ECLI:NL:RBALK:2001:AB2535

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
29 juni 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
240/2001
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Herziening
Rechters
  • H. Warnink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot voortzetting van doorgifte van televisieprogramma's door kabelbeheerder Multikabel aan Canal+

In deze zaak heeft de Arrondissementsrechtbank te Alkmaar op 29 juni 2001 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Canal+ Nederland B.V. en Multikabel N.V. Canal+ vorderde de voortzetting van de doorgifte van haar televisieprogramma's door Multikabel onder bepaalde voorwaarden. De achtergrond van de zaak ligt in een geschil over de vergoeding die Canal+ aan Multikabel dient te betalen voor de doorgifte van haar gecodeerde programma's. Sinds medio 1998 zijn er onenigheden tussen partijen over de hoogte van deze vergoeding. Op 29 mei 2001 heeft Multikabel een conceptovereenkomst aan Canal+ voorgelegd, maar Canal+ heeft hierop wijzigingen voorgesteld die door Multikabel zijn afgewezen.

Tijdens de zitting op 27 juni 2001 heeft Canal+ zijn vordering toegelicht en stukken overgelegd, waarna Multikabel de vordering heeft bestreden. De rechtbank heeft de argumenten van beide partijen gehoord en is tot de conclusie gekomen dat de vordering van Canal+ gedeeltelijk toewijsbaar is. De rechtbank heeft Multikabel bevolen om de programma's van Canal+ door te geven onder de voorwaarden zoals die in de conceptovereenkomst zijn opgenomen, met inachtneming van de door beide partijen voorgestelde clausules.

De rechtbank heeft het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de kosten van het geding gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Tevens is er een dwangsom opgelegd aan Multikabel voor het geval zij niet aan de uitspraak voldoet. Dit vonnis is een vervolg op een eerdere uitspraak van 15 juni 2001, waarin de rechtbank had geoordeeld dat partijen in overleg moesten treden over de voorwaarden van de doorgifte.

Uitspraak

ARRONDISSEMENTSRECHTBANK TE ALKMAAR
KG nummer: 240/2001 JJ
Uitspraak: 29 juni 2001
De fungerend-president van de Arrondissementsrechtbank te Alkmaar, rechtdoende in kort geding, heeft het vol-gende vonnis gewe-zen in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid CANAL+ NEDERLAND B.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Hilversum,
EISERES IN KORT GEDING,
procureur mr H.R.M. Jenné,
advocaat mr E.J. Dommering,
tegen:
De naamloze vennootschap MULTIKABEL N.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Alkmaar,
GEDAAGDE IN KORT GEDING,
advocaat mr D.J. Oranje.
Partijen worden hierna genoemd Canal+ en Multikabel.
HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Ter terechtzitting van 27 juni 2001 heeft Canal+ ge-steld en gevor-derd overeen-komstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
Multikabel heeft de vorde-ring bestreden.
Na verder debat heeft Canal+ stukken, waaronder de originele dagvaarding, over-gelegd en vonnis ge-vraagd.
De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast be-schouwd.
DE BEHANDELING VAN DE ZAAK
De uitgangspunten
1.1 Multikabel is de beheerder van het omroepnetwerk in, thans 42, overwegend in
Noord-Holland gelegen gemeen-ten.
1.2 Canal+ is aanbieder van 2 analoge abonneetelevi-sie-pro-gram-ma's. Multikabel geeft deze
twee gecodeerde programma's sinds 1992 over haar om-roepnetwerk door. De abonnees die de programma's willen bekijken hebben daartoe een afzonderlijke overeenkomst gesloten met Canal+ en van Canal+ een decoder ontvangen. De betrok-ken abonnees betalen voor het bekijken van de program-ma's aan Canal+ en zij betalen aan Multikabel geen vergoeding voor die programma's.
1.3 Sedert medio 1998 hebben partijen een verschil van in-zicht over de hoogte van de door
Canal+ aan Multikabel te betalen vergoe-ding voor het doorgeven van de signa-len.
