ECLI:NL:RBALK:2008:BD2664
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid onderaannemer bij beschadiging waterleiding tijdens gestuurde boring
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Alkmaar, stond de aansprakelijkheid van Welvreugd Drilling B.V. centraal, naar aanleiding van schade aan een waterleiding die was veroorzaakt tijdens een gestuurde boring door de onderaannemer Rijnberg Wegenbouw B.V. De eiser, Stam en Co. Communicatiesystemen B.V., had in 1999 een boring laten uitvoeren waarbij een waterleiding van Eneco werd beschadigd. Stam stelde dat Welvreugd wanprestatie had gepleegd, omdat Rijnberg, als onderaannemer, niet voldoende onderzoek had gedaan naar de aanwezigheid van leidingen en kabels, zoals vereist in hun overeenkomst. Stam vorderde schadevergoeding op basis van onrechtmatige daad en aansprakelijkheid onder artikel 6:171 BW.
De rechtbank oordeelde dat Rijnberg niet tekort was geschoten in haar verplichtingen. Welvreugd betwistte de aansprakelijkheid en stelde dat de schade was ontstaan door een ondeugdelijke KLIC-melding, die door Stam was gedaan. De rechtbank concludeerde dat Rijnberg mocht vertrouwen op de door Stam verstrekte informatie en dat er geen bewijs was dat Rijnberg zich niet adequaat had vergewist van de ligging van de leidingen. Stam had onvoldoende feiten aangedragen om aan te tonen dat Rijnberg een fout had gemaakt.
Uiteindelijk wees de rechtbank de vorderingen van Stam af en veroordeelde haar in de proceskosten. De uitspraak benadrukte het belang van zorgvuldigheid bij het uitvoeren van werkzaamheden die risico's voor derden met zich meebrengen, maar stelde ook dat de verantwoordelijkheid voor het verstrekken van correcte informatie bij de opdrachtgever ligt. Dit vonnis werd uitgesproken op 14 mei 2008.