ECLI:NL:RBALM:2010:BN6316

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
8 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
349862 EJ VERZ 4455/10
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.H. van Rhijn
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Uitleg van een concurrentiebeding in de uitvaartbranche met betrekking tot vestigingsverboden

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Almelo op 8 september 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen [verzoeker] en Vredehof Uitvaartverzorging B.V. Het geschil betreft de uitleg van een concurrentiebeding dat aan [verzoeker] was opgelegd na beëindiging van zijn dienstverband. Het concurrentiebeding verbiedt [verzoeker] om zich binnen een tijdvak van twee jaren na beëindiging van de dienstbetrekking zelfstandig te vestigen als uitvaarleider of begrafenisondernemer binnen de gemeente Neede. Na beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst op 31 december 2009 heeft [verzoeker] echter een eigen uitvaartonderneming opgericht in Geesteren, dat in de nabijheid van Neede ligt.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat het concurrentiebeding niet expliciet verbiedt dat [verzoeker] vanuit Geesteren werkzaamheden verricht voor klanten in Neede. De rechter heeft het Haviltex-criterium, dat vaak wordt toegepast bij de uitleg van contractuele bedingen, niet nodig geacht, omdat de redactie van het concurrentiebeding duidelijk is. De rechter oordeelt dat [verzoeker] zijn onderneming buiten de voormalige gemeente Neede mag vestigen en dat het hem niet verboden is om werkzaamheden in Neede te verrichten.

