ECLI:NL:RBALK:2011:BQ8461

Rechtbank Alkmaar

Datum uitspraak
18 mei 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
360697 CV EXPL 11-1208
Instantie
Rechtbank Alkmaar
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing schadevergoeding bij voortijdige beëindiging telefoonabonnement met toetsing van algemene voorwaarden

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Alkmaar op 18 mei 2011, heeft de kantonrechter zich gebogen over een vordering van Intrum Justitia Nederland B.V. tegen een gedaagde partij, die niet is verschenen. De eisende partij had een vordering ingesteld wegens de voortijdige beëindiging van een telefoonabonnement. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het op hem rust om ambtshalve de toepasselijke algemene voorwaarden te toetsen op onredelijk bezwarende bedingen, zoals vereist door de rechtspraak van het Hof van Justitie EG. Intrum Justitia heeft in een akte aangegeven dat de gevorderde schadevergoeding is beperkt tot 75% van de vaste abonnementsinkomsten over de resterende contractsduur. Deze beperking werd door de kantonrechter niet onredelijk bevonden.

De kantonrechter heeft de vordering toegewezen en de gedaagde partij veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 746,96, vermeerderd met wettelijke rente over een deel van dit bedrag. Daarnaast zijn de proceskosten aan de zijde van de eisende partij begroot op € 466,21, die voor rekening van de gedaagde partij komen. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door H.A. van den Berg, kantonrechter, en de griffier op de genoemde datum.

Uitspraak

RECHTBANK ALKMAAR
Sector Kanton - locatie Alkmaar
Zaaknr/rolnr.: 360697 CV EXPL 11-1208
Uitspraakdatum: 18 mei 2011
Verstekvonnis in de zaak van
de besloten vennootschap
Intrum Justitia Nederland B.V.
gevestigd te 's-Gravenhage
gemachtigde Van Arkel gerechtsdeurwaarders, gerechtsdeurwaarder
eisende partij
tegen
[naam]
wonende [adres]
gedaagde partij
tegen wie heden verstek is verleend.
Het verloop van de procedure
Intrum Justitia heeft een vordering ingesteld, zoals omschreven in de dagvaarding van 1 februari 2011 op de daarin vermelde gronden. [gedaagde] is niet verschenen en tegen hem is verstek verleend.
Intrum Justitia is in de gelegenheid gesteld nadere inlichtingen te verstrekken en heeft daartoe een akte genomen, waarbij nog producties in het geding zijn gebracht.
De beoordeling van het geschil
1.De kantonrechter moet op grond van de wet toetsen of de vordering niet in strijd komt met het objectieve recht en of de aangevoerde gronden de vordering kunnen dragen.
In aanmerking wordt genomen dat op de kantonrechter op grond van de rechtspraak van het Hof van Justitie EG (o.a. 4 juni 2009, C-243/08) de verplichting rust om de toepasselijke algemene voorwaarden ambtshalve te toetsen op onredelijk bezwarende bedingen. Vanwege bovenstaande is Intrum Justitia in de gelegenheid gesteld, bij akte haar vordering nader toe te lichten. Intrum Justitia heeft in haar akte aangegeven dat zij de schadevergoeding die zij vordert wegens de voortijdige beëindiging van het telefoonabonnement, beperkt heeft tot 75% van de vaste abonnementsinkomsten over de resterende contractsduur. Deze schadevergoeding komt de kantonrechter, gelet op de deze beperking tot 75% niet onredelijk voor.
2.Dat betekent dat de vordering (ook voor het overige) als niet ongegrond of onrechtmatig wordt toegewezen zoals hierna te melden.
3.De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] omdat deze in het ongelijk wordt gesteld. De kosten voor de akte blijven echter voor rekening van Intrum Justitia.
De beslissing
De kantonrechter:
Veroordeelt gedaagde partij om tegen kwijting aan eisende partij te betalen € 746,96, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 585,45 vanaf 27 januari 2011 tot de dag der voldoening.
Veroordeelt gedaagde partij in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van eisende partij begroot op:
€ 82,21 wegens explootkosten,
€ 284,00 wegens vastrecht en
€ 100,00 wegens salaris gemachtigde.
Verklaart deze veroordeling(en) uitvoerbaar bij voorraad.
Wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door H.A. van den Berg, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken op 18 mei 2011.
De griffier, De kantonrechter,