ECLI:NL:RBALM:2005:AS8382
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Derks
- A. Rikken
- J. Caminada
- Rechtspraak.nl
Doodslag met mes tijdens ruzie
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 1 maart 2005 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van doodslag. De verdachte, geboren in 1963 en woonachtig in Nederland, werd schuldig bevonden aan het opzettelijk doden van zijn vriendin tijdens een heftige ruzie op 27 juni 2004 in Goor, gemeente Hof van Twente. De rechtbank oordeelde dat de verdachte met voorbedachten rade zijn vriendin meermalen met een mes in de hartstreek en elders in het lichaam heeft gestoken, wat leidde tot haar overlijden. De rechtbank baseerde haar oordeel op de inhoud van de bewijsmiddelen en het onderzoek ter terechtzitting, waarbij de vordering van de officier van justitie en de verdediging van de verdachte in overweging werden genomen.
De rechtbank overwoog dat de verdachte tijdens de ruzie zijn zelfbeheersing had verloren, maar dat dit niet rechtvaardigde wat hij had gedaan. De rechtbank benadrukte het onbeschrijfelijke leed dat de verdachte had veroorzaakt bij de nabestaanden van het slachtoffer, waaronder haar ouders en minderjarige dochter. De gewelddadige dood van het slachtoffer had ook een grote impact op de omgeving, zoals buurtbewoners en collega's, die allemaal geschokt waren door het voorval.
Gelet op de ernst van het feit en de gevolgen voor de nabestaanden, oordeelde de rechtbank dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van zeven jaar passend was. De rechtbank hield rekening met de straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd. Daarnaast gelastte de rechtbank de teruggave van inbeslaggenomen voorwerpen aan zowel de verdachte als de wettige erfgenamen van het slachtoffer. De rechtbank verklaarde de verdachte strafbaar en sprak hem vrij van andere tenlastegelegde feiten die niet bewezen waren.