De kantonrechter heeft voorts overwogen dat er onvoldoende bewijs is dat [verzoeker] onrechtmatig handelt of toerekenbaar tekortschiet jegens Vredehof. De rechter heeft de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt. De beslissing houdt in dat [verzoeker] op basis van het concurrentiebeding werkzaamheden als uitvaartleider of begrafenisondernemer in Neede mag verrichten vanuit zijn vestiging in Geesteren.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector Kanton
Locatie Enschede
Zaaknummer : 349862 EJ VERZ 4455/10
Uitspraak op de voet van artikel 96 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in de zaak van:
[verzoeker]
wonende te [woonplaats],
verzoeker,
verder ook [verzoeker] te noemen,
gemachtigde: mw. mr. Y.M. Kasius-Kluter verbonden aan Arag Nederland te Leusden,
en
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Vredehof Uitvaartverzorging B.V.
gevestigd te Enschede,
verzoekster,
verder ook Vredehof te noemen,
gemachtigde: mr. C.J.M. de Vlieger, advocaat te Enschede
1. Het verloop van de procedure:
1.1 Bij gezamenlijk verzoekschrift, dat op 23 juli 2010 is ingekomen ter griffie van de rechtbank Almelo, sector kanton, locatie Enschede vragen partijen de kantonrechter uitsluitsel te geven over wat de reikwijdte is van een tussen hen geldend concurrentiebeding meer speciaal de kwestie of het [verzoeker], in zijn hoedanigheid van uitvaartleider of begrafenisondernemer is toegestaan werkzaamheden in Neede te verrichten, zulks vanuit zijn vestiging in Geesteren. Verzoekers hebben aangegeven dat zij afzien van het recht op hoger beroep.
1.2 Het verzoekschrift is op 7 september 2010 mondeling behandeld en de griffier heeft daarvan aantekeningen gemaakt.
2. De feiten:
2.1 [verzoeker] is op basis van een arbeidsovereenkomst op 1 februari 1987 als uitvaartleider in dienst getreden van de Stichting Hervormde Uitvaartonderneming Neede, gevestigd te Neede. De ondernemingsactiviteiten van deze stichting zijn op 1 april 2008 overgegaan naar Vredehof waardoor [verzoeker] ingevolge het bepaalde in artikel 662 en verder BW in dienst komt van Vredehof. In de arbeidsovereenkomst van partijen, gedateerd 18 december 1986, is een concurrentiebeding opgenomen dat als volgt is geredigeerd:
Artikel 10
1. Het is de werknemer binnen een tijdvak van twee jaren na het beëindigen van de dienstbetrekking verboden zich zelfstandig binnen de gemeente Neede te vestigen als uitvaarleider of begrafenisondernemer, hetzij direct, hetzij indirect,alsook financieel in welke vorm ook daarin op enigerlei wijze betrokken te zijn, hetzij tegen vergoeding, hetzij om niet, of daarin een aandeel van welke aard ook te hebben
2. Bij overtreding van het in lid 1 omschreven verbod verbeurt werknemer ten behoeve van werkgever een dadelijk opvorderbare boete van één duizend gulden (f. 1.000,--) voor elke dag dat werknemer in overtreding is.
2.2 [verzoeker] woont in Neede. Tot 2005 is Neede een zelfstandige gemeente. Als gevolg van een gemeentelijke herindeling wordt Neede met Borculo, Eibergen en Ruurlo samengevoegd in de nieuw gevormde gemeente Berkelland. Op 31 december 2009 is de arbeidsovereenkomst van verzoekers geëindigd en met ingang van 1 januari 2010 is [verzoeker] een eigen uitvaartonderneming begonnen. Hij heeft daartoe een kleine kantoorruimte gehuurd in Geesteren in de provincie Gelderland. Geesteren ligt in de directe nabijheid van Neede en behoorde tot 1 januari 2005 tot de gemeente Borculo. Het gehuurde heeft geen eigen toegang en is gelegen naast een wasstraat voor auto’s.
De huur bedraagt € 119,00 per maand.
3. Het standpunt van [verzoeker]:
3.1 [verzoeker] heeft zijn uitvaartonderneming gevestigd in Geesteren. Hij overtreedt derhalve niet het concurrentiebeding en dit beding verbiedt hem niet vanuit Geesteren opdrachtgevers te bedienen die in Neede wonen. In de gehuurde ruimte voert [verzoeker] gesprekken met opdrachtgevers en vertegenwoordigers van uitvaartverzekeraars. Aan het voorgaande doet niet af dat de eerste contacten met opdrachtgevers veelal telefonisch geschieden.
4. Het standpunt van Vredehof:
4.1 Het concurrentiebeding verbiedt [verzoeker] werkzaamheden te verrichten binnen het grondgebied van het voormalige gemeente Neede. [verzoeker] probeert het concurrentiebeding te ontduiken door voor te wenden dat hij in Geesteren zijn onderneming heeft gevestigd. Weliswaar heeft [verzoeker] ruimte gehuurd in Geesteren, maar dat impliceert niet dat zijn onderneming daadwerkelijk daar is gevestigd. Het is een schijnconstructie en dat heeft Vredehof al ondervonden. Vanaf 1 januari 2010 wordt het handelsdebiet door de ondernemingsactiviteiten van [verzoeker] ernstige schade toegebracht. In feite opereert [verzoeker] vanuit zijn woonhuis in Neede en hij presenteert zich in reclame-uitingen alleen met zijn mobiele telefoonnummer. Op generlei wijze wordt gerefereerd aan zijn adres “kantooradres” in Geesteren. Het gaat om een adres dat nagenoeg onvindbaar is.
5. De beoordeling van het verzoek:
5.1 Dikwijls wordt voor de uitleg van een concurrentiebeding het Haviltex-criterium toegepast. Ingevolge dit criterium komt het bij de uitleg van een beding in een overeenkomst aan op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan de bepalingen in het beding mochten toekennen en hetgeen zij te dien aanzien redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. De toepassing van het Haviltex-criterium is in het onderhavige geval niet nodig. De redactie van het concurrentiebeding laat er geen misverstand over bestaan dat het [verzoeker] is toegestaan zijn onderneming buiten de voormalige gemeente Neede te vestigen. Het beding voorziet er niet in dat wannaar de vestigingsplaats buiten Neede is gelegen het hem verboden is werkzaamheden in Neede te verrichten. [verzoeker] heeft het gelijk aan zijn kant.
5.2 De kantonrechter laat in het midden of [verzoeker] onrechtmatig handelt dan wel toerekenbaar tekortschiet jegens Vredehof. Daarvan kan sprake zijn indien [verzoeker] de vestigingsplaats Geesteren heeft gekozen om Vredehof een rad voor ogen te draaien en hij in feite vanuit zijn woonhuis in Neede zich op de uitvaartverzorgingsmarkt in Neede heeft begeven waar ook Vredehof actief is. Verzoekers hebben de kantonrechter over een en ander geen oordeel gevraagd.
5.3 Voldoende termen zijn aanwezig de proceskosten te compenseren, in dier voege dat iedere verzoekende partij haar eigen kosten draagt.
Beslissing:
Bepaalt dat [verzoeker] op basis van het overeengekomen concurrentiebeding werkzaamheden als uitvaartleider of begrafenisondernemer in Neede mag verrichten vanuit zijn vestiging in Geesteren (Gelderland).
Compenseert de proceskosten aldus dat iedere verzoekende partij haar eigen kosten draagt.
Deze uitspraak is gedaan te Enschede door mr. M.H. van Rhijn, kantonrechter, en op
8 september 2010 in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.