpdiensten.
2. Een proces-verbaal van verhoor getuige van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-7 d.d. 11 februari 2018. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 67 e.v.):
als de op 11 februari 2018 afgelegde verklaring van [betrokkene 2]: .
Op zondag 11 februari 2018, omstreeks 03.15 uur, bevond ik mij als beveiliger van attractiepark Duinrell te Wassenaar in het hoofdgebouw.
Ik zag dat een man paniekerig op het raampje van de slagbomen klopte. Ik hoorde dat hij riep: "auto in water, help politie, brandweer, ambulance. Deze man noem ik verder melder. Ik zag dat de man nat doorweekt was. Hierop heeft mijn collega de meldkamer van de politie gebeld en ik ben met de melder meegelopen. Ik reed achter de melder aan. Op het pad richting het bungalowpark langs een slootje, zag ik dat de melder richting sloot wees. Ik zag dat een grijze .personenauto bijna geheel onder water lag en er een man uitstak die zijn hoofd met moeite boven water probeerde te houden. Ik hoorde van de melder dat er 2 mannen in de auto zouden zitten.
3. Een proces-verbaal van bevindingen van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-5 d.d. 11 februari 2018.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 71):
als relaas van de betreffende opsporingsambtenaren:
Op zondag 11 februari 2018 werden wij, verbalisanten, [verbalisant 1] en [verbalisant 2], opgeroepen door de meldkamer en gestuurd naar Duinrell. Aldaar zou een persoon zich bij de beveiliging gemeld hebben met het verhaal dat er een voertuig in het water lag en dat er nog meerdere personen in zaten.
Ter plaatse aangekomen, werden wij opgevangen door de beveiliging van Duinrell. De beveiliger vertelde ons dat er een voertuig in het water lag op het terrein van Duinrell. Wij verbalisanten hebben ons naar de locatie begeven welke wij van de beveiliger doorkregen.
Aldaar troffen wij een andere beveiliger en een persoon aan de kant van het. water. Wij zagen dat een voertuig ondersteboven in het water lag. Wij zagen dat één man op het voertuig lag.
De man die naast de beveiliger langs de kant stond, gaf door dat er nog twee personen in het voertuig zaten.
(…)
7. Een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut gedateerd 15 maart 2018, zaaknummer 2018.03.05.001, aanvraagnummer 001, datum aanvraag 11 februari 2018, verbalisant [verbalisant 3],, opgemaakt en ondertekend door de deskundige dr. K.J. Lusthof, apotheker-toxicoloog. Dit rapport houdt onder meer in -zakelijk weergegeven-:
als relaas van deze deskundige:
Datum ontvangst: 11 februari 2018
SIN Omschrijving
TAAT6766NL Bloed van [verdachte]
Resultaten onderzoek
De eindresultaten van de analyse van alcohol en de aangewezen stoffen (Wegenverkeerswet 1994, art 8, lid 5) staan in onderstaande tabel.
Tabel Resultaten onderzoek In bloed van [verdachte]
8. Een proces-verbaal van Onderzoek verkeersongeval van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-6 d.d. 25 maart 2018.
als relaas van de betreffende opsporingsambtenaren:
Wij, verbalisanten, stelden op zondag 11 februari 2018, omstreeks 04:15 uur een onderzoek in naar de toedracht van een verkeersongeval.
Op het attractiepark Duinrell te Wassenaar had een verkeersongeval plaatsgevonden. Een personenauto Skoda SuperB was te water geraakt..
Wij hebben ter plaatse van het verkeersongeval een onderzoek ingesteld.
De plaats van de aanrijding bevond zich binnen de bebouwde kom van en in de gemeente Wassenaar. De aanrijding vond plaats bij duisternis.
De Skoda was vermoedelijk vertrokken vanaf vakantiehuisje […]. Op het pad/weg waaraan dit huisje stond werden slipsporen aangetroffen die mogelijk met het voertuig waren veroorzaakt. Rijdend over het weggedeelte dat om parkeerplaats P3 leidde was de Skoda in een bocht naar links van de weg geraakt. Via een naast de weg gelegen talud was de Skoda op de kop in het naastgelegen water terecht gekomen. Onderzoek gaf een aanwijzing dat de Skoda mogelijk tientallen meters vóór de ongevalslocatie reeds rechts door de berm was gereden.
Op basis van de aangetroffen sporen, kwamen wij onder meer tot de volgende conclusies:
Wij, verbalisanten, zijn van mening dat het verkeersongeval het gevolg was van menselijk handelen. Naar onze mening was de meest waarschijnlijke oorzaak een rij- c.q. beoordelingsfout van de bestuurder van de Skoda. De bestuurder was de controle over het voertuig verloren en was met zijn voertuig van de weg geraakt.
(…)
Sporen op het wegdek
Gezien in de rijrichting van de Skoda troffen wij in de rechter berm, ongeveer 70 meter vóór de ongevalslocatie , een rijspoor aan. Dit spoor verliep voor ongeveer 12 meter door de berm.
Sporen aan betrokken voertuig
Wij zagen dat de rechterzijde van de Skoda was beschadigd. Wij zagen dat de velgrand van het rechter voorwiel was verbogen (deuk) en dat de bandenspanning van de linker voorband beduidend lager was dan bij de overige banden.
Wij zagen krassen in de lak, aanvangend op het rechter voorportier en doorlopend tot op het achterpaneel. Wij zagen dat het rechter achterportier en rechter achterpaneel waren ingedrukt.
9. Een proces-verbaal van verhoor verdachte van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-11 d.d. 11 februari 2018. Dit. proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 53 e.v.):
als de op 11 februari 2018 afgelegde verklaring van de verdachte:
Vraag : Wie bestuurde het voertuig tijdens het ongeval?
Antwoord: Misschien ik zelf.
V: Met wie was u in de bungalow?
A: Dat zijn collega's van mijn werk en ik weet ook hun namen.
V: Wat zijn hun namen?
A: [betrokkene 3].
[slachtoffer 1] en mijn broer [betrokkene 4] waren er ook. Er waren nog meer mensen bij die ik verder niet ken.
[betrokkene 3] en [slachtoffer 1] zijn mijn collega's en vrienden.
Ik leen mijn auto niet vaak uit, alleen aan familie of vrienden. Ik heb mijn auto nog nooit aan [slachtoffer 1] uitgeleend.
10. De verklaring van de verdachte.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep van 8 mei 2019 verklaard -zakelijk weergegeven-:
Op uw vraag of ik mijn auto dan wel aan [betrokkene 1] zou uitlenen antwoord ik dat ik dat niet doe als ik weet dat hij te veel heeft gedronken.
11. Een proces-verbaal van verhoor verdachte van de politie Den Haag met nr. PL1500-2018038674-34 d.d. 13 juni 2018. Dit proces-verbaal houdt onder meer in - zakelijk weergegeven - (blz. 38 e.v.):
als de op 13 juni 2018 afgelegde verklaring van de verdachte:
Ik heb contact gehad met de echtgenote van [slachtoffer 1].
Dat was een moeilijk moment omdat er dingen zijn gebeurd die lastig te vergeven zijn. De slachtoffers zijn zeer waarschijnlijk door mijn toedoen, door mijn schuld, overleden.
[betrokkene 1] ken ik alleen maar van mijn werk.
Het eerste wat ik mij herinner was dat het mij speet dat ik met alcohol op achter het stuur heb gezeten.”