ECLI:NL:RBALM:2008:BF0717
Rechtbank Almelo
- Kort geding
- M. van der Winkel
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van eiseres in vordering wegens ontbreken van contractuele relatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 9 september 2008 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap X, gevestigd te Enschede, en de besloten vennootschap Y, statutair gevestigd te Almelo. Eiseres X vorderde betaling van diverse bedragen van gedaagde Y, voortvloeiend uit een aantal verspreidingsovereenkomsten die de heer X, handelend onder de naam X, had gesloten met Y. De vorderingen van X waren gebaseerd op een vaststellingsovereenkomst die op 26 maart 2008 was gesloten, waarin een afbetalingsschema was opgenomen voor de door Y verschuldigde bedragen.
De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat X niet-ontvankelijk is in haar vorderingen, omdat zij geen contractpartij was bij de overeenkomsten, maar dat de heer X als eenmanszaak de contracten had gesloten. De rechter heeft vastgesteld dat er sprake is van twee verschillende juridische entiteiten: de eenmanszaak van de heer X en de besloten vennootschap X. Dit leidde tot de conclusie dat de vorderingen van X niet ontvankelijk verklaard moesten worden, omdat de rechtsverhouding tussen de partijen niet correct was vastgesteld.
De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat Y, ondanks dat zij klachten had geuit over de prestaties van X, niet voldoende bewijs had geleverd dat X tekort was geschoten in haar verplichtingen na de vaststellingsovereenkomst. De rechter heeft de kosten van het geding aan X opgelegd, aangezien zij als de in het ongelijk gestelde partij werd beschouwd. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.