ECLI:NL:RBALM:1999:AF5852
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Stoové
- A. Koopmans
- J. Bossinga
- Rechtspraak.nl
Veroordeling wegens doodslag met vuurwapen in Enschede
Op 13 juli 1999 deed de Arrondissementsrechtbank Almelo uitspraak in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk en met voorbedachten rade doden van een vrouw in Enschede op 12 maart 1999. De verdachte had met een vuurwapen op de borst van het slachtoffer geschoten, wat leidde tot haar overlijden. Tijdens de rechtszaak voerde de raadsman van de verdachte aan dat de officier van justitie niet-ontvankelijk verklaard moest worden in haar recht tot strafvervolging. Dit werd onderbouwd met verschillende argumenten, waaronder het verlies van sporen op de plaats delict en het niet uitvoeren van cruciale onderzoeken, zoals een vingerafdrukken-onderzoek op het vuurwapen. De rechtbank verwierp dit verweer en oordeelde dat er geen sprake was van een ernstige inbreuk op de procesorde die de rechten van de verdachte zou schenden. Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat de officier van justitie ontvankelijk was in haar recht tot strafvervolging, maar sprak de verdachte vrij van de hem primair en subsidiair ten laste gelegde feiten, omdat deze niet wettig en overtuigend bewezen waren. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, bestaande uit drie rechters, en werd openbaar uitgesproken.