ECLI:NL:RBALM:2011:BR3107

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
13 juli 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
116566 / HA ZA 10-1214
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • Flos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van openstaande facturen en rechtsopvolging in energielevering

In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 13 juli 2011 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Electrabel Nederland Retail B.V. en een gedaagde partij. Electrabel, eiseres in conventie, vorderde betaling van een bedrag van € 4.255,51 op basis van openstaande facturen. De rechtbank had eerder op 23 maart 2011 een tussenvonnis gewezen en op 9 juni 2011 vond een comparitie van partijen plaats. Tijdens deze comparitie heeft Electrabel een akte tot vermindering van eis genomen.

De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat Electrabel niet heeft aangetoond dat zij de rechtsopvolger is van Cogas Energie, en dat zij derhalve niet kan worden beschouwd als contractspartij van de gedaagde. De rechtbank oordeelde dat Electrabel onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar vordering, ondanks dat zij een overzicht van openstaande facturen had overgelegd. De gedaagde heeft de hoogte van deze facturen gemotiveerd betwist, en Electrabel heeft niet voldaan aan de eerdere opdracht van de rechtbank om inzicht te geven in de opbouw van de factuur en het verbruik van de gedaagde.

De rechtbank concludeerde dat de vordering van Electrabel om deze redenen moest worden afgewezen. Tevens werd de voorwaardelijke eis in reconventie niet beoordeeld, omdat niet was aangetoond dat Electrabel de rechtsopvolger van Cogas was. Als in het ongelijk gestelde partij werd Electrabel veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde werden begroot op € 974,--. Het vonnis werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector civiel recht
zaaknummer: 116566 / HA ZA 10-1214
datum vonnis: 13 juli 2011 (AF)
Vonnis van de rechtbank Almelo, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Electrabel Nederland Retail B.V.,
gevestigd te Zwolle,
eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijk reconventie,
verder te noemen Electrabel,
advocaat: mr. J.J.G. Pieper te Almelo,
tegen
[gedaagde],
wonende te [plaats],
gedaagde in conventie, eiseres in voorwaardelijke reconventie,
verder te noemen [gedaagde],
advocaat: mr. D.F. Briedé te Almelo.
1. Het procesverloop
1.1 Op 23 maart 2011 heeft de rechtbank een tussenvonnis gewezen. De rechtbank neemt over hetgeen in voormeld vonnis is overwogen.
1.2 Op 9 juni 2011 heeft de comparitie van partijen plaatsgevonden, waarvan proces-verbaal is opgemaakt. Tijdens deze comparitie is namens Electrabel een akte tot vermindering van eis genomen.
1.3 Het vonnis is bepaald op heden.
2. De beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing
2.1 Ter comparitiezitting heeft Electrabel een akte tot vermindering van eis genomen. Electrabel vordert als hoofdsom thans een bedrag van € 4.255,51.
2.2 [gedaagde] heeft betwist dat is gebleken dat Electrabel de rechtsopvolger is van Cogas Energie. De rechtbank heeft om die reden Electrabel opgedragen hierover duidelijkheid te verschaffen. Ter comparitie is namens Electrabel gesteld dat de activiteiten van Cogas zijn gescheiden, waarna Cogas netbeheerder is gebleven en Electrabel de leveranciersfunctie heeft gekocht. Electrabel heeft deze stelling niet met stukken onderbouwd, maar stelt dat sprake is van een feit van algemene bekendheid is. De rechtbank kan Electrabel hierin niet volgen. Hoewel als genoegzaam bekend mag worden verondersteld dat veel energiebedrijven zijn opgesplitst en deels zijn overgenomen, is het geen feit van algemene bekendheid welk bedrijf door welk bedrijf is overgenomen. Dit geldt dus evenzeer voor de gestelde overname van Cogas door Electrabel. Nu niet is gebleken dat Electrabel de rechtsopvolger is van Cogas, is niet gebleken dat Electrabel contractspartij is van [gedaagde]. De vordering van Electrabel dient om deze reden te worden afgewezen.
2.3 Ter onderbouwing van de vordering heeft Electrabel bovendien volstaan met het overleggen van een overzicht van de openstaande facturen. [gedaagde] heeft de hoogte van deze facturen gemotiveerd betwist. Ondanks het feit dat Electrabel in het tussenvonnis van 23 maart 2011 is opgedragen een factuur over te leggen en in dat tussenvonnis eveneens is aangekondigd dat ter comparitiezitting de rechtbank van Electrabel inzicht wenst te verkrijgen in de opbouw van de factuur van 10 juni 2009 en de wijze van vaststelling van het verbruik van [gedaagde], heeft Electrabel noch de gevraagde factuur overgelegd noch op enige wijze het gevraagde inzicht verschaft. De rechtbank komt om die reden eveneens tot het oordeel dat Electrabel de vordering niet, althans onvoldoende, heeft onderbouwd, zodat de vordering ook hierom dient te worden afgewezen.
2.4 De rechtbank komt niet toe aan de beoordeling van de voorwaardelijke eis in reconventie, nu niet is gebleken dat Electrabel rechtsopvolger is van Cogas en contractspartij van [gedaagde].
2.5 Als de in het ongelijk gestelde partij zal Electrabel worden veroordeeld in de kosten van dit geding. De kosten aan de zijde van [gedaagde] worden begroot op € 974,-- (€ 70, -- aan griffierechten en 2 punten met tarief van € 452,-- per punt aan salaris advocaat).
3. De beslissing
De rechtbank:
I. Wijst af het gevorderde.
II. Veroordeelt Electrabel in de proceskosten, te weten een bedrag van € 974,--, te betalen aan [gedaagde].
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. Flos en is op 13 juli 2011 in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.