ECLI:NL:RBALK:2004:AO5889
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.E.J. van Lieshout-Segers
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid Nederlandse rechter in echtscheidingszaak met internationale elementen
In deze echtscheidingszaak, die werd behandeld door de Rechtbank Alkmaar, heeft de vrouw, die inmiddels in Australië woont, aangevoerd dat de rechtbank zich niet bevoegd zou moeten verklaren. De rechtbank heeft deze stelling verworpen, omdat beide partijen ten tijde van de indiening van het verzoekschrift voldoende tijd in Nederland ingeschreven stonden in de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA), wat hen een woonplaats in Nederland verleent. De vrouw, die feitelijk verblijft in Sydney, Australië, heeft primair verzocht om de rechtbank zich onbevoegd te verklaren, en subsidiair om de procedure op te schorten totdat het 'Family Court of Australia' een beslissing zou hebben genomen. Daarnaast heeft zij verzocht om de echtscheiding uit te spreken op basis van Engels recht en om nevenvoorzieningen te treffen volgens het Nederlandse recht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen op 27 september 1996 in Australië zijn gehuwd en zich later in Londen hebben gevestigd. De man heeft zich op 7 mei 2001 vanuit Groot-Brittannië in Bergen (NH) gevestigd, terwijl de vrouw op 30 mei 2001 ook vanuit Groot-Brittannië naar Bergen (NH) is verhuisd. Ondanks dat de vrouw tijdelijk naar Londen is teruggekeerd voor werk, hebben zij hun woning in Bergen behouden. De rechtbank concludeert dat de Nederlandse rechter rechtsmacht toekomt, omdat partijen zich in mei 2001 in Nederland hebben gevestigd en de vrouw in 2002 tijdelijk naar Londen is teruggekeerd voor werk. De rechtbank verklaart zich bevoegd om kennis te nemen van het echtscheidingsverzoek en verwijst de zaak naar de rol van 4 maart 2004 voor verdere procedure.