ECLI:NL:RBALM:2011:BR4517

Rechtbank Almelo

Datum uitspraak
8 augustus 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
122333 / KG ZA 11-163
Instantie
Rechtbank Almelo
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • M. Koopmans
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geldvordering in kort geding met betrekking tot ontruiming van winkelruimte

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Zuidervast Beheer II B.V. (hierna: Zuidervast) een kort geding aangespannen tegen een gedaagde, die een winkelruimte huurt van Zuidervast. De huurovereenkomst, die in augustus 2010 is gesloten, betreft de winkelruimte aan de Ootmarsumsestraat 221D te Almelo. Zuidervast vordert in kort geding ontruiming van de winkelruimte, omdat de gedaagde zijn huurbetalingen niet heeft voldaan. De gedaagde heeft over de maanden februari tot en met juli 2011 geen huur betaald en heeft slechts gedeeltelijk betaald over januari 2011. Zuidervast vordert ook betaling van achterstallige huur, de maandelijkse huur vanaf augustus 2011, een contractuele boete en de proceskosten.

Tijdens de zittingen op 1 en 5 augustus 2011 zijn beide partijen verschenen. De gedaagde heeft aangegeven dat hij van plan is om faillissement aan te vragen, maar heeft de vorderingen van Zuidervast niet betwist. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen spoedeisend belang is bij de geldvorderingen van Zuidervast, maar dat er wel een spoedeisend belang is bij de ontruiming van de winkelruimte. De voorzieningenrechter oordeelt dat Zuidervast voldoende recht en belang heeft bij de ontruiming, vooral omdat er een nieuwe huurder is die de winkelruimte wil huren.

De voorzieningenrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot ontruiming van de winkelruimte per 1 september 2011 en tot betaling van de proceskosten aan Zuidervast. Het vonnis is uitgesproken op 8 augustus 2011 door de voorzieningenrechter M. Koopmans in de rechtbank Almelo.

