ECLI:NL:RBALK:2012:BY6992
Rechtbank Alkmaar
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek maritaal beslag op voormalige echtelijke woning
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Alkmaar op 20 december 2012 een verzoek tot het leggen van maritaal beslag op de voormalige echtelijke woning afgewezen. Het verzoek was ingediend door de verzoeker, die vreesde dat de gerekwestreerde, zijn voormalige partner, vermogensbestanddelen aan zijn verhaal zou onttrekken. De verzoeker stelde dat de gerekwestreerde de woning zonder zijn toestemming had verkocht voor een prijs die aanzienlijk onder de werkelijke waarde lag, wat zou leiden tot een restschuld van €100.000. De verzoeker had daarnaast de vernietiging of nietigheid van de koopovereenkomst ingeroepen, maar de gerekwestreerde had vervangende toestemming gevraagd om de verkoop door te laten gaan.
De voorzieningenrechter overwoog dat het verzoek van de verzoeker moest worden afgewezen. Hij wees erop dat er eerder een vonnis was gewezen waarin de gerekwestreerde machtiging was verleend om de woning te verkopen. Dit vonnis was het resultaat van een procedure op tegenspraak, waarin de verzoeker zijn verweer had gevoerd. De voorzieningenrechter concludeerde dat het betoog van de verzoeker dat de gerekwestreerde de woning zonder toestemming had verkocht, in strijd was met de waarheid. Bovendien had de verzoeker de voorzieningenrechter in zijn verzoekschrift onjuist en/of onvolledig geïnformeerd, wat in strijd was met artikel 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Dit artikel verplicht partijen om alle voor de beslissing relevante feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. De voorzieningenrechter besloot daarom het verzoek af te wijzen.