1.4 Op 29 mei 2001 heeft Multikabel Canal+ een concepto-vereenkomst toegezonden waarin
vervat het gebruik van het kabel-netwerk van Multikabel ten behoeve van de abonnees van Canal+.
De overeenkomst voorziet in een looptijd vanaf 1 juli 2000 tot 1 januari 2002 met een
opzegtermijn van zes maanden.
1.5 De onder 1.2 bedoelde voorstellen, respectievelijk aan te vullen clausules, zijn opgenomen
in de brief van Multikabel aan Canal+ van 11 juni 2001 en zij luiden als volgt:
- het contract wordt eerst definitief wanneer de NMa en/of het OPTA-college een zienswijze/aanwijzing op de door Canal+ ingediende verzoeken hebben gegeven;
- alsdan zullen de verplichtingen gelden zoals deze door deze instantie(s) met een uitspraak wordt beoogd;
- Canal+ zal het thans in het contract genoemde bedrag betalen bij wijze van voorschot op het te zijner tijd definitief tussen partijen geldende tarief vanaf 1 juli 2000.
1.6 De onderhavige procedure is een vervolg op de kort gedingprocedure tussen beide partijen
die heeft gere-sulteerd in een vonnis van 15 juni 2001.
1.7 De fungerend-president bij deze rechtbank heeft in voornoemd vonnis onder meer
overwogen:
"Gelet op de zeer korte termijn waartegen Multikabel de stopzet-ting heeft aange-kondigd, namelijk vandaag 15 juni 2001, en ook gelet op de belangen van haar abon-nees en de lopende verplichting die Canal+ ten opzich-te van die abon-nees heeft, Canal+ een termijn gunnen zich alsnog te bera-den omtrent de herhaalde voorstel-len en de uitspraak en overwe-gingen in deze zaak zoals die thans voorlig-gen.
De vordering zal daarom worden toegewezen, echter voor een termijn van twee weken, waarbinnen partijen alsnog en met in-achtne-ming van het vorenstaande in overleg kunnen treden."
1.8 Nadat Canal+ kennis had genomen van voornoemde uit-spraak heeft zij bij brief van 20 juni
2001 aan Multi-kabel laten weten dat zij bereid is de overeenkomst zoals die is voorgelegd op 29 mei 2001 met de clausu-les van 11 juni 2001 te ondertekenen mits daaraan de volgende clausules worden toegevoegd:
1. Het contract wordt eerst definitief wanneer de NMa en/of het OPTA-college een
zienswijze/aan-wijzing op de door Canal+ ingediende verzoeken hebben gegeven;
2. De voorlopige doorgifteprijs die in artikel 5 van het con-tract is opgenomen wordt
aangepast wanneer OPTA hangende het geschi-l over de hoogte van deze prijs een aanwijzing geeft dat een lager bedrag in rekening moet worden gebracht;
3. Wanneer de bevoegde Rechtbank in een bodemge-schil vast-stelt dat ten aanzien
van een aan-tal netten van Multikabel de doorgifteo-ver-eenkomsten nog van kracht zijn, zal de voor-lo-pige doorgifte-vergoe-ding van artikel 5 van het contract worden verre-kend met de (in) die lopende contracten overeen-gekomen doorgifteprijs;
4. Wanneer de NMa/OPTA en de Rechtbank een be-slis-sing hebben gegeven over de
redelijkheid van het gevraag-de doorgifte-ta-rief, de in-gangsdatum van het vastge-
stelde tarief en gelding van de over-eenkomst zullen de ver-plichtingen gelden zoals die uit deze beslis-singen voortvloeien;
5. Canal+ zal het thans in het contract genoemde bedrag betalen bij wijze van
voorschot op het te zijner tijd tussen de partij-en geldende tarief vanaf 1 juli 2000.
Verder stelt Canal+ in de brief een termijn wat be-treft de werkings-duur voor tot 1 april 2002 met een opzegter-mijn van één maand.
