ECLI:NL:RBALM:2012:BW5806
Rechtbank Almelo
- Kort geding
- J.H. van der Veer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van vorderingen in kort geding wegens ontbreken spoedeisend belang
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 2 mei 2012 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Curious Group B.V. en een gedaagde partij. Eiseres, Curious Group B.V., had een vordering ingesteld om toegang te verkrijgen tot belangrijke gegevens en instellingen van het Canal House Hotel, dat zij exploiteert. De vordering was gebaseerd op een aannemingsovereenkomst die op 28 juni 2010 was gesloten, waarin was afgesproken dat geschillen door arbitrage zouden worden beslecht. Tijdens de zittingen op 9 december 2011 en 25 april 2012 werd de kwestie behandeld, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten. Curious stelde dat de installaties in het hotel niet goed functioneerden en dat er storingen waren die de veiligheid van gasten in gevaar brachten. De gedaagde partij betwistte echter dat er nog sprake was van een spoedeisend belang, aangezien zij na de eerste zitting herstelwerkzaamheden had verricht.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het spoedeisend belang van Curious niet langer aannemelijk was, omdat de gedaagde partij voldoende had gedaan om de storingen op te lossen. De rechter concludeerde dat er geen reëel gevaar meer was voor de bedrijfsvoering van Curious en dat zij niet had aangetoond dat de gevorderde gegevens dringend nodig waren. Bovendien had Curious geen spoedplaatsopneming bij de Raad van Arbitrage voor de Bouw aangevraagd, wat ook een indicatie was dat er geen noodsituatie was. Daarom werden de vorderingen van Curious afgewezen en werden de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten droeg.