ECLI:NL:RBALM:2007:BA8189
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- E.C.M. August de Meijer
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van loon en verstrekking van salarisspecificaties in het kader van arbeidsovereenkomst voor fysiotherapeut
In deze zaak vorderde eiser, een fysiotherapeut, betaling van loon en verstrekking van salarisspecificaties van zijn werkgever, een besloten vennootschap. Eiser stelde dat hij recht had op 65% van de door hem gerealiseerde omzet, zoals overeengekomen in zijn arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst was in 2004 aangegaan en was per 31 januari 2007 geëindigd. Eiser betoogde dat gedaagde, de werkgever, eenzijdig de arbeidsovereenkomst had gewijzigd door een ander beloningssysteem toe te passen, wat resulteerde in een lager salaris. Gedaagde betwistte deze claim en stelde dat er geen sprake was van een eenzijdige wijziging, aangezien partijen een variabel salaris waren overeengekomen dat afhankelijk was van de gerealiseerde omzet.
De kantonrechter oordeelde dat er geen wijzigingsbeding in de arbeidsovereenkomst was opgenomen en dat de wijziging van de beloning niet was overeengekomen. De rechter concludeerde dat de vorderingen van eiser moesten worden afgewezen, omdat de werkgever niet verplicht was om 65% van de tariefsverhoging aan eiser af te dragen. De kantonrechter wees erop dat de CAO voor de Vrijgevestigde Fysiotherapiepraktijk, die van toepassing was op de arbeidsovereenkomst, per 1 januari 2004 was geëindigd, maar dat er een zekere 'nawerking' van de CAO bestond. Eiser had in de jaren 2005 en 2006 salarisverhogingen ontvangen, wat ook in de overwegingen van de rechter werd meegenomen.
De rechter veroordeelde eiser in de proceskosten van de procedure, aangezien hij als verliezende partij werd aangemerkt. De voorwaardelijke reconventionele vordering van gedaagde werd eveneens afgewezen, omdat deze verband hield met de afgewezen conventionele vorderingen. Het vonnis werd uitgesproken op 26 juni 2007 in Almelo.