Uitspraak

RECHTBANK ALMELO
Sector civiel recht
Zaaknummer: 122333 / KG ZA 11-163
datum vonnis: 8 augustus 2011 (wl)
Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Almelo, rechtdoende in kort geding, in de zaak van:
de besloten vennootschap
Zuidervast Beheer II B.V.,
gevestigd te Baarn,
eiseres,
hierna te noemen: Zuidervast,
advocaat: mr R.W.A.Kroon
en
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde
hierna te noemen: [gedaagde],
verschenen in persoon en bijgestaan door diens echtgenote [X].
De weergave van het procesverloop
1. Zuidervast heeft gesteld en gevorderd zoals staat te lezen in de op 28 juli 2011 uitgebrachte dagvaarding in kort geding. Ter terechtzitting op 1 augustus 2011 zijn verschenen eiseres in de persoon van mr. M. Douwenga (kantoorgenoot van
mr R.W.A. Kroon), alsmede [gedaagde] die werd bijgestaan door zijn echtgenote.
Partijen hebben bij die gelegenheid hun standpunten toegelicht. Na verder debat is in samenspraak met partijen besloten tot een korte aanhouding van deze zaak. De behandeling ter terechtzitting is voortgezet op 5 augustus 2011. Bij die gelegenheid zijn partijen weer verschenen. Een (partieel) vergelijk bleek niet tot de mogelijkheden te behoren.
Daarna is door eiseres vonnis in kort geding gevraagd.
2. De uitspraak daarvan is (bij vervroeging) bepaald op heden.
Waarvan kan worden uitgegaan
3. Tussen partijen staat het volgende vast:
- Zij zijn met elkaar overeengekomen zoals staat te lezen in de “Huurovereenkomst Winkelruimte” van augustus 2010;
- Het betreft hier de verhuur van de winkelruimte Ootmarsumsestraat 221D te Almelo, gelegen in het winkelcentrum Hedeman. Zuidervast heeft die winkelruimte per
1 augustus 2010 aan [gedaagde] verhuurd voor de duur van vijf jaren.
In die winkelruimte drijft gedaagde diens onderneming (eenmanszaak) “[Y] ”;
- [gedaagde] is al geruime tijd niet meer in staat om te voldoen aan de overeengekomen verplichting om maandelijks aan Zuidervast de huur te betalen. Over januari 2011 is de huur gedeeltelijk voldaan en over de maanden februari tot en met juli 2011 is de huur geheel onbetaald gelaten.
Het standpunt van Zuidervast
4. Zuidervast vordert om [gedaagde] bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad te veroordelen tot:
- betaling van € 6.517,45 wegens achterstallige huur, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente;
- betaling van de maandelijkse huur ad € 979,49 per maand vanaf 1 augustus 2011 tot aan de dag van de algehele ontruiming van het gehuurde;
- betaling van de contractuele boete van € 6.900,00;
- ontruiming van het gehuurde binnen een week na de betekening van het nog te wijzen vonnis;
- betaling van de kosten van dit geding.
5. Naast wat hiervoor reeds aan feiten is vastgesteld, is door Zuidervast aangevoerd dat een spoedige ontruiming noodzakelijk is nu zich al een andere huurder bij Zuidervast heeft gemeld, die heeft verklaard de winkel “liever gisteren dan vandaag” te willen huren.
Het standpunt van [gedaagde]
6. [Gedaagde] heeft de stellingen en de vorderingen van Zuidervast niet op juistheid weersproken.
7. Er zijn al langere tijd ernstige betalingsproblemen bij [gedaagde]. Ondanks alle inspanningen is het niet gelukt om die het hoofd te bieden. [Gedaagde] heeft bij gelegenheid van de vervolgzitting verklaard daarom voornemens te zijn om op 9 augustus 2011 zijn eigen faillissement aan te vragen. Er zijn naar zeggen van [gedaagde] “plannen voor een doorstart van de onderneming” op een andere locatie (woonboulevard te Almelo) en mede daarom wordt gevraagd om de ontruiming niet eerder uit te spreken dan per 1 september 2011.
De beoordeling van het geschil
8. Een hier rechtens relevant spoedeisend belang bij toewijzing van de gevraagde betalingsveroordelingen is gesteld noch gebleken. Het enkel aanvoeren dat het faillissement van [gedaagde] op korte termijn dreigt te worden uitgesproken, is daartoe onvoldoende. Reden voor de voorzieningenrechter om die geldvorderingen dan ook niet toe te wijzen.
9. Wel is genoegzaam aangetoond dat Zuidervast een spoedeisend belang heeft bij de toewijzing van de gevraagde ontruiming. Zeer waarschijnlijk is dat in het geval deze zaak aan een bodemrechter mocht worden voorgelegd, deze vervolgens zal oordelen dat de huurovereenkomst in elk geval per 1 september 2011 moet worden ontbonden om reden dat de huur al langere tijd niet meer wordt voldaan.
10. Zuidervast heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter dan ook voldoende recht en belang bij de verzochte ontruiming per 1 september 2011. Genoegzaam is aangetoond dat Zuidervast daarbij een spoedeisend belang heeft, ook als het faillissement van Zuidervast tussentijds wordt uitgesproken. Zuidervast wenst immers zo snel mogelijk met een nieuwe huurder huurafspraken te maken, en een (mogelijke) nieuwe huurder heeft zich inmiddels ook bij haar aangediend, gelijk ook ter zitting door [gedaagde] werd erkend.
11. [Gedaagde] dient als de grotendeels is het ongelijk gestelde partij te worden verwezen in de kosten die in dit geding zijn gevallen aan de zijde van Zuidervast.
Rechtdoende
De voorzieningenrechter:
I. Veroordeelt [gedaagde] tot de gedwongen ontruiming (in de zin van de artikelen 555 e.v. van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering) van de winkelruimte
Ootmarsumsestraat 221D te Almelo, en wel voor donderdag 1 september 2011;
II. Veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Zuidervast van de aan die zijde gevallen
proceskosten, die tot op heden moeten worden begroot op in totaal € 1.141,31, waarvan
€ 560,00 voor griffierecht, € 81,31 voor dagvaardingskosten en € 500,00 voor salaris
van de advocaat.
III. Verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
IV. Wijst af hetgeen meer of anders is verzocht.
Dit vonnis is gewezen te Almelo door mr. Koopmans, voorzieningenrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 augustus 2011, in tegenwoordigheid van de griffier.