ECLI:NL:RBAMS:2006:AY6071

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
10 augustus 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
345723 / 06-1139 OdC
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • R. Orobio de Castro
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Auteursrechtelijke inbreuk op Hema-producten door Blokker

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 10 augustus 2006 uitspraak gedaan in een kort geding tussen HEMA B.V. en Blokker B.V. HEMA vorderde dat Blokker zich zou onthouden van inbreuk op haar auteursrechten met betrekking tot keukenhanddoeken, een vakkenpatroon voor knutselartikelen en een bloemdessin. HEMA stelde dat Blokker vrijwel identieke producten verkocht, wat inbreuk op haar auteursrechten zou vormen. De rechtbank oordeelde dat HEMA auteursrecht had op de keukenhanddoek en het vakkenpatroon, en dat Blokker inbreuk maakte door deze producten te verkopen. De rechtbank oordeelde echter dat er geen inbreuk was op het bloemdessin van HEMA, omdat het ontwerp van Blokker voldoende verschilde. HEMA had een eigen ontwerpafdeling en ontwikkelde haar producten zelf, terwijl Blokker een keten van winkels exploiteerde die ook soortgelijke producten aanbood. De voorzieningenrechter oordeelde dat de totaalindruk van de keukenhanddoek en het vakkenpatroon van HEMA en Blokker zo sterk overeenkwam dat dit een inbreuk op het auteursrecht vormde. Blokker werd veroordeeld om zich te onthouden van verdere inbreuk en om informatie te verstrekken over de inbreukmakende producten. De rechtbank bepaalde ook dat de proceskosten tussen partijen gecompenseerd zouden worden.

Uitspraak

OdC/EH
vonnis 10 augustus 2006
RECHTBANK IN HET ARRONDISSEMENT AMSTERDAM
VOORZIENINGENRECHTER IN KORT GEDING
VONNIS
i n d e z a a k m e t n u m m e r s 345723 / 06-1139 OdC v a n :
de besloten vennootschap HEMA B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
e i s e r e s in conventie bij dagvaarding van 13 juli 2006,
v e r w e e r s t e r in voorwaardelijke reconventie,
procureur mr. H.W. Wefers Bettink,
advocaten mrs. H.W. Wefers Bettink en L.A. Patberg te Amsterdam
t e g e n :
de besloten vennootschap BLOKKER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
g e d a a g d e in conventie,
e i s e r e s in voorwaardelijk reconventie,
procureur mr. S.V. Rutgers,
advocaten mrs. S.V. Rutgers en M.P.M. Fruytier te Amsterdam.
VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Ter terechtzitting van 21 juli 2006 heeft eiseres in conventie, verder te noemen Hema, gesteld en gevorderd overeenkomstig de in fotokopie aan dit vonnis gehechte dagvaarding. Gedaagde, verder te noemen Blokker, heeft verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorziening, en vervolgens in voorwaardelijke reconventie gevorderd overeenkomstig de eveneens aan dit vonnis gehechte akte. Hema heeft de vordering in reconventie bestreden. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
In conventie en in (voorwaardelijke) reconventie :
1. In dit vonnis wordt uitgegaan van de volgende feiten.
a. Hema exploiteert een keten van warenhuizen waarin zij vrijwel uitsluitend Hema-producten verkoopt die zij grotendeels zelf ontwikkelt. Zij heeft een eigen ontwerpafdeling voor de vormgeving van haar producten.
b. Blokker exploiteert een keten van winkels voor onder meer huishoudelijke artikelen en speelgoed.
c. In juni 2001 heeft een ontwerper van Hema een keukenhanddoek ontworpen die Hema sinds september 2001 op de markt brengt (zie bijlage I A). Sinds 2004 bestaat de collectie keukenhanddoeken uit de kleuren aquablauw, limegroen, fuchsiaroze, zwart en ecru. Aan de onder- en bovenkant van de handdoek is een reliëf aangebracht van vijf dikke banen waartussen dunnere banen zijn uitgespaard. De buitenste baan is extra dik. Ook aan de zijkanten zit een baan. De handdoeken hebben een stalen oog.
