ECLI:NL:RBALK:2009:BH2823

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
12 februari 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
107389
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • H. Warnink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige handeling van de gemeente Alkmaar bij aanbesteding inzameling wit- en bruingoed

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Alkmaar op 12 februari 2009 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de Stichting Kringloopbedrijf Goedwerk Alkmaar (hierna: de Kringloopwinkel) en de gemeente Alkmaar. De Kringloopwinkel vorderde dat de gemeente zou worden verboden om een overeenkomst aan te gaan met Rataplan voor de inzameling van wit- en bruingoed, omdat de gemeente in strijd met haar eigen beleidsregels had gehandeld door geen meerdere offertes aan te vragen. De gemeente had op 2 december 2008 een overeenkomst gesloten met Rataplan zonder de Kringloopwinkel de kans te geven om een offerte in te dienen, ondanks eerdere verzoeken van de Kringloopwinkel om mee te dingen naar de opdracht. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gemeente onrechtmatig had gehandeld door de Kringloopwinkel niet in de gelegenheid te stellen om een offerte in te dienen, aangezien de waarde van de opdracht boven de drempelwaarde van €25.000,- lag. De gemeente had volgens haar eigen beleidsregels minimaal drie offertes moeten aanvragen. De voorzieningenrechter stelde vast dat de Kringloopwinkel een spoedeisend belang had bij de gevorderde voorzieningen, omdat het verkrijgen van de opdracht van belang was voor het voortbestaan van haar onderneming. De vorderingen van de Kringloopwinkel om de gemeente te verbieden verdere uitvoering te geven aan de overeenkomst met Rataplan werden echter afgewezen, omdat de overeenkomst niet op de juiste wijze tot stand was gekomen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten droeg.

Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR
Sector civiel recht
NB / HW
KG nummer: 107389 / KG ZA 09-2
datum: 12 februari 2009
Vonnis van de voorzieningenrechter, rechtdoende in kort geding
in de zaak van:
de stichting STICHTING KRINGLOOPBEDRIJF GOEDWERK ALKMAAR,
gevestigd en kantoor houdende te Alkmaar,
EISERES IN KORT GEDING bij dagvaarding van 20 januari 2009,
advocaat mr. F. Hoppe te Alkmaar,
tegen:
de publiekrechtelijke rechtspersoon GEMEENTE ALKMAAR,
zetelend te Alkmaar,
GEDAAGDE IN KORT GEDING,
advocaat mr. H.R.M. Jenné te Alkmaar.
Partijen zullen verder worden genoemd "de Kringloopwinkel" respectievelijk "de gemeente".
1. HET VERLOOP VAN HET GEDING
Ter terechtzitting van 2 februari 2009 heeft de Kringloopwinkel gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding.
De gemeente heeft de vordering bestreden.
Na verder debat hebben partijen de stukken, waaronder van de zijde van de Kringloopwinkel de originele dagvaarding en van beide zijden pleitnotities, overgelegd en vonnis gevraagd.
De inhoud van alle stukken wordt als hier ingelast beschouwd.
2. DE UITGANGSPUNTEN
2.1 De gemeente is belast met (onder meer) de inzameling van afval in de gemeente, waaronder het wit- en bruingoed.
2.2 De Kringloopwinkel houdt zich bezig met de inzameling en verkoop van gebruikte goederen.
2.3 Van 1 juni 2001 tot en met 31 mei 2002 heeft de Kringloopwinkel op basis van een tussen partijen gesloten overeenkomst het wit- en bruingoed in de gemeente ingezameld. Die overeenkomst is door de gemeente niet verlengd, omdat zij besloot de inzameling in eigen beheer uit te voeren.
2.4 Bij brief van 11 september 2006 heeft de Kringloopwinkel aan de gemeente kenbaar gemaakt dat zij graag weer wilde samenwerken met de gemeente in die zin, dat zij voor de huisvuilauto zou rijden en het bruikbare deel van het afval zou inzamelen. In reactie daarop heef de gemeente bij brief van 15 november 2006 aan de Kringloopwinkel bericht dat in de loop van 2008 onderzoek zal worden gedaan naar de mogelijkheid van kringloopactiviteiten in de regio Alkmaar en dat het verzoek van de Kringloopwinkel daarin zal worden meegenomen.
