ECLI:NL:RBALM:2011:BT2041
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.H. van der Veer
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bewindvoerder in schuldsaneringsregeling en verjaring van schadevergoeding
In deze zaak vorderden eisers, [eiser sub 1] en [eiseres sub 2], een verklaring voor recht dat gedaagden, [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2], nalatig zijn geweest in hun rol als bewindvoerders tijdens de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). De rechtbank Almelo heeft op 14 september 2011 uitspraak gedaan in deze civiele zaak, waarin de eisers stelden dat de bewindvoerders hun zorgplicht hebben geschonden door de schulden van eisers te laten oplopen tot een bedrag van € 5.262,64. De rechtbank heeft vastgesteld dat eisers op 14 juli 1999 zijn toegelaten tot de WSNP en dat gedaagde sub 1 als bewindvoerder was benoemd. Gedaagde sub 2 werd later ook als bewindvoerder aangesteld. De rechtbank heeft de procedure en de ingediende stukken bekeken, waaronder de dagvaarding en de conclusies van antwoord, repliek en dupliek.
De rechtbank overwoog dat de bewindvoerder verantwoordelijk is voor het toezicht op de naleving van de verplichtingen van de schuldenaar, maar dat de schuldenaar zelf verantwoordelijk is voor het betalen van schulden die na de toelating tot de WSNP zijn ontstaan. De rechtbank concludeerde dat eisers niet tijdig actie hebben ondernomen tegen gedaagden, waardoor hun vordering tot schadevergoeding was verjaard. De rechtbank oordeelde dat de verjaringstermijn van vijf jaar was gaan lopen op 15 juli 2002, de dag na de succesvolle beëindiging van de WSNP-regeling voor eisers. Aangezien eisers meer dan vijf jaar hebben gewacht met het indienen van hun vordering, verklaarde de rechtbank hen niet ontvankelijk in hun vorderingen. Tevens werden eisers veroordeeld in de proceskosten van gedaagden, die zijn begroot op € 1.159,--.