d. Blokker verkoopt keukenhanddoeken, aan haar geleverd door Vespo Groep B.V. (zie bijlage I B). De handdoeken hebben de kleuren aquablauw, limegroen, fuchsiaroze, zwart en ecru. Aan de onder- en bovenkant is een reliëf aangebracht van vier banen waartussen drie dunnere banen zijn uitgespaard. De buitenste baan is extra dik. De handdoeken hebben een stalen oog.
e. In mei 2002 heeft een freelance ontwerper in opdracht van Hema een ontwerp voor de verpakking voor knutselartikelen gemaakt. Het ontwerp wordt gevormd door een patroon dat bestaat uit zes gekleurde vierkanten, waarin zich verschillende afgeronde vierkanten in andere kleuren bevinden. In deze afgeronde vierkanten bevinden zich afbeeldingen van het materiaal waarop het knutselartikel betrekking heeft. Het vierkant rechtsonder op het product is geel met daarin een rood vierkant waarin de naam HEMA in gele letters staat en waarin in witte letters met zwart onderschrift wordt beschreven wat het product inhoudt. Het pakket heeft een A4-formaat. Sinds september 2002 verkoopt Hema knutselartikelen voor kinderen in deze verpakking (zie bijlage II A).
f. Blokker verkoopt schrijfblokken op A4-formaat met een voorkant waarop zes gekleurde vierkanten staan waarin zich verschillende afgeronde vierkanten in andere kleuren bevinden met weer daarin, in de kleur van de omlijsting, letters of een apenstaart. In het vlak rechtsonder staat in witte letters in het Nederlands, Frans en Duits een aanduiding van het product, te weten “schrijfblok”, “100 vel” en “lijn”(zie bijlage II B).
g. In juni 2004 heeft een ontwerper van Hema een bloemmotief-dessin ontwikkeld dat Hema gebruikte voor onder meer bekers, borden en kussenhoezen die zij sinds oktober 2004 verkoopt (zie bijlage III A).
h. In oktober 2005 heeft een freelance ontwerper in opdracht van Blokker een bloemdecor ontworpen. Blokker verkoopt onder meer mokken, onderzetters, fotolijstjes, kussens en opbergdozen met dit bloemdessin (zie bijlage III B).
i. Op 31 mei 2006 zond de raadsman van Hema aan de directie van Blokker een brief waarin zij Blokker onder meer verzoekt, dan wel sommeert, een verklaring te ondertekenen waarin zij onder meer verklaart zich te zullen onthouden van inbreuk op auteursrechten van Hema op het bloemdessin, het vakkenpatroon en de keukenhanddoeken en enig onrechtmatig handelen jegens Hema ter zake daarvan en dat zij de verkoop, distributie en verhandeling van de artikelen met het bloemdessin en het vakkenpatroon en de keukenhanddoek zal staken en gestaakt zal houden.
j. Bij fax van 6 juni 2006 heeft Blokker aan de raadsman van Hema meegedeeld dat zij niet aan het verzoek en de sommatie zou voldoen.
In conventie voorts
2. Hema vordert – kort weergegeven – dat Blokker wordt veroordeeld, op straffe van verbeurte van een dwangsom,
(A) primair om zich te onthouden van inbreuk op de auteursrechten van Hema op genoemde keukenhanddoek, het bloemdessin en het vakkenpatroon en subsidiair zich te onthouden van onrechtmatig handelen, in het bijzonder door slaafse nabootsing van de keukenhanddoek, het bloemdessin en het vakkenpatroon van Hema;
(B) om aan de raadsman van Hema opgave te doen van:
- de namen en gegevens van de leveranciers, makers, producenten en distributeurs van de keukenhanddoek, de producten met het bloemdessin en het vakkenpatroon,
- de aan Blokker geleverde aantallen, prijzen en leverdata van de keukenhanddoek, de producten met het bloemdessin en het vakkenpatroon,
- de afnemers (voorzover geen consumenten) en de verkochte aantallen, nummers, prijzen, etc.,
- de bij Blokker aanwezige voorraad van de keukenhanddoek, de producten met het bloemdessin en het vakkenpatroon,
- de met de keukenhanddoek, de producten met het bloemdessin en het vakkenpatroon behaalde omzet en winst en
(C) om de keukenhanddoeken, de producten met het bloemdessin en het vakkenpatroon die zij nog heeft aan Hema op te sturen.