2.5 Bij besluit van 4 oktober 2007 is de gemeente akkoord gegaan met de Kaderstellende regels voor inkoop- en aanbestedingsbeleid. Daarin is (onder meer) het volgende bepaald:
Artikel 1 Drempelwaarden
De volgende drempelwaarden voor inkopen en aanbesteden vallende onder de Europese drempelwaarden, worden vastgesteld:
a. Boven euro 25.000 moeten meervoudige (3 minimaal) offertes worden aangevraagd voor aanbestedingen van leveringen en diensten;
b. (...);
c. Openbare aanbesteding is verplicht voor leveringen en diensten boven de euro 100.000;
d. (...).
Bij dit artikel zijn drie aandachtspunten van belang:
- Repeterende en/of gelijksoortige leveringen en diensten (gedurende de looptijd of max. 48 maanden) moeten bij elkaar worden opgeteld;
- (...).
2.6 De gemeente heeft op 22 augustus 2008 een overeenkomst gesloten met Stichting Kringloop Winkel Rataplan [hierna: Rataplan], gevestigd te Heerhugowaard, voor het inzamelen van wit- en bruingoed in de gemeente in de periode van 1 juli 2008 tot 31 december 2008. De gemeente heeft daarvoor aan Rataplan betaald een bedrag van euro 8,50 exclusief btw voor elk inzameladres en, in het geval de het wit- en bruingoed niet meer op het ophaaladres aanwezig is, euro 5,-. In de contractperiode heeft de gemeente een vergoeding van euro 22.851,50 exclusief btw (euro 27.193,29 inclusief btw) aan Rataplan betaald.
2.7 Bij brief van 16 oktober 2008 heeft de Kringloopwinkel de gemeente bericht dat zij graag een bestek zou ontvangen voor het contract wit- en bruingoed over 2009, zodat zij een passende offerte kon indienen. Omdat de gemeente daarop niet (inhoudelijk) had gereageerd, heeft de advocaat van de Kringloopwinkel bij brief van 16 december 2008 aan de gemeente geschreven dat de Kringloopwinkel zich op het standpunt stelt dat de opdracht voor 2009 niet opnieuw aan Rataplan kan worden gegund zonder dat zij een reële kans krijgt mee te dingen.
2.8 Op 2 december 2008 heeft de gemeente - zonder meerdere offertes te hebben aangevraagd of de opdracht openbaar te hebben aanbesteed - een overeenkomst gesloten met Rataplan voor het inzamelen van wit- en bruingoed in de gemeente in de periode van 1 januari 2009 tot en met 30 juni 2009, tegen dezelfde financiële voorwaarden als hiervoor vermeld.
2.9 De gemeente heeft op 28 januari 2009 aan de advocaat van de Kringloopwinkel bericht dat zij heeft besloten om per 1 juli 2009 de inzameling van wit- en bruingoed weer met de eigen dienst te gaan uitvoeren.
3. DE VORDERING EN DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN
3.1 Samengevat vordert de Kringloopwinkel bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. de gemeente op straffe van verbeurte van een dwangsom te verbieden een overeenkomst aan te gaan, dan wel uitvoering althans verdere uitvoering te geven aan de overeenkomst tot inzameling van wit- en bruingoed in de regio Alkmaar, met Rataplan of een derde en deze overeenkomst te beëindigen binnen zeven dagen na dagtekening van dit vonnis;
II. de gemeente op straffe van verbeurte van een dwangsom te gebieden binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis objectieve criteria op te stellen waaraan gegadigden voor de opdracht tot inzameling van wit- en bruingoed in de regio Alkmaar voor de periode 2009 (en verder) dienen te voldoen en aan de hand van die criteria de ingediende offertes te beoordelen;
III. de Kringloopwinkel op straffe van verbeurte van een dwangsom in de gelegenheid te stellen een offerte in te dienen voor de opdracht tot inzameling van wit- en bruingoed in de regio Alkmaar voor de periode 2009 (en verder);
IV. de gemeente te veroordelen in de buitengerechtelijke kosten van de Kringloopwinkel, zijnde euro 2.842,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot aan de dag van gehele voldoening;
V. de gemeente te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na het wijzen van dit vonnis.
3.2 Hieraan heeft de Kringloopwinkel, verkort en zakelijk weergegeven, ten grondslag gelegd dat de gemeente onrechtmatig jegens de Kringloopwinkel heeft gehandeld door haar niet in de gelegenheid te stellen mee te dingen naar de opdracht voor de inzameling van wit- en bruingoed in de gemeente voor de periode van 2009 en verder. Nu de opdracht een hogere waarde dan euro 25.000,- vertegenwoordigt, had de gemeente op grond van haar eigen beleidsregels minimaal drie offertes moeten opvragen, hetgeen niet is gebeurd. In dat verband merkt de Kringloopwinkel op dat bij de bepaling van de waarde van de opdracht rekening moet worden gehouden met alle inkomsten bij de opdracht, dus ook de verwachte opbrengst uit de verkoop van de ingezamelde goederen, en dat repeterende opdrachten qua periode bij elkaar moeten worden opgeteld. Daarbij komt dat de gemeente ook bij privaatrechtelijk handelen de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht dient te nemen, waaronder het gelijkheids- en zorgvuldigheidsbeginsel. Door de Kringloopwinkel niet de kans te geven een offerte in dienen, heeft de gemeente in strijd met die beginselen gehandeld, aldus de Kringloopwinkel.