1.9 Bij brief van 21 juni 2001 heeft Multikabel laten weten dat zij de voorgestelde wijzigings-
en aanvul-lingsclausu-les van Canal+ van de hand wijst en dat zij vast-houdt aan de clausules zoals zij die op 11 juni 2001 heeft geredigeerd en dat zij, indien Canal+ daarop niet ingaat, per 1 juli 2001 stopt met doorgif-te van het signaal van Canal+.
De vordering en de standpunten van partijen.
2.1 Canal+ vordert, zakelijk weergegeven, voortzetting van doorgifte van haar programma's
door Multikabel onder de voor-waarden genoemd in de brief van 29 mei 2001 en de door Canal+ voorgestelde clausules in haar brief van 20 juni 2001.
2.2 Volgens Canal+ zijn haar voorstellen redelijk en doen zij geen afbreuk aan het
voorgestelde contract. Ten aan-zien van de werkingsduur wil Canal+ dat de overeen-komst een looptijd heeft tot 1 april 2002 in plaats van 1 januari 2002. Dit in ver-band met de tijd die zij nodig heeft om te beslissen hoe zij in de toekomst haar programma's in de Multikabel gemeen-ten wenst uit te zenden (digitaal, analoog of op andere wijze).
2.3 Volgens het primaire standpunt van Multikabel dient Canal+ niet-ontvankelijk te worden
verklaard nu zij volgens Multikabel in feite dezelfde stelling hanteert als in het vorige kort geding, namelijk dat Multikabel onrechtma-tig handelt door ondertekening van het con-tract te verlan-gen.
Subsidiair stelt Multikabel dat Canal+ wederom pro-beert tijd te rekken om zodoende te
trachten zo lang moge-lijk aan het oude tarief van doorgifte vast te houden.
2.4 De standpunten van partijen zijn verwoord in de door beide over-gelegde pleitnotities, die
als hier ingelast worden beschouwd. Voorzover voor de beslissing van belang zal op de respectieve standpunten hierna uit-drukkelijk worden ingegaan.
De gronden van de beslissing.
3.1 Multikabel heeft betoogd dat Canal+ niet-ontvankelijk dient te worden verklaard omdat zij,
materieel, de-zelfde grond-slag aan haar vordering verbindt als in het vorige kort geding.
Dat formele verweer wordt verworpen. In het vonnis van 15 juni 2001 is beslist dat partijen
verder dienden te onder-han-delen met inachtneming van een aantal overwe-gin-gen uit dat
vonnis. Niet is bepaald dat Canal+ de voor-stellen van Multikabel integraal diende te
accepte-ren. Nu Multikabel de nadere clausules van Canal+ zonder meer heeft afgewe-zen,
kan Canal+ haar recht om zulks ter beoordeling voor te leggen niet worden ontzegd.
3.2 Canal+ heeft ter zitting bevestigd dat haar voorstel toepas-se-lijk is op alle gemeenten
zoals die in de lijst die is aangehecht aan de conceptovereenkomst van 19 mei 2001 zijn opgenomen en dat het ook geldt voor het aldaar genoemd tarief van f 0,60 per kabelnet-
wer-ka-bonnee.
3.3 Vervolgens heeft zij de in haar brief van 20 juni 2001 opgenomen clausule zoals hiervoor
onder 1.8 punt 2 is opge-nomen aangepast in die zin dat zij de zinsnede "dat een lager bedrag in rekening moet worden ge-bracht" wijzigt in "dat een ander bedrag in rekening moet worden gebracht".
3.4 Multikabel heeft zich vervolgens op het standpunt gesteld dat de overige door Canal+
bedoelde clausules onnodig zijn nu zij door de nadere clausules van Multikabel in haar brief van 11 juni 2001 niet belem-merd wordt in enige rechts-gang zoals het aanhangig maken van een bodemschil omtrent de geldigheid van de oude contracten en/of het aanhan-gig maken van (spoed) procedures bij de OPTA of el-ders.