(D) Ook vordert Hema dat Blokker wordt veroordeeld om aan haar te betalen het gehele salaris en de verschotten van de procureur en andere kosten die Hema heeft gemaakt naar aanleiding van het handelen van Blokker, dan wel een vergoeding conform artikel 14 van Richtlijn 2004/48/EG alsmede
(E) veroordeling in de kosten van dit geding en
(F) de termijn waarbinnen de hoofdzaak aanhangig dient te worden gemaakt te bepalen op zes maanden.
3. Daartoe stelt Hema dat Blokker inbreuk maakt op haar auteursrechten met betrekking tot het bloemdessin, het veelkleurige vakkenpatroon en de keukenhanddoek en dat zij onrechtmatig jegens haar handelt door deze slaafs na te bootsen.
Hema heeft een reputatie op het gebied van vormgeving en kleurgebruik. Eenvoud in vorm en helderheid in kleurgebruik staan bij haar voorop. Dit heeft geleid tot herkenbaarheid van haar producten als Hema-producten.
(a.) Hema heeft auteursrecht op de keukenhanddoek. Blokker heeft weliswaar betwist dat sprake zou zijn van een oorspronkelijk werk, maar zij heeft dit niet nader gemotiveerd. Door een handdoek te verkopen met een op die van Hema gelijkende binding (het reliëf aan de onder- en bovenkant) in combinatie met dezelfde kleurstelling en hetzelfde stalen oog, handelt Blokker in strijd met artikel 1 jo 12 en 13 Auteurswet (Aw). De handdoek van Blokker geeft dezelfde totaalindruk als die van Hema. Deze indruk wordt versterkt doordat de handdoek onderdeel uitmaakt van een collectie huishoudtextiel die grote gelijkenis vertoont met die van Hema. Blokker had geen noodzaak om dezelfde opvallende kleuren te gebruiken als Hema en het feit dat het trends dan wel modekleuren zouden zijn, is onvoldoende om de kleuren zo nauwgezet te volgen. Blokker heeft met het ontwerp van de handdoek onvoldoende afstand gehouden van het ontwerp van Hema waardoor sprake is van nabootsing in gewijzigde vorm. De kleuren wijken af van het gebruikelijke kleurbeeld bij Blokker. Dat Blokker de handdoek afneemt van Vespo Groep B.V. is niet aangetoond en betekent niet dat Blokker door deze te verkopen geen inbreuk maakt op het auteursrecht van Hema. Dat ook andere winkels soortgelijke handdoeken verkopen, doet niet af aan het feit dat de handdoek van Blokker een inbreuk vormt op het auteursrecht van Hema.
(b.) Hema heeft ook auteursrecht op het vakkenpatroon dat zij gebruikt voor de verpakking van knutselartikelen. Het is in opdracht van Hema ontworpen. De voorkant van het schrijfblok van Blokker is daarvan een kopie. Blokker heeft erkend dat haar ontwerp overeenkomt met dat van Hema voor wat betreft het gebruik van de primaire kleuren en een blokverdeling. Ook hier is de totaalindruk dezelfde. De voorkant van de schrijfblok is een verveelvoudiging in gewijzigde vorm van de verpakking van de knutselvoorwerpen van Hema. De voorkant van de schrijfblok van Blokker is niet een logisch vervolg op eerdere ontwerpen van Blokker voor de voorkant van haar schrijfblok. Het verweer van Blokker is heel algemeen. Dat de afbeeldingen in de vakken afwijken van die van Hema is niet relevant. Het gaat immers om het auteursrecht van Hema op het vakkenpatroon zelf. Dát heeft Blokker van Hema overgenomen.
