ECLI:NL:RBALK:2008:BC7694

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
19 maart 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
14-810184-07
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • Y.M.I. Greuter-Vreeburg
  • H. de Klerk
  • B.H. Franke
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huiselijk geweld en mishandeling met poging tot zware mishandeling

In deze zaak heeft de Rechtbank Alkmaar op 19 maart 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van huiselijk geweld en mishandeling. De verdachte, geboren in 1982, werd ervan beschuldigd op 17 april 2007 in Alkmaar opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen aan zijn ex-vriendin en haar moeder. De officier van justitie vorderde een gevangenisstraf van zes maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk, en een werkstraf van 240 uren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte meerdere keren zijn ex-vriendin en haar moeder heeft mishandeld, waarbij hij met gebalde vuisten en geschoeide voeten heeft geslagen en geschopt. De mishandelingen vonden plaats in de periode van 1 februari 2003 tot en met 16 april 2007.

De rechtbank heeft in haar overwegingen gekeken naar het psychologisch rapport van de verdachte, waaruit bleek dat hij gedragsproblemen vertoonde, waaronder agressief en manipulatief gedrag. De rechtbank oordeelde dat er geen omstandigheden waren die de strafbaarheid van de verdachte uitsloten. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank benadrukte de ernst van de mishandelingen, vooral omdat deze plaatsvonden in aanwezigheid van het dochtertje van de verdachte. De rechtbank rekende het de verdachte zwaar aan dat hij zijn ex-vriendin en haar moeder op deze wijze heeft mishandeld, wat niet alleen hun lichamelijke integriteit, maar ook hun geestelijke gezondheid heeft aangetast. De rechtbank besloot dat de verdachte zich moet houden aan de voorwaarden van de proeftijd en dat de taakstraf moet worden uitgevoerd.