Dat betoog kan worden gevolgd. De clausules van Multi-kabel belet-ten Canal+ niet zich tot
enige instan-tie te wenden. Verder ligt het voor de hand dat, indien er een uit-spraak, hetzij
defi-nitief, hetzij in de voor-zienings-sfeer, volgt, de rechtsv-er-houding van partijen daar-door
nader wordt bepaald, respec-tievelijk inge-vuld.
3.5 Multikabel heeft betoogd dat zij wenst vast te houden aan het woord "defini-tief" ("op het te
zijner tijd defini-tief tussen partijen geldende tarief") dat Canal+ in haar redactie heeft weggelaten. Canal+ heeft daartegen vervol-gens geen verweer ge-voerd zodat van de door Multikabel voorge-stelde tekst wat dat betreft kan worden uit-ge-gaan.
3.6 Het laatste geschilpunt tussen partijen betreft de duur van de overeenkomst en de termijn
van opzegging. Multikabel stelt dat een opzegtermijn van één maand onredelijk kort is voor haar bedrijfsvoering en dat voorts het verlengen van de termijn tot 1 april 2002 in plaats van 1 januari 2002 niet redelijk is.
Canal+ heeft daartegenover gesteld dat hand-having van de clau-sule van Multikabel bete-
kent dat zij vrijwel onmiddel-lijk na het onderte-kenen van de overeen-komst al zou moeten
aange-ven dat de overeen-komst wel of niet zal moeten worden ver-lengd. Volgens Canal+
heeft zij verder wat meer tijd nodig in verband met het vormen van een beslis-sing omtrent
de wijze waarop zij in de toekomst haar programma's in de Multikabel gemeen-ten wenst
uit te zenden.
3.6.1Wat betreft de opzegtermijn zal aansluiting worden gezocht bij de "oude" contracten, waar
een termijn van drie maanden werd gehanteerd. Multikabel heeft onvol-doende feiten
gesteld op grond waarvan die eerdere termijn niet toepasselijk zou kunnen worden
verklaard. Ook haar standpunt inhoudende dat verlen-ging tot 1 april 2001 onredelijk zou
zijn, is niet verder onder-bouwd en in dat opzicht is het belang van Canal+ dan ook onvol-
doende gemotiveerd weersproken gebleven.
3.7 Gelet op al het hiervoor overwogene zal de vordering worden toegewezen op de wijze als
hierna gemeld.
3.8 Bij de beslissing wordt er wel van uitgegaan dat Canal+ binnen afzienbare tijd, maximaal
twee weken na heden, de door haar bedoelde procedures in gang zet.
3.9 Nu partijen over en weer in het gelijk en ongelijk zijn gesteld zullen de proceskosten
worden gecom-pen-seerd.
DE BESLISSING
De president:
beveelt Multikabel de programma's van Canal+ te blijven doorgeven onder de voorwaarden zoals die zijn gesteld in de op 29 mei 2001 door Multikabel aan Canal+ voorgelegde overeen-komst, met inachtneming van de door Multikabel op 11 juni 2001 en door Canal+ op 20 juni 2001 voorgestelde clausules, een en ander met inachtneming van hetgeen hiervoor onder 3.2 tot en met 3.8 omtrent inhoud, loop-tijd en opzegtermijn daarvan is overwogen;
- bepaalt dat Multikabel een dwangsom verbeurt van
f 1.000-.000,- voor de eerste overtreding van het gegeven bevel en f 100.000,- voor iedere dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum aan te verbeuren dwangsommen van f 5.000.000,- (vijf miljoen gulden) indien zij niet aan voornoemde veroorde-ling vol-doet;
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voor-raad;
- weigert het meer of anders gevorderde;
- compenseert de kosten van het geding in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Gewezen door mr H. Warnink, fungerend-president van de Arron-dis-se-ments-rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare te-recht-zitting van 29 juni 2001 in tegenwoordig-heid van J.J.M. Jeu-ris-sen, griffier.