(c.) Hema heeft ook auteursrecht op het bloemdessin. Het is ontworpen door een ontwerper van Hema. Blokker heeft het dessin tot in detail nagebootst, zowel wat de vorm en detaillering van de bloemen betreft, de combinatie met de cirkels en stippen, als wat betreft de kleurstelling. Dat Blokker met dit dessin voortborduurt op eerdere bloemdessins in haar vroegere collecties is niet aannemelijk gemaakt. Het dessin waarmee Blokker thans inbreuk maakt op het auteursrecht van Hema ligt veel verder af van de eerdere bloemenmotieven van Blokker, dan van dat van Hema. Er is weliswaar een trend van bloemendessins in de markt, maar het ontwerp van Hema onderscheidt zich daar zeer nadrukkelijk van. Het ontwerp van Hema is bovendien ouder dan de andere bloemendessins thans in de markt. Dit komt niet alleen door de vormgeving van de bloemen, maar ook door de combinatie met de andere elementen en de kleurstelling. Het ontwerp van Blokker ligt daar zeer dicht tegenaan. De totaalindruk is dezelfde, ondanks dat er in het ontwerp van Blokker meer wit zit en het in details afwijkt. Twee ontwerpers die onafhankelijk van elkaar werken, komen niet tot twee zo sterk gelijkende dessins.
Dat Hema op dit moment niet in al haar filialen nog producten met het bloemdessin verkoopt omdat deze niet meer in productie zijn en zij het bloempatroon verder wil ontwikkelen, maakt het voorgaande niet anders. Hema heeft auteursrecht op het dessin en wil het verder ontwikkelen en zich het recht voorbehouden om het ook in de toekomst te gebruiken.
Nu er een zodanige gelijkenis is tussen de producten, rust de bewijslast van feiten en omstandigheden, waaruit blijkt dat zij geen inbreuk op het auteursrecht van Hema pleegt, op Blokker. Zij heeft evenwel niet aangetoond dat zij de inbreukmakende producten zelf eerder heeft ontworpen, noch dat zich een bijzondere omstandigheid heeft voorgedaan waarmee het vermoeden van ontlening kan worden weerlegd. De producten van Hema waren alle al minstens een jaar op de markt toen Blokker met haar producten kwam. Mede doordat Blokker en Hema concurrenten zijn, kan ervan worden uitgegaan dat Blokker de ontwerpen van Hema kende.
Er is een duidelijk patroon van oneerlijke mededinging. Voor wat betreft alle drie de producten bootst Blokker zonder noodzaak met haar ontwerp de ontwerpen van Hema slaafs na. Hema heeft met haar producten een eigen positie in de markt. Dit blijkt uit de verkoopcijfers. Haar producten onderscheiden zich van concurrerende producten. De slaafse nabootsing door Blokker veroorzaakt verwarringsgevaar bij het in aanmerking komende publiek, de consument. Er zijn zoveel punten van overeenstemming dat het publiek dat de Hema-producten kent, bij het zien van het Blokker-product kan denken dat dit ook een Hema-product is. Blokker had ook voor een ander ontwerp kunnen kiezen zonder af te doen aan de deugdelijkheid of bruikbaarheid van de producten. Dit geldt te meer voor de gekozen kleuren.
De werkelijk door Hema gemaakte kosten voor juridische bijstand dienen, mede gelet op het bepaalde in artikel 14 van Richtlijn 2004/48/EG van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele eigendomsrechten (hierna de richtlijn), voor rekening te komen van Blokker. Blokker heeft na de sommatie van Hema op 31 mei 2006 de inbreuk, althans de slaafse nabootsing niet gestaakt en zij heeft de onthoudinsverklaring niet getekend. Zij heeft zich slechts bediend van algemene verweren. Door deze opstelling is Hema gedwongen tot het maken van hoge kosten.
4. Blokker heeft zich gemotiveerd tegen de vordering verweerd, welk verweer voorzover nodig hierna zal worden besproken.
In (voorwaardelijke) reconventie voorts
5. Blokker vordert in voorwaardelijke reconventie – kort samengevat – dat Hema, indien haar eis in conventie wordt afgewezen, wordt veroordeeld tot betaling van een voorschot op de door Blokker geleden schade ter hoogte van € 24.484,=. Daartoe stelt zij dat Hema’s vordering zo ver gaat dat zij wist, of had moeten weten, dat deze niet zou worden toegewezen. De vordering heeft de organisatie van Blokker zwaar belast. Doordat Blokker-personeel veel tijd heeft besteed aan het voorbereiden van deze procedure, hebben zij geen andere, nuttigere zaken, kunnen doen. Hema is verantwoordelijk voor de aldus geleden schade. Voor wat betreft de handdoeken, had Hema ook Vespo Groep B.V., de leverancier, kunnen aanspreken. Blokker heeft een spoedeisend belang bij haar schadevordering. Dit belang is gerelateerd aan het spoedeisend belang van de vordering van Hema.