Uitspraak

RECHTBANK ALKMAAR
Sector straf
Locatie Alkmaar
Parketnummer : 14/810184-07
Datum uitspraak : 19 maart 2008
TEGENSPRAAK
VERKORT VONNIS van de rechtbank Alkmaar, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak van het
OPENBAAR MINISTERIE
tegen:
- [VERDACHTE],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982,
ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens op het [adres]
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 5 maart 2008.
De rechtbank heeft kennisgenomen van
- de vordering van de officier van justitie, die ertoe strekt dat de rechtbank de verdachte terzake 1 primair, 2 en 3 zal veroordelen tot gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en een werkstraf voor de duur van 200 uren subsidiair 100 dagen vervangende hechtenis.
- hetgeen door de verdachte en mr. B. Snoeij, raadsman van de verdachte, naar voren is gebracht.
1. TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat
1.
hij op of omstreeks 17 april 2007 in (de gemeente) Alkmaar ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [naam slachtoffer 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
- (met veel kracht) met gebalde vuist(en) meermalen heeft geslagen in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd van die [naam slachtoffer 1] en/of (elders op/tegen) diens lichaam en/of
- (met veel kracht) meermalen heeft geduwd in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of de hals van die [naam slachtoffer 1] en/of (elders op/tegen) diens lichaam,
ten gevolge waarvan die [naam slachtoffer 1] meermalen is gevallen en/of (vervolgens) bewusteloos is geraakt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
Subsidiair, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 17 april 2007 in (de gemeente) Alkmaar opzettelijk [naam slachtoffer 1] heeft mishandeld, immers heeft verdachte toen en daar die [naam slachtoffer]
- (met veel kracht) meermalen geslagen in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of (elders op/tegen) het lichaam en/of
- (met veel kracht) meermalen geduwd op/tegen het hoofd en/of de hals en/of (elders op/tegen) het lichaam,
ten gevolge waarvan die [naam slachtoffer 1] meermalen is gevallen en/of (vervolgens) bewusteloos is geraakt,
waardoor die [naam slachtoffer 1] letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
2.
hij op of omstreeks 17 april 2007 in (de gemeente) Alkmaar opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [naam slachtoffer 2],
- (met veel kracht) meermalen heeft geslagen in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of het lichaam en/of
- (met veel kracht) met geschoeide voet(en) meermalen heeft geschopt tegen de/een be(e)n(en) en/of
- (met veel kracht) meermalen heeft geduwd in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of het lichaam,
waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
3.
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2003 tot en met 16 april 2007 in (de gemeente) Alkmaar en/of elders in Nederland opzettelijk [naam slachtoffer 2], de (toenmalige) levensgezel van verdachte, heeft mishandeld, immers heeft verdachte die [naam slachtoffer 2] toen en daar
- (met veel kracht) meermalen geslagen in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of het lichaam en/of
- (met veel kracht) meermalen geschopt in/op/tegen de buik en/of op/tegen de/het be(e)n(en) en/of (elders op/tegen) het lichaam en/of
- (met veel kracht) meermalen geduwd in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of het lichaam en/of
- (met veel kracht) meermaals gerukt en/of getrokken aan het lichaam en/of
- (met veel kracht) op de grond gegooid en/of (vervolgens) de neus en mond (enige tijd) dichtgeknepen en/of dichtgedrukt en/of
- (met veel kracht) meermalen de keel (enige tijd) dichtgeknepen en/of dichtgedrukt
- (met veel kracht) een telefoontoestel, in elk geval een hard voorwerp, in/op/tegen de buik gegooid,
waardoor die [naam slachtoffer 2] (telkens) letsel heeft bekomen en/of (telkens) pijn heeft ondervonden;
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zullen deze worden verbeterd. De verdachte is hierdoor niet geschaad in de verdediging.
2. BEWEZENVERKLARING
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande, dat
1. primair.
hij op 17 april 2007 in de gemeente Alkmaar ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om aan een persoon genaamd [naam slachtoffer 1], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, met dat opzet
- met kracht met gebalde vuisten meermalen heeft geslagen tegen het hoofd van die [naam slachtoffer 1] en elders tegen haar lichaam,
ten gevolge waarvan die [naam slachtoffer 1] is gevallen en bewusteloos is geraakt,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
2.
hij op 17 april 2007 in de gemeente Alkmaar opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [naam
slachtoffer 2]),
- meermalen heeft geslagen tegen het hoofd en/of het lichaam en
- met geschoeide voeten meermalen heeft geschopt tegen de benen en
- meermalen heeft geduwd tegen het hoofd,
waardoor deze letsel heeft bekomen en pijn heeft ondervonden.
3.
hij op tijdstippen in de periode van 1 februari 2003 tot en met 16 april 2007 in de gemeente Alkmaar en/of elders in Nederland opzettelijk [naam slachtoffer 2], de (toenmalige) levensgezel van verdachte, heeft mishandeld, immers heeft verdachte die [naam slachtoffer 2] toen en daar
- meermalen geslagen in/op/tegen het gezicht en/of op/tegen het hoofd en/of het lichaam en
- meermalen geschopt in/tegen de buik en/of tegen de/het be(e)n(en) en/of (elders tegen) het lichaam en
- meermalen geduwd in/tegen het gezicht en/of tegen het hoofd en/of het lichaam en
- meermalen gerukt en/of getrokken aan het lichaam en
- op de grond gegooid en
- meermalen de keel dichtgeknepen en/of dichtgedrukt
