Conclusie
Nummer21/00507 P
Inleiding
De hoofdzaak
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3 onder B van de Opiumwet gegeven verbod”, onder 2 “
diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van verbreking”, onder 5 “
medeplegen van het voorbereiden of bevorderen van een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, door stoffen voorhanden te hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit, meermalen gepleegd en medeplegen van een overtreding van een voorschrift, gesteld bij of krachtens de Wet voorkoming misbruik chemicaliën, artikel 2 onder a, meermalen gepleegd” en onder 6 “
gewoontewitwassen”.
Het eerste middel
De bewijsvoering
(…)5.3. De beoordelingIn het pand aan de [a-straat 1] te Purmerend is op 30 december 2016 een in werking zijnde hennepkwekerij aangetroffen. Verdeeld over twee kweekruimtes stonden 1604 hennepplanten in potten met een lengte van 40 cm. Er zijn omstandigheden aangetroffen die duiden op één of meerdere oogsten. De huidige teelt was tenminste negen weken oud. Aan de zijkant van het pand stond op het afgesloten terrein een zeecontainer met daarin onder meer 107 vuilniszakken met potgrond en stekblokjes. De inhoud van 10 vuilniszakken is geteld. In de 10 vuilniszakken zaten 232 hennepstekblokjes, hetgeen neerkomt op gemiddeld 23,2 stekblokjes per vuilniszak. Vermenigvuldigd met 107 vuilniszakken betekent dat gemiddeld 2482,4 stekblokjes. Die hoeveelheid stekblokjes gedeeld door de 1604 aangetroffen planten in de hennepkwekerij, betekent dat er 1,55 eerdere oogsten zijn geweest. In het voordeel van veroordeelde is uitgegaan van 1 eerdere oogst.
Berekening wederrechtelijk verkregen voordeelHet netto wederrechtelijk verkregen voordeel wordt gesteld op:Totale opbrengst van beide kweekruimtes € 184.095,09 (€ 74.144,04 + € 109.951,05) minus de totale kosten van de beide kweekruimtes € 22.309,76 (1e kweekruimte: € 400,- + € 2.461,26 + € 2.506,48 = € 5.367,74 + 2e kweekruimte: € 500,- + € 3.649,98 + € 3.717,04 = € 7.867,02 + huur € 9.075.-) = € 161.785,33.
De raadsman voert het woord tot verdediging en deelt het volgende mede:
De toelichting op het middel
Het beoordelingskader
De bespreking van het middel
het overtollige stekblokjes [kunnen] zijn die zijn overgebleven van het aanplanten van de inbeslaggenomen oogst”, meen ik dat het hof hier kennelijk – en met het in randnummer 12 vooropgestelde: niet onbegrijpelijk – geen uitdrukkelijk onderbouwd standpunt in heeft gezien.