ECLI:NL:RBAMS:2008:BD1526
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van Hees
- Rechtspraak.nl
Zorgplicht van een middelbare school voor een leerling met dyslexie
In deze zaak vorderden eisers, bestaande uit [eiseres 1] en haar ouders, een verklaring voor recht dat de school, HET AMSTERDAMS LYCEUM, toerekenbaar tekortgeschoten is in haar verplichting om [eiseres 1] adequaat onderwijs te verstrekken. [eiseres 1] had van augustus 2001 tot juli 2006 op de school gezeten en had te maken met dyslexie. De eisers stelden dat de leraar Frans, [leraar], geen rekening hield met de dyslexie van [eiseres 1] en dat de school niet corrigerend had opgetreden. De school betwistte deze claims en stelde dat er geen afspraken waren gemaakt over de wederzijdse rechten en plichten, en dat er geen sprake was van een onrechtmatige daad.
De rechtbank oordeelde dat de school niet tekortgeschoten was in haar zorgplicht. De rechtbank baseerde haar oordeel op verschillende feiten, waaronder het dyslexiebeleid van de school en de communicatie tussen [eiseres 1] en de school. De rechtbank concludeerde dat de slechte cijfers van [eiseres 1] niet automatisch betekenden dat de school geen deugdelijk onderwijs had geboden. De school had op verschillende momenten met [eiseres 1] en haar ouders gesproken over haar prestaties en had het dyslexiebeleid toegepast. De rechtbank oordeelde dat de school niet verplicht was om [eiseres 1] te bevorderen naar 4 VWO, gezien haar tekortpunten.
Uiteindelijk wees de rechtbank de vorderingen van eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten. Dit vonnis werd uitgesproken op 14 mei 2008 door mr. M. van Hees.