ECLI:NL:RBALM:2007:AZ9364
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Verhoeven
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de Wet op het Consumentenkrediet op roodstand en zorgplicht van de bank
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 7 februari 2007 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen ABN Amro Bank N.V. en twee gedaagden, die niet verschenen. De bank vorderde betaling van een bedrag van € 17.616,98, inclusief rente en buitengerechtelijke incassokosten, vanwege een ongeoorloofde debetstand op een rekening-courantverhouding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Wet op het Consumentenkrediet (WCK) van toepassing is op de overeenkomst tussen de bank en de gedaagden. De rechtbank overwoog dat de bank gedurende tien jaar geen actie heeft ondernomen om de vordering te incasseren, wat in strijd is met de zorgplicht die banken hebben ten opzichte van hun cliënten. De gevorderde rente over deze periode werd als onredelijk beschouwd, omdat de bank niet had aangetoond welke stappen zij had ondernomen om de gedaagden tot betaling te bewegen.
De rechtbank oordeelde dat de bank tekortgeschoten was in haar zorgplicht en dat de gevorderde rente niet kon worden toegewezen over de afgelopen tien jaar. De rechtbank wees de buitengerechtelijke incassokosten af, omdat de WCK dit niet toestaat. Uiteindelijk werd de vordering van de bank gedeeltelijk toegewezen, waarbij de gedaagden hoofdelijk werden veroordeeld tot betaling van € 3.306,69, vermeerderd met wettelijke rente vanaf een bepaalde datum. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten droeg. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.