ECLI:NL:RBALK:2010:BO0951
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot stopzetting pensioenbetalingen na overlijden erflater
In deze zaak gaat het om de nalatenschap van een erflater die bij leven recht had op ouderdomspensioen van BPL. Na het overlijden van de erflater in 2006 heeft BPL ten onrechte tot en met 2009 periodieke uitkeringen op de bankrekening van de erflater blijven doen. De executeurs van de nalatenschap hebben herhaaldelijk verzocht om de pensioenbetalingen stop te zetten, maar BPL heeft hier niet tijdig op gereageerd. De kantonrechter oordeelt dat het de executeurs niet kan worden tegengeworpen dat zij de correspondentie aan Colland hebben gericht, aangezien deze brieven ook bij BPL zijn aangekomen. De zaak betreft een verzet tegen de uitdelingslijst die door de executeurs is ingediend, waarin de vorderingen van de schuldeisers zijn vermeld. BPL heeft verzet aangetekend tegen deze lijst, waarbij de hoogte van de vordering van BPL ter discussie staat. De kantonrechter concludeert dat BPL een onverschuldigde betaling heeft gedaan van € 56.395,06 en dat de executeurs verantwoordelijk zijn voor het verkrijgen van teruggave van door BPL afgedragen belastingen en premies. De executeurs dienen binnen twee maanden een nieuwe uitdelingslijst op te stellen en alle schuldeisers hiervan op de hoogte te stellen. De uitspraak is gedaan door kantonrechter J.H. Gisolf op 13 juli 2010.