ECLI:NL:RBALM:2012:BV8393
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging WW-uitkering na uitbreiding werkzaamheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo geoordeeld over de beëindiging van de WW-uitkering van eiser per 1 september 2010. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder terecht heeft besloten de uitkering te beëindigen, omdat eiser zijn werkzaamheden als werknemer heeft uitgebreid. Eiser had in de 26 weken voorafgaand aan zijn werkloosheid verschillende dienstverbanden en voerde daarnaast zelfstandige werkzaamheden uit. De rechtbank oordeelt dat de uitbreiding van het aantal uren bij zijn dienstverband met [naam werkgever 2] met 2,53 uur, betekent dat eiser zijn werkzaamheden als werknemer heeft uitgebreid, wat van invloed is op zijn recht op WW-uitkering.
Eiser betoogde dat hij geen uren had uitgebreid en dat de uren die hij als zelfstandige werkte, niet meegeteld moesten worden voor de berekening van zijn WW-rechten. De rechtbank volgt deze redenering niet en stelt dat de wetgeving, met name artikel 16 en artikel 20 van de WW, bepaalt dat de beëindiging van de uitkering gerechtvaardigd is wanneer er minder dan vijf uur of minder dan de helft van de arbeidsuren verloren gaat. De rechtbank concludeert dat eiser, door de uitbreiding van zijn werkzaamheden, niet langer recht heeft op de WW-uitkering.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het bestreden besluit in stand gelaten. Eiser kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep aantekenen bij de Centrale Raad van Beroep te Utrecht.