6. Hema heeft de (voorwaardelijke) reconventionele vordering gemotiveerd bestreden.
Beoordeling van het geschil
In conventie
7. Blokker heeft betwist dat Hema auteursrecht kan doen gelden op de ontwerpen van de handdoek, het vakkenpatroon en het bloemdessin aangezien geen sprake is van een eigen oorspronkelijk karakter en het persoonlijk stempel van de maker.
(a) Hema grondt haar auteursrecht op de vijf door haar in het geding gebrachte keukenhanddoeken op de combinatie van de kleurstelling, het patroon en de metalen ring. Blokker heeft betoogd dat geen sprake is van een eigen karakter van genoemde combinatie omdat een kleur niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt, de ring een technisch bepaald element is dat al lang gangbaar is en het patroon al enige jaren bekend is. Zij heeft verder aangevoerd dat de handdoek niet afwijkt van wat gebruikelijk is in de markt. Blokker wordt weliswaar gevolgd in haar betoog dat op kleurgebruik en op gangbare technische elementen als een ring op zich geen auteursrecht mogelijk is, maar met Hema wordt geoordeeld dat de combinatie van de drie genoemde onderdelen van het ontwerp een eigen oorspronkelijk karakter creëert waardoor de handdoek het persoonlijk stempel van de maker draagt. Dat de handdoek niet afwijkt van hetgeen gebruikelijk is in de markt, is voorts niet gebleken aangezien geen van de daartoe ter zitting door Blokker getoonde handdoeken uit de markt de drie genoemde elementen combineert. De Hema-handdoek komt dan ook voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking.
(b) Ter onderbouwing van haar standpunt dat Hema geen auteursrecht heeft op het vakkenpatroon heeft Blokker aangevoerd dat het gebruik van primaire kleuren al dan niet in combinatie met een blokverdeling een eigen oorspronkelijk karakter mist. Ook heeft Blokker naar voren gebracht dat het gebruik van primaire kleuren in blokverdeling al tientallen jaren wordt gebruikt voor talloze verpakkingen, met name voor speelgoed en kinderboekjes van verschillende winkels.
Anders dan Blokker stelt, gaat het hier naar het oordeel van de voorzieningenrechter evenwel om een specifiek gebruik van genoemde blokken en primaire kleuren, waarbij consequent zes afgeronde vierkanten in zes niet-afgeronde vierkanten zijn geplaatst en in de binnenste vierkanten informatie is opgenomen met betrekking tot het product. Ook hier geldt dat het gebruik van de kleuren op zich niet auteursrechtelijk beschermd is, maar dat het gebruik van die kleuren in combinatie met de gebruikte vormen op de hiervóór omschreven specifieke wijze daarvoor wel degelijk in aanmerking komt. Daardoor worden noch de kleuren noch de blokken gemonopoliseerd. Dat primaire kleuren in blokverdeling vaker wordt gebruikt voor speelgoed en kinderboekjes maakt dit, wat daar ook van zij, niet anders. In het bijzonder het eerdere gebruik van vierkanten door Blokker, zoals ter zitting getoond, is van geheel andere aard en mijlenver van het thans aan de orde zijnde gebruik van blokken verwijderd. Ook het door Hema gebruikte vakkenpatroon komt dus voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking.
(c) Blokker heeft verder betoogd dat het bloemdessin van Hema niet “eigenzinnig” is en dat het fenomeen bloemdessin al decennialang wordt gebruikt en daardoor tot het publieke domein behoort. Bovendien, aldus Blokker, wordt de markt thans overspoeld door soortgelijke bloemdessins als dat van Hema.
Het bloemdessin van Hema bestaat uit bloemen in verschillende maten en in heldere kleuren (met name roze, licht- en donkerblauw, oranje, geel, rood en groen) ogenschijnlijk willekeurig door elkaar geplaatst op een witte achtergrond. Tussen de bloemen staan verder stippen, kransen van stippen, hartvormige blaadjes en groene stelen, in wederom een ogenschijnlijk willekeurige ordening. De bloemen zijn zo groot en talrijk dat er meer kleur is te zien dan witte achtergrond.
