ECLI:NL:RBALM:2011:BQ2103
Rechtbank Almelo
- Kort geding
- M.L.J. Koopmans
- Rechtspraak.nl
Opschorting van ontruiming van huurwoning in kort geding
In deze zaak heeft eiser, die al 16 jaar een woning huurt van gedaagde, gevorderd om de ontruiming van de woning op te schorten. Eiser is veroordeeld tot ontruiming bij vonnis van 22 maart 2011, maar stelt dat hij door problemen met zijn WWB-uitkering in betalingsproblemen is geraakt. De ontruiming was gepland voor 20 april 2011 om 09.30 uur. Eiser heeft ter zitting zijn situatie toegelicht en aangegeven dat hij een bezwaarschrift heeft ingediend tegen de beëindiging van zijn uitkering, met een hoorzitting gepland op 21 april 2011. Hij betoogt dat het belang van hem en de maatschappij niet gediend is bij de ontruiming, vooral omdat hij mogelijk weer een uitkering zal ontvangen.
Gedaagde, vertegenwoordigd door mevrouw mr. B.M. Eikholt, heeft verweer gevoerd en gesteld dat eiser onvoldoende actie heeft ondernomen om zijn huurachterstand op te lossen. Gedaagde heeft aangegeven dat de ontruiming al eerder was uitgesteld om eiser de kans te geven andere woonruimte te vinden, maar dat eiser deze kans niet heeft benut. De voorzieningenrechter heeft overwogen dat er geen sprake is van onrechtmatig handelen door gedaagde en dat de ontruiming kan doorgaan. De gevorderde voorlopige voorziening van eiser is afgewezen, en eiser is veroordeeld in de kosten van de procedure.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat de ontruiming rechtmatig is en dat eiser niet voldoende heeft aangetoond dat er sprake is van onrechtmatig handelen door gedaagde. De beslissing om de ontruiming door te laten gaan is genomen in het belang van de rechtszekerheid en de belangen van gedaagde.