ECLI:NL:RBALK:2007:BB2228
Rechtbank Alkmaar
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van ontvankelijkheid en sancties in administratief beroep inzake APK-keuringen van voertuigen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Alkmaar op 9 maart 2007 uitspraak gedaan in een administratief beroep van betrokkene tegen beslissingen van de officier van justitie. Betrokkene had beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijkverklaring door de officier van justitie in verband met opgelegde administratieve sancties voor het verlopen van APK-keuringen van twee voertuigen. De kantonrechter diende primair te beoordelen of betrokkene ontvankelijk was in zijn beroep, waarbij de verplichting tot het stellen van zekerheid voor de sancties aan de orde kwam. Betrokkene had aangevoerd dat hij niet in staat was om de vereiste zekerheid van € 1.900,00 te stellen, en dat het handhaven van deze verplichting in strijd zou zijn met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dat recht op toegang tot een onafhankelijke rechter waarborgt.
De kantonrechter oordeelde dat de hoogte van de zekerheid onder de gegeven omstandigheden een ongerechtvaardigde inbreuk op het recht op toegang tot de rechter zou opleveren. Hierdoor werd betrokkene niet in verzuim bevonden voor het niet stellen van de zekerheid. De officier van justitie had, ondanks de overschrijding van de termijn voor het indienen van beroep, inhoudelijk op het beroep moeten ingaan, omdat betrokkene relevante bewijsstukken had overgelegd die zijn standpunt ondersteunden. De kantonrechter concludeerde dat de informatie van de gehandicapteninstelling Noorderhaven voldoende was om de voertuigen als gedemonteerd te registreren.
De beslissing van de kantonrechter was dat het beroep gedeeltelijk gegrond werd verklaard, de beslissingen van de officier van justitie werden vernietigd, en de administratieve sancties werden gematigd tot nihil. Dit leidde tot de conclusie dat er geen restitutie van eerder betaalde sancties nodig was, gezien de gematigde sanctie. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid en het recht op toegang tot de rechter in administratieve procedures.