ECLI:NL:RBAMS:2005:AZ8051
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van Hees
- Rechtspraak.nl
Verrekening op grond van huwelijkse voorwaarden na echtscheiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 15 juni 2005 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen [eiseres], wonende te Amstelveen, en [gedaagde], wonende te Duivendrecht, betreffende de verrekening van vermogen na echtscheiding. De partijen waren gehuwd op huwelijkse voorwaarden met een uitsluiting van gemeenschap van goederen en een periodiek verrekenbeding. Het huwelijk is ontbonden op 23 mei 2001 door inschrijving van de echtscheidingsbeschikking.
De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen op 28 april 2000, de datum van feitelijk uiteengaan, de samenstelling en omvang van het te verrekenen vermogen hebben afgesproken. Tijdens de comparitie zijn er afspraken gemaakt over de waarde van de woning en de verdeling van verschillende polissen. [eiseres] vorderde betaling van de helft van het te verrekenen vermogen, met wettelijke rente vanaf 26 maart 2004, en de helft van de overwaarde van de woning.
[gedaagde] betwistte de vordering en voerde aan dat er geen verrekening moest plaatsvinden omdat de hypothecaire lening niet was afgelost. De rechtbank oordeelde dat de vordering van [eiseres] op basis van de gemaakte afspraken en de waarde van de polissen toewijsbaar was. Uiteindelijk werd vastgesteld dat [gedaagde] aan [eiseres] een totaalbedrag van € 112.203,21 verschuldigd was, dat uitvoerbaar bij voorraad werd verklaard. De proceskosten werden verrekend, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.