ECLI:NL:RBALM:2011:BQ8154
Rechtbank Almelo
- Kort geding
- W.K.F. Hangelbroek
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van eiser door gebrekkige betekening aan buitenlandse gedaagde
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Almelo, is eiser [eiser] een kort geding gestart tegen de vennootschap Combined, gevestigd in Wiesbaden, Duitsland. De zaak is behandeld op 6 juni 2011, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. M.C. Hoogendam. De gedaagde, Combined, is echter niet verschenen. De voorzieningenrechter heeft in deze zaak de vraag moeten beantwoorden of de betekening van de dagvaarding aan Combined op de juiste wijze heeft plaatsgevonden.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de dagvaarding op 27 mei 2011 is verzonden aan de door Duitsland aangewezen ontvangende instantie, het Ambtsgericht Wiesbaden. Echter, het certificaat van betekening, dat volgens de Europese betekeningsverordening vereist is, ontbreekt. Hierdoor is niet aannemelijk geworden dat de betekening overeenkomstig de voorschriften heeft plaatsgevonden en dat Combined tijdig op de hoogte is gesteld van de rechtszaak.
Gelet op het ontbreken van het certificaat van betekening en de daarmee samenhangende gebreken, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat hij geen verstek kan verlenen. Dit heeft geleid tot de beslissing om eiser niet ontvankelijk te verklaren in zijn vordering. Het vonnis is uitgesproken op 8 juni 2011, waarbij de voorzieningenrechter de zaak heeft afgedaan zonder dat de gedaagde in rechte is verschenen.