3.3 De gemeente heeft verweer gevoerd. Daarop wordt bij de gronden van de beslissing, voor zover van belang, ingegaan.
4. DE GRONDEN VAN DE BESLISSING
4.1 Aan de orde is de vraag of de gemeente de Kringloopwinkel in de gelegenheid had moeten stellen mee te dingen naar de opdracht tot het inzamelen van wit- en bruingoed in de periode van 1 januari 2009 tot 1 juli 2009. Omdat die termijn thans nog niet is verstreken en de Kringloopwinkel onweersproken heeft gesteld dat het verkrijgen van de opdracht van belang is voor het voortbestaan van haar onderneming, heeft de Kringloopwinkel naar het oordeel van de voorzieningenrechter een voldoende spoedeisend belang bij de gevorderde voorzieningen.
4.2 Partijen hebben uitvoerig gedebatteerd over de vraag of de overeenkomst tot inzameling van het wit- en bruingoed moet worden gekwalificeerd als een concessieovereenkomst. Het antwoord op die vraag kan in deze procedure in het midden blijven, omdat tussen partijen niet in geschil is dat ook in het geval sprake is van een concessieovereenkomst, de beleidsregels van de gemeente van toepassing zijn.
4.3 Op basis van die beleidsregels dient de gemeente in geval van opdrachten tot het leveren van diensten boven de euro 25.000,- minimaal drie offertes aan te vragen en opdrachten die een bedrag van euro 100.000,- te boven gaan openbaar aan te besteden. De gemeente heeft aangevoerd dat de prijs van de te betalen diensten in dit geval het bedrag van euro 25.000,- niet overstijgt, zodat kon worden volstaan met een enkelvoudige aanbesteding. Om die reden was de gemeente niet gehouden de Kringloopwinkel een offerte te laten indienen, aldus de gemeente.
4.4 Vast staat dat de gemeente de opdracht voor de periode van 1 juli 2008 tot en met 31 december 2008 aan Rataplan heeft verstrekt en dat zij daarvoor een vergoeding van euro 22.851,50 (exclusief btw) heeft betaald. De gemeente heeft de inzameling van wit- en bruingoed in de periode van 1 januari 2009 tot 1 juli 2009 opnieuw uitbesteed. Dit betreft derhalve een repeterende opdracht. Om te beoordelen of voor deze (repeterende) opdracht meerdere offertes moesten worden aangevraagd of een openbare aanbestedingsprocedure moest worden gevolgd, had de gemeente conform haar beleidsregels de waarde van de eerdere opdracht moeten optellen bij de waarde van de nieuwe opdracht, zoals de Kringloopwinkel terecht heeft gesteld. Gelet op de hoogte van de vergoeding die de gemeente in het tweede half jaar van 2008 aan Rataplan heeft betaald, is voldoende aannemelijk dat de waarde van de repeterende opdracht in ieder geval boven het bedrag van euro 25.000,- komt. Dat betekent dat de gemeente alvorens de opdracht te gunnen op grond van haar beleidsregels minimaal drie offertes had moeten aanvragen. Door dit niet te doen heeft de gemeente jegens de Kringloopwinkel, die zich als gegadigde voor het uitvoeren van de opdracht bij de gemeente had gemeld, onrechtmatig gehandeld.
4.5 Ook als zou moeten worden aangenomen dat de waarde van de opdracht onder de drempelwaarde ligt, kan het verweer de gemeente niet baten. Bij het verrichten van privaatrechtelijke handelingen dient de gemeente ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur in acht te nemen. De Kringloopwinkel, die in het verleden al eens wit- en bruingoed voor de gemeente heeft ingezameld, heeft op 11 september 2006 aan de gemeente kenbaar gemaakt dat zij de bruikbare goederen van het grofvuil weer wilde ophalen. Daarop heeft de gemeente aangegeven dat in de loop van 2008 een onderzoek zou worden ingesteld naar de kringloopactiviteiten en het verzoek van de Kringloopwinkel daarin zou worden meegenomen. Voorts heeft de Kringloopwinkel, nadat de eerste maar voordat de tweede overeenkomst met Rataplan was gesloten, aan de gemeente bericht dat zij in aanmerking wilde komen voor gunning van de opdracht en dat zij een passende offerte wilde indienen. Gelet op deze omstandigheden had de gemeente naar het oordeel van de voorzieningenrechter de verzoeken van de Kringloopwinkel niet zonder meer terzijde mogen leggen en heeft zij in strijd met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur gehandeld door de Kringloopwinkel niet in de gelegenheid te stellen mee te dingen naar de opdracht, hetgeen onrechtmatig is jegens de Kringloopwinkel.