- een telefoontoestel tegen de buik gegooid,
waardoor die [naam slachtoffer 2] (telkens) letsel heeft bekomen en/of (telkens) pijn heeft ondervonden.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
3. BEWIJS
De rechtbank grondt de beslissing dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
De bewijsmiddelen worden slechts gebruikt ten aanzien van het feit waarop zij blijkens hun inhoud betrekking hebben.
4. STRAFBAARHEID VAN HET BEWEZEN VERKLAARDE
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1 primair:
Poging tot zware mishandeling
Ten aanzien van feit 2:
Mishandeling
Ten aanzien van feit 3:
Mishandeling, begaan tegen zijn levensgezel, meermalen gepleegd
5. STRAFBAARHEID VAN DE VERDACHTE
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.
6. MOTIVERING VAN DE STRAFFEN.
De rechtbank heeft de op te leggen straffen bepaald op grond van de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon van de verdachte.
De rechtbank heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen:
Verdachte heeft in een uitbarsting van woede, kennelijk omdat hij gedwarsboomd werd in zijn verlangen zijn kind mee te nemen, de moeder van zijn ex-vriendin zodanig mishandeld dat zij korte tijd het bewustzijn heeft verloren. Verdachte heeft haar zodanig tegen het hoofd geslagen dat het niet verdachtes verdienste is dat genoemde mishandeling geen zwaar lichamelijk letsel tot gevolg heeft gehad. Verdachte heeft op dezelfde plaats en omstreeks hetzelfde tijdstip en om dezelfde reden ook zijn ex-vriendin mishandeld. Ook in voorgaande jaren, toen verdachte en laatstgenoemde vrouw nog een relatie hadden, heeft hij haar meerdere malen mishandeld.
Een dergelijke mate van huiselijk, relationeel getint geweld maakt niet alleen inbreuk op de lichamelijke integriteit en gezondheid van beide vrouwen, maar de ervaring leert, dat slachtoffers van een dergelijke mate van huiselijk geweld daarvan nog geruime tijd zowel lichamelijk als geestelijk hinder en klachten kunnen ondervinden. De rechtbank rekent verdachte in het bijzonder zwaar aan dat hij de mishandelingen ook liet plaatsvinden in aanwezigheid van zijn dochtertje.
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand uittreksel uit de Justitiële Documentatie, gedateerd 5 februari 2008, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder terzake van agressiedelicten tot straf is veroordeeld.
- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport gedateerd 9 augustus 2007 van H. Punt als reclasseringswerker verbonden aan de Reclassering Nederland Regio Alkmaar Haarlem.
- het over de verdachte uitgebrachte psychologisch rapport gedateerd 24 oktober 2007, van M.V.V. Knoers.
Dit rapport houdt onder meer het volgende in.
De medewerking van betrokkene liet sterk te wensen over. Als gevolg van deze beperkingen is het beeld dat van betrokkene is ontstaan, beperkt. Al met al kan gesteld worden dat uit het psychologisch onderzoek aanwijzingen naar voren komen voor tekorten in intellectuele vermogens bij betrokkene, en voor druk, overheersend, verbaal agressief en bij tijden manipulatief en egocentrisch gedrag wanneer de zaken niet lopen zoals hij wenst. Deze gedragsobservaties kunnen wijzen op een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens van betrokkene, in de zin van persoonlijkheidsproblematiek. De rapporteur is op grond van het vorenstaande niet in staat een advies te geven.
De rechtbank is, gelet op het vorenstaande, van oordeel dat oplegging van een voorwaardelijke vrijheidsstraf op haar plaats is, met daaraan verbonden een proeftijd van twee jaren, teneinde verdachte extra te motiveren om bij relationele conflicten niet zijn toevlucht tot geweld te nemen.
De rechtbank is van oordeel dat tevens een taakstraf, bestaande uit een werkstraf, behoort te worden opgelegd, een en ander op de wijze zoals hierna in de rubriek BESLISSING zal worden aangegeven.
7. TOEGEPASTE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
De op te leggen straffen zijn gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22b(oud), 22c, 22d, 45, 57, 300, 302, 304 van het Wetboek van Strafrecht.
8. BESLISSING
De rechtbank:
Verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde, zoals hierboven in de rubriek BEWEZENVERKLARING aangeduid, heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders tenlaste is gelegd dan hierboven in de rubriek BEWEZENVERKLARING bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verstaat dat het bewezen verklaarde oplevert de hierboven in de rubriek STRAFBAARHEID VAN HET BEWEZENVERKLAARDE vermelde strafbare feiten.
Verklaart de verdachte voor het bewezen verklaarde strafbaar.
Veroordeelt de verdachte voor het bewezen verklaarde tot een gevangenisstraf voor de tijd van zes maanden.
Beveelt dat deze straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij later anders wordt beslist.
Stelt daarbij een proeftijd van twee jaren vast.
De tenuitvoerlegging kan worden gelast indien:
- de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt.
Veroordeelt de verdachte voor het bewezen verklaarde tot een taakstraf voor de duur van 240 uren.
Beveelt voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht dat in plaats van de taakstraf vervangende hechtenis wordt toegepast, welke vervangende hechtenis wordt vastgesteld op 120 dagen.
Bepaalt, dat deze taakstraf bestaat uit een werkstraf.
Bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de taakstraf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht, volgens de maatstaf van 2 uren voor elke dag.
Dit vonnis is gewezen door
mr. Y.M.I. Greuter-Vreeburg, voorzitter,
mr. H. de Klerk en mr. B.H. Franke, rechters,
in tegenwoordigheid van W. Veenstra, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 19 maart 2008.