Door het aparte gebruik van bloemen met stippen en hartvormige blaadjes in heldere kleuren tegen een witte achtergrond heeft dit dessin een specifieke uitstraling. Het is dan ook voldoende oorspronkelijk en het draagt voldoende het stempel van de maker om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen. Daarmee wordt het gebruik van een bloemenmotief niet gemonopoliseerd, zoals Blokker lijkt te suggereren. Het bloemmotief zelf is immers zo oud als de wereld, maar kan op zeer uiteenlopende wijzen worden toegepast.
8. Nu Hema auteursrecht kan doen gelden op de handdoeken, het vakkenpatroon en het bloemdessin dient thans te worden beoordeeld of Blokker met haar producten inbreuk maakt op de auteursrechten van Hema.
(a) Met betrekking tot de keukenhanddoek geldt het volgende. Het ontwerp van Hema verschilt op een aantal punten van dat van Blokker: vier banen bij Blokker versus vijf banen bij Hema, een iets bredere rand aan de zijkanten bij Hema dan bij Blokker, iets helderdere kleuren bij Hema en een iets ander formaat. Die verschillen zijn evenwel gering en op het eerste gezicht verwaarloosbaar. De overeenkomsten op de drie eerder genoemde punten – kleurstelling, reliëf en stalen oog – zijn zo groot dat over het geheel genomen gezegd kan worden dat de keukenhanddoeken van de twee bedrijven zo sterk overeenstemmen dat de totaalindruk dezelfde is. De gemiddelde consument zal niet steeds de handdoeken van Hema naast die van Blokker te zien krijgen, zodat het onderscheid nauwelijks te maken is. De conclusie is dan ook dat de Blokker-keukenhanddoek een inbreuk vormt op het auteursrecht van Hema op haar keukenhanddoeken. Dat Blokker de handdoek bij Vespo Groep B.V. inkoopt maakt dit niet anders
(b) Ter bestrijding van de stelling dat de voorkant van haar schrijfblok met het vakkenpatroon een inbreuk vormt op de vormgeving van Hema’s verpakking van knutselproducten, heeft Blokker aangevoerd dat het dominante bestanddeel in beide ontwerpen gevormd wordt door de afbeeldingen in de vlakken en dat die nu juist sterk verschillen. Dit betoog wordt niet gevolgd. Zoals hiervóór is overwogen, is hier sprake van een specifiek gebruik van primaire kleuren, waarbij consequent zes afgeronde vierkanten in zes niet-afgeronde vierkanten zijn geplaatst, en heeft Hema auteursrecht op dit vakkenpatroon. Bij eerste beschouwing van de twee producten, springt het vakkenpatroon allereerst in het oog, terwijl pas in tweede instantie wordt waargenomen wat daarin is afgebeeld. De overeenkomsten springen meteen in het oog: als de afbeeldingen op de vlakken en de tekst in het vlak rechtsonder worden weggedacht, is er geen enkel verschil tussen de twee ontwerpen, behalve mogelijk een verschillende kleurencombinatie in een enkel vak (roze bij het Blokker-product in plaats van paars bij het Hema-product en meer oranje bij het Blokker-product). De gemiddelde consument die de Hema-verpakkingen kent en die de schrijfblok van Blokker onder ogen krijgt, zal in eerste instantie denken dat het gaat om een Hema-product. Daarbij speelt verder een rol dat beide producten een A4-formaat hebben. De slotsom is dat de totaalindruk gelijk is en dat de voorkant van de schrijfblok een inbreuk vormt op het auteursrecht op de vormgeving van de Hema-knutselproducten. Dat het bij het Hema-product om een verpakking gaat die bij gebruik wordt weggegooid maakt dit niet anders. Het gaat immers om het moment in de winkel waarop consumenten de producten zien en beslissen over de aanschaf.
