ECLI:NL:RBALM:2012:BV2795
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Groener
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot gelde maken van de voormalige echtelijke woning na echtscheiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 23 januari 2012 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure waarin [verzoekster] verzocht om machtiging tot het te gelde maken van de voormalige echtelijke woning, die deel uitmaakte van de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap. Het huwelijk tussen partijen was op 23 november 2011 ontbonden, en de echtscheidingsbeschikking was op 22 juni 2011 ingeschreven. De woning, gelegen te [plaats], was belast met een hypothecaire geldlening waarvoor beide partijen hoofdelijk aansprakelijk waren. [belanghebbende] woonde in de woning en was niet verschenen op de zitting.
[verzoekster] verzocht de rechtbank om verschillende machtigingen, waaronder de mogelijkheid om de woning te verkopen en [belanghebbende] te verplichten de makelaar toegang te verlenen tot de woning. De rechtbank wees het verzoek om toegang te verlenen aan de makelaar af, omdat [verzoekster] geen afzonderlijk belang had. Ook het verzoek om [belanghebbende] te veroordelen de woning te verlaten werd afgewezen, omdat er geen wettelijke grondslag voor was en [verzoekster] onvoldoende belang had aangetoond.
De rechtbank oordeelde dat er gewichtige redenen waren om het verzoek tot machtiging tot verkoop van de woning toe te wijzen, gezien de achterstand in de hypotheekbetalingen en het feit dat de bank de verkoop had aangezegd. De rechtbank verleende [verzoekster] de machtiging om de woning te gelde te maken en bepaalde dat deze uitspraak in de plaats treedt van de noodzakelijke toestemming van [belanghebbende] voor de eigendomsoverdracht. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten droeg. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.