ECLI:NL:RBALM:2011:BP3609
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G. van Eerden
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van de arbeidsovereenkomst en toekenning van ontbindingsvergoeding in geval van disfunctioneren zonder grensoverschrijdend gedrag
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 8 februari 2011 uitspraak gedaan in een ontbindingsverzoek van de Protestantse Christelijke Stichting Philadelphia Zorg tegen een werknemer, hierna te noemen [verweerder]. Het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst was gebaseerd op artikel 7:685 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij Philadelphia stelde dat er sprake was van gewijzigde omstandigheden door klachten over grensoverschrijdend gedrag van [verweerder]. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen bewijs was voor de gestelde grensoverschrijdende gedragingen, zoals seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld of pesten, zoals gedefinieerd in het protocol van Philadelphia. In plaats daarvan werd geconcludeerd dat er wel sprake was van disfunctioneren, maar dat dit niet voldoende was om de arbeidsovereenkomst te ontbinden zonder een verbetertraject aan te bieden.
De kantonrechter oordeelde dat Philadelphia onvoldoende had aangetoond dat er sprake was van ernstige tekortkomingen in het functioneren van [verweerder]. De rechter benadrukte dat, ondanks de klachten, de meerderheid van de collega's niet gehoord was en dat er geen duidelijke uitleg was gegeven over de aard van de klachten. De kantonrechter vond het onterecht dat Philadelphia geen verbetertraject had aangeboden en onvoldoende had gekeken naar herplaatsingsmogelijkheden binnen de organisatie.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter besloten de arbeidsovereenkomst te ontbinden per 1 maart 2011 en heeft hij aan [verweerder] een ontbindingsvergoeding van € 30.000,00 bruto toegekend, berekend volgens de kantonrechtersformule. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten droeg, tenzij Philadelphia het verzoek introk. Deze uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid en transparantie in het proces van ontbinding van arbeidsovereenkomsten, vooral in gevallen van disfunctioneren zonder bewijs van grensoverschrijdend gedrag.