(c) Voor wat betreft het bloemdessin wordt als volgt overwogen. Tussen de ontwerpen van Hema en Blokker zijn grote overeenkomsten. Zo maken beide gebruik van dezelfde heldere kleuren en van tussen de bloemen ogenschijnlijk willekeurig geplaatste stippen(patronen) en andere versieringen. Beide hebben een witte achtergrond en gebruiken het dessin op slopen, bekers en borden dan wel onderzetters. Het ontwerp van Blokker doet aldus wel denken aan dat van Hema. Toch zijn er in het oog springende verschillen. De bloemen in het dessin van Blokker zijn over het algemeen kleiner en minder prominent aanwezig dan die in het dessin van Hema. Het geheel oogt bij Blokker fijnmaziger dan bij de forsere aanpak van Hema terwijl het dessin van Blokker ook meer wit bevat dan dat van Hema. Op detail kan onderscheiden worden dat bij Blokker niet alleen bloemen en stippen zijn gebruikt, maar ook vlinders en sterren, terwijl de stippenkransen bij Blokker meer vaart hebben doordat de kransen niet gesloten zijn en de stippen oplopend zijn in afmeting, waardoor een soort vuurwerk-effect wordt verkregen. Al met al voeren bij het Hema-dessin de bloemen de boventoon, terwijl bij het Blokker-dessin de witte achtergrond en de kleine ornamenten het meest in het oog springen waardoor de totaalindruk tussen de twee verschillend is. Van auteursrechtelijke inbreuk op het Hema-bloemendessin is dan ook geen sprake.
9. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van de verschillen tussen de twee bloemendessins, kan evenmin gezegd worden dat het Blokker-dessin een slaafse nabootsing is van dat van Hema.
10. Blokker heeft ook betoogd dat Hema geen spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen. Door de aard van het gevorderde en het belang van Hema dat de desbetreffende producten zo snel mogelijk uit het economisch verkeer worden gehaald en daarin niet terugkeren, is het spoedeisend belang van Hema echter voldoende aangetoond.
11. Het primair gevorderde onder 2 (A) is voor wat betreft de handdoeken en de schrijfblokken toewijsbaar, met dien verstande dat de termijn waarbinnen Blokker aan de veroordeling zal moeten voldoen, zal worden gesteld op twee werkdagen na betekening van dit vonnis. De dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd als na te melden.
12. De nevenvorderingen als weergegeven onder 2 (B) en (C) zijn voor wat betreft de handdoeken en het vakkenpatroon in beginsel ook toewijsbaar. Blokker heeft betoogd dat de in de dagvaarding genoemde termijn van tien dagen voor het doen van opgave van de informatie voor haar onhaalbaar is. Hema heeft ter zitting meegedeeld geen bezwaar te hebben tegen een termijn van 25 dagen. Gelet op het feit dat thans sprake is van een vakantieperiode, Hema een controle en waarmerk van een registeraccountant vordert en het gaat om gedetailleerde informatie, zal de termijn worden bepaald op 40 dagen. De gevorderde termijn van 30 dagen voor het verzenden van de inbreukmakende producten naar Hema ter vernietiging (2 (C)) komt niet onredelijk voor.
13. Hema heeft ook gevorderd dat Blokker wordt veroordeeld tot betaling van het volledige salaris en de verschotten van de procureur en andere kosten die Hema heeft moeten maken naar aanleiding van het handelen van Blokker, althans een vergoeding conform artikel 14 van de richtlijn. Daarnaast heeft Hema veroordeling gevorderd van Blokker in de kosten van dit geding. In het midden kan worden gelaten of deze twee vorderingen naast elkaar kunnen bestaan. Al aangenomen dat dit zo is, zullen de kosten van dit geding conform artikel 237 lid 1 Rv tussen partijen worden gecompenseerd aangezien zij over en weer in het (on)gelijk worden gesteld. Voor zover het betreft de vordering tot volledige vergoeding van salaris en verschotten, gaat het in wezen om een geldvordering, waarover partijen overigens van mening verschillen. Dit onderdeel van de vordering wordt niet spoedeisend geacht en komt daarom niet in aanmerking voor behandeling in kort geding. Bovendien leent het kort geding zich niet voor een onderzoek naar de omvang van deze kosten. Dit onderdeel van de vordering wordt dus afgewezen.
14. De termijn als bedoeld in artikel 260 Rv wordt redelijkheidshalve gesteld op drie maanden.
In voorwaardelijke reconventie voorts
15. Nu Hema in conventie deels in het gelijk zal worden gesteld, dient thans te worden beoordeeld of en zo ja in hoeverre Blokker aanspraak kan maken op vergoeding van de door haar vanwege deze procedure geleden schade. Hiervoor geldt hetzelfde als is overwogen in rechtsoverweging 13, zodat de vordering in reconventie zal worden afgewezen.
