ECLI:NL:RBALK:2007:AZ9731

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
1 maart 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
93294/KG ZA 07-39
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.M. Vrakking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Auteursrechtelijke geschil tussen SCHOOL EN ONDERWIJS SERVICE B.V. en STICHTING OBD NOORDWEST over gebruik van formulieren

In deze zaak, die voor de Rechtbank Alkmaar werd behandeld, heeft de eiseres, SCHOOL EN ONDERWIJS SERVICE B.V. (hierna: Sos), de stichting OBD NOORDWEST (hierna: de stichting) in kort geding gedagvaard. De eiseres vorderde een verbod voor de stichting om formulieren te gebruiken die vrijwel identiek zijn aan de door Sos gehanteerde formulieren. Tevens vorderde Sos dat de stichting de in haar bezit zijnde formulieren zou vernietigen en degenen aan wie deze formulieren zijn verstrekt zou informeren dat het gebruik daarvan onrechtmatig was. De eiseres stelde dat haar formulieren auteursrechtelijk beschermd zijn en dat de stichting inbreuk maakt op haar auteursrechten door deze formulieren te kopiëren.

De stichting heeft verweer gevoerd en betwist dat Sos als maker van de formulieren kan worden aangemerkt. De voorzieningenrechter heeft de argumenten van beide partijen gehoord en de stukken in het geding beoordeeld. De rechter concludeerde dat Sos niet als auteursrechthebbende kan worden aangemerkt, omdat niet is aangetoond dat de auteursrechten op de formulieren aan haar zijn overgedragen. De rechter oordeelde dat de auteur van de formulieren, een bepaalde dhr. [naam], de auteursrechten behoudt, en dat Sos niet-ontvankelijk is in haar vordering.

De voorzieningenrechter heeft Sos als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van het geding, die zijn begroot op € 251,-- aan verschotten en € 816,- aan salaris voor de procureur. De uitspraak werd gedaan op 1 maart 2007 door mr. J.M. Vrakking, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. F. Vermeij, griffier.

Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR
Sector civiel recht
FV/HV[ 1]
zaak- en rolnummer: 93294/KG ZA 07-39
datum: 1 maart 2007
Vonnis van de voorzieningenrechter, rechtdoende in kort geding
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid SCHOOL EN ONDERWIJS SERVICE B.V.,
gevestigd en kantoor houdende te Middenbeemster, gemeente Beemster,
eiseres in kort geding,
procureur mr. R.J. van Velzen,
advocaat mr. J. Stam te Amsterdam,
tegen:
de stichting STICHTING OBD NOORDWEST,
gevestigd en kantoor houdende te Hoorn,
gedaagde in kort geding,
procureur mr. J. van Rhijn.
Partijen zullen verder ook worden genoemd "Sos" respectievelijk "de stichting".
1. Het verloop van het geding
Bij exploot van 9 februari 2007 heeft Sos de stichting in kort geding gedagvaard.
De stichting heeft bij brief van 16 februari 2007 producties in het geding gebracht.
Ter terechtzitting van 19 februari 2007 heeft Sos gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
De stichting heeft de vordering bestreden.
Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van de zijde van Sos een kopie van de originele dagvaarding en van beide zijden pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.
De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.
2. De uitgangspunten
2.1 Partijen houden zich beiden bezig met het verrichten van onderzoeken van leerlingen op scholen ten behoeve van te maken (school)keuzes.
2.2 De onderzoeken monden uit in rapportages - in de vorm van formulieren - die aan scholen, leerlingen en ouders worden gepresenteerd.
2.3 Sos en de stichting maken in dit verband allebei gebruik van het computerprogramma Access.
2.4 Tussen partijen is een geschil gerezen over de door de stichting gebruikte formulieren.
3. De vordering en de standpunten van partijen
1.1 Sos vordert, samengevat en zoals de voorzieningenrechter begrijpt, de stichting te verbieden om de formulieren te gebruiken die (vrijwel) gelijk zijn aan de door Sos gehanteerde formulieren, alsmede om de stichting te gebieden om de nog in haar bezit zijnde formulieren te vernietigen en om degenen aan wie de formulieren zijn verstrekt te berichten dat het gebruik daarvan onrechtmatig was, op straffe van verbeurte van een dwangsom van 10.000 euro per dag dat de stichting niet aan dit vonnis voldoet, met veroordeling van de stichting in de kosten van het geding.
1.2 Sos legt aan haar vordering ten grondslag dat de formulieren van Sos auteursrechtelijk beschermd worden. De formulieren van Sos zijn zodanig ontworpen dat de resultaten in een oogopslag kunnen worden herkend. Door middel van de kleurstelling wordt in verschillende rubrieken naar elkaar verwezen, zodat het snel inzichtelijk is wat de status quo is en welke keuzen kunnen/moeten worden gemaakt en wat de consequenties zijn. De formulieren hebben een eigen, oorspronkelijk karakter. De stichting maakt inbreuk op het auteursrecht, omdat zij de door Sos gehanteerde methode van rapporteren schaamteloos kopieert, alles aldus Sos. Sos stelt verder in de dagvaarding dat zij de maker is van de formulieren.
1.3 De stichting heeft tegen de vordering verweer gevoerd.
1.4 Partijen hebben hun wederzijdse standpunten nader uiteengezet, onder meer aan de hand van de overgelegde pleitnotities. Voor zover nodig voor de beslissing zal daarop hierna afzonderlijk en uitdrukkelijk worden ingegaan.
4. De gronden van de beslissing
4.1 De stichting heeft als meest verstrekkende verweer aangevoerd dat de vordering moet worden afgewezen, omdat Sos niet als maker in de zin van de Auteurswet kan worden aangemerkt. Dit verweer slaagt en daartoe wordt als volgt overwogen. In artikel 1 van de Auteurswet wordt het auteursrecht omschreven als een uitsluitend recht dat toekomt aan de maker. Ter zitting is van de zijde van Sos verschenen
Dhr. [naam] (hierna ook: [naam]). [Naam] heeft ter zitting desgevraagd verklaard dat hij degene is die de formulieren bedacht en ontworpen heeft. Dit brengt mee dat [naam] als maker moet worden aangemerkt en dat aan hem in beginsel de auteursrechten toekomen. Dit kan anders zijn indien [naam] de auteursrechten heeft overgedragen, bijvoorbeeld aan Sos. [Naam] heeft weliswaar verder verklaard dat hij de auteursrechten heeft ingebracht in Sos, maar Sos heeft nagelaten de juistheid van deze stelling - na weerspreking daarvan door de stichting - nader te onderbouwen. De raadsman van Sos heeft in dit verband nog wel verklaard dat de auteursrechten ongetwijfeld als activa in de administratie van Sos terug te vinden zullen zijn, maar aan dit betoog wordt voorbijgegaan omdat het niet met stukken is onderbouwd. Omdat ook overigens niet is gebleken dat [naam] zijn auteursrechten heeft overgedragen aan Sos en evenmin is gesteld of gebleken dat aan Sos uit andere hoofde de auteursrechten toekomen, moet er vooralsnog van uit worden gegaan dat de auteursrechten nog altijd aan [naam] toekomen en niet aan Sos. Dit laatste brengt mee dat Sos in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
4.2 Sos wordt, als de in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de kosten van het geding.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter:
- verklaart Sos niet-ontvankelijk in haar vordering;
- veroordeelt Sos in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van de stichting begroot op € 251,-- aan verschotten en op € 816,- aan salaris procureur.
Gewezen door mr. J.M. Vrakking, voorzieningenrechter van de Rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 1 maart 2007 in tegenwoordigheid van mr. F. Vermeij, griffier.