4.6 Desalniettemin komen de vorderingen die ertoe strekken dat de gemeente wordt verboden verdere uitvoering te geven aan de overeenkomst met Rataplan, deze te beëindigen en dat de gemeente wordt geboden de Kringloopwinkel in de gelegenheid te stellen een offerte in te dienen voor de opdracht over de periode tot 1 juli 2009, niet voor toewijzing in aanmerking. Daartoe overweegt de voorzieningenrechter het volgende. De overeenkomst die de gemeente op
2 december 2008 met Rataplan heeft gesloten, bevat geen mogelijkheid voor de gemeente om de overeenkomst tussentijds te beëindigen omdat deze niet op de in de beleidsregels voorgeschreven wijze tot stand is gekozen. Daarom kan niet van de gemeente worden verlangd dat zij deze overeenkomst beëindigt. Daarbij neemt de voorzieningenrechter in aanmerking dat de looptijd van de overeenkomst nog maar relatief kort is.
4.7 De gemeente heeft aangevoerd dat zij de inzameling van wit- en bruingoed na
1 juli 2009 weer in eigen beheer zal uitvoeren. De Kringloopwinkel heeft erop gewezen dat de gemeente dat in het verleden ook herhaaldelijk heeft aangekondigd, maar dat dit toen toch steeds is uitbesteed aan een derde. Volgens de Kringloopwinkel heeft de gemeente de betreffende inzameling in de afgelopen twaalf jaar slechts vier maanden zelf uitgevoerd. Dit is door gemeente niet althans onvoldoende gemotiveerd weersproken. De voorzieningenrechter acht het daarom op voorhand niet uitgesloten dat de gemeente per 1 juli 2009 (alsnog) zal besluiten de inzameling aan een derde uit te besteden. Indien dat het geval is, zal zij op grond van de beleidsregels alvorens de (repeterende) opdracht te verstrekken minimaal drie offertes dienen aan te vragen en, in het geval de (repeterende) opdracht een waarde van euro 100.000,- te boven gaat, een openbare aanbestedingsprocedure dienen te volgen. Daartoe zal de gemeente objectieve criteria dienen op te stellen waaraan de offertes moeten voldoen. De vordering die ertoe strekt dat de Kringloopwinkel in de gelegenheid moet worden gesteld een offerte in te dienen voor de opdracht voor de periode na 1 juli 2009 is derhalve toewijsbaar, zoals hierna te melden. Aan de veroordeling zal geen dwangsom worden verbonden, nu ter terechtzitting namens de gemeente is toegezegd dat zij een veroordelend vonnis zal naleven.
4.8 De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten worden afgewezen, omdat de buitengerechtelijke werkzaamheden van de advocaat erop waren gericht dat de gemeente de Kringloopwinkel in de gelegenheid zou stellen een offerte in te dienen voor de opdracht over het eerste half jaar van 2009 en de vordering die daartoe strekt, wordt afgewezen.
4.9 Omdat partijen over en weer in het ongelijk zijn gesteld, worden de proceskosten gecompenseerd in die zin, dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
5. DE BESLISSING
De voorzieningenrechter:
- gebiedt de gemeente, voor zover zij de inzameling van het wit- en bruingoed na
1 juli 2009 niet in eigen beheer zal uitvoeren, om objectieve criteria op te stellen waaraan de gegadigden voor de opdracht tot inzameling van wit- en bruingoed in de regio Alkmaar voor de periode na 1 juli 2009 dienen te voldoen, en de Kringloopwinkel in de gelegenheid te stellen een offerte in te dienen, en aan de hand van de opgestelde criteria de ingediende offertes te beoordelen;
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
- compenseert de proceskosten in die zin, dat iedere partij haar eigen kosten draagt;
- weigert de meer of anders gevorderde voorzieningen.
Gewezen door mr. H. Warnink, voorzieningenrechter van de Rechtbank te Alkmaar en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 februari 2009 in tegenwoordigheid van mr. N. Boots, griffier.