16. Blokker zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van dit geding in reconventie gevallen aan de zijde van Hema, die gezien de samenhang met de conventie zullen worden bepaald op nihil.
BESLISSING IN KORT GEDING
De voorzieningenrechter:
In conventie :
1. Veroordeelt Blokker, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 2.000,= voor elke dag dat zij niet volledig aan deze veroordeling voldoet, met een maximum van € 25.000,=, om zich binnen twee werkdagen na betekening van dit vonnis te onthouden van inbreuk op de auteursrechten van Hema op de in dit vonnis omschreven keukenhanddoek en het vakkenpatroon door het staken en gestaakt houden van het openbaar maken en/of verveelvoudigen van de door Blokker in het verkeer gebrachte keukenhanddoek en het schrijfblok met het vakkenpatroon, zoals omschreven in het lichaam van dit vonnis, waaronder tevens is te verstaan het (doen) vervaardigen, het (doen) invoeren, het (doen) verkopen, te koop (doen) aanbieden, (doen) verhuren, te huur (doen) aanbieden, ten toon te (doen) stellen, te (doen) leveren, te (doen) gebruiken, dan wel het in voorraad te (doen) hebben voor een van deze doeleinden of anderszins te verhandelen van de inbreukmakende zaken.
2. Veroordeelt Blokker, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 2.000,= voor elke dag dat zij niet volledig aan deze veroordeling voldoet, met een maximum van € 25.000,=, om binnen 40 dagen na betekening van dit vonnis aan de advocaat van Hema, mr. H.W. Wefers Bettink, te doen toekomen een schriftelijke, door een registeraccountant gecontroleerde en gewaarmerkte, opgave van de volgende informatie:
- de leveranciers, makers, producenten en distributeurs van wie Blokker het schrijfblok met het inbreukmakende vakkenpatroon en de inbreukmakende keukenhanddoeken heeft verkregen, onder mededeling van de desbetreffende adressen, telefoon- en telefaxnummers;
- de aan Blokker geleverde aantallen, prijzen en leverdata van de inbreukmakende artikelen, per artikel gerangschikt per leverancier, maker, producent of distributeur van de artikelen;
- de afnemers (voor zover geen consumenten), alsmede de verkochte aantallen, nummers, prijzen, leverdata en afleveradressen van elk van de inbreukmakende artikelen, zulks gerangschikt per afnemer en vestiging;
- de bij Blokker aanwezige voorraad van de inbreukmakende artikelen, onder vermelding van de locatie waar de artikelen zich bevinden;
- de met de inbreukmakende artikelen behaalde omzet en winst, per artikel uitgesplitst, met de verschillende ter berekening van de winst op de omzet in mindering gebrachte kostenposten, voorzien van duidelijke en gedetailleerde schriftelijke bewijsstukken, waarbij bij de berekening van de winst alleen kosten in mindering mogen worden gebracht die direct toe te rekenen zijn aan de desbetreffende artikelen.
3. Veroordeelt Blokker, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,=, met een maximum van € 25.000,=, om binnen 30 dagen na betekening van dit vonnis de gehele voorraad inbreukmakende zaken op kosten van Blokker en op een door Hema aan te geven wijze te verzenden naar een of meer door Hema aan te geven adressen, dan wel, naar keuze van Hema, de artikelen op kosten van Blokker, te doen vernietigen onder toezicht van een deurwaarder die van die vernietiging uiterlijk 40 dagen na betekening van dit vonnis verslag dient te doen aan Hema.
4. Bepaalt de termijn voor het instellen van de eis in de hoofdzaak als bedoeld in artikel 260 Rv op drie maanden.
5. Compenseert de proceskosten aldus, dat iedere partij de eigen kosten draagt.
6. Verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
7. Wijst het meer of anders gevorderde af.
In reconventie :
8. Weigert de gevraagde voorziening.
9. Veroordeelt Blokker in de kosten van dit geding, tot heden aan de zijde van Hema begroot op nihil.
10. Verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Gewezen door de vice-president mr. R. Orobio de Castro, voorzieningenrechter in kort geding in de rechtbank te Amsterdam, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van donderdag 10 augustus 2006, in tegenwoordigheid van de griffier.
Coll.: