ECLI:NL:RBALK:2012:BW3267
Rechtbank Alkmaar
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.C. Haverkate
- L.J. Saarloos
- G.D.M. Hoedemaker
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie wegens schending van de redelijke termijn en beginselen van een goede procesorde
In deze zaak heeft de rechtbank Alkmaar op 17 april 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van opzettelijke overtredingen van de Diergeneesmiddelenwet. De verdediging heeft verzocht om niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie, gebaseerd op een combinatie van een buitensporige schending van de redelijke termijn en ernstige procesuele onzorgvuldigheden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vervolging van de verdachte op 2 oktober 2007 is gestart, maar dat de inhoudelijke behandeling pas op 3 april 2012 heeft plaatsgevonden, wat resulteert in een overschrijding van de redelijke termijn met meer dan dertig maanden.
De verdediging heeft ook gewezen op verschillende onzorgvuldigheden van het openbaar ministerie, waaronder het niet nakomen van toezeggingen en het niet tijdig informeren van de verdachte over de status van de zaak. De rechtbank heeft geconcludeerd dat deze schendingen niet alleen de redelijke termijn hebben overschreden, maar ook de beginselen van een goede procesorde hebben geschonden. De rechtbank oordeelt dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van de verdachte, gezien de combinatie van de buitensporige termijnoverschrijding en de ernstige procesuele onzorgvuldigheden. Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier en is ondertekend door de rechters, met uitzondering van mr. Hoedemaker, die buiten staat was om te ondertekenen.