2.4. In een proces-verbaal van 19 november 2008, opgemaakt door [persoon 2], buurtregisseur in de Dichtersbuurt (in het proces-verbaal buurt 1 genoemd) en haar collega’s [persoon 4] en [persoon 5], staat onder meer het volgende:
“Met betrekking tot de harddrugsverslaafden is het ons (…) bekend dat zij dagelijks in grote getalen deze buurt in komen dan wel in de buurt verblijven en enorme onveiligheidsgevoelens veroorzaken bij de buurtbewoners. (…)
Met betrekking tot de harddrugverslaafde: (…) (gedaagde,vzr.)
een harddruggebruiker is en sedert vrijdag 1 augustus 2008 vanwege het veroorzaken van overlast op last van de rechter uit zijn woning is gezet.
(…)
Voorts is het ons uit eigen bevindingen en verklaringen van buurtbewoners, bekend dat (…) (gedaagde,vzr.) sindsdien dagelijks en ook ’s-avonds en ’s-nachts in buurt 1 verblijft. In recente registraties en verklaringen van harddruggebruikers en van (…) (gedaagde, vzr.) is af te lezen dat:
- (…) (gedaagde, vzr.) zich, na zijn uitzetting, dagelijks in buurt 1 ophoudt, onder meer in drugs- en overlastpanden in buurt 1 verblijft en in buurt 1 en omliggende buurten op de openbare weg hangt,
- (…) (gedaagde, vzr.) in buurt 1 harddrugs koopt en daarmee het drugsprobleem in buurt 1 in stand houdt.
Navolgend volgt een opsomming van mutaties en bevindingen ten aanzien van (…) (gedaagde, vzr.) over de periode van 14 juli 2008 (vanaf twee weken voor het vertrek van (…) (gedaagde, vzr.) uit zijn woning), tot heden: (…)
Maandag 4 augustus 2008, omstreeks 19.15 uur:
(…)
Voorts hoorde hij C. tegen (…)(gedaagde, vzr.) zeggen: “Dan moet je snel zijn, want hij heeft nu spul bij zich.” Vervolgens zag deze buurtbewoner (…) (gedaagde, vzr.) wegfietsen in de richting van (…) genoemd pleintje.”
Maandag 11 augustus 2008, omstreeks 13.30 uur
Huisbezoek buurtregisseur: Ik, eerste verbalisant, spreek op genoemde datum in zijn woning, welke in buurt 1 is gelegen een harddrugverslaafde. Het is mij bekend, dat deze woning is aangemerkt als drugs- en overlastpand. Ik hoor genoemde harddrugverslaafde onder meer aan mij verklaren, dat:
- F(..) nu elders een woning heeft, maar dagelijks bij hem op visite komt,
- F(..) net als zijn broer op zijn rug zit en hiermee bedoelt, dat ze op zijn zak teren, van hem eten en zijn geld opmaken, (…)
Het is ambtshalve bekend, dat (…) (gedaagde, vzr.) is bijgenaamd F(..) en dat er geen andere harddrugverslaafden binnen dit wijkteamgebied zijn, welke als F(..) zijn bijgenaamd. (…)
Donderdag 14 augustus 2008, omstreeks 17.50 uur:
Handel in harddrugs: Op genoemde datum en tijdstip zag ik, eerste verbalisant, een mij ambtshalve bekende harddrugdealer samen met (…) (gedaagde, vzr.)
bij de bankjes op de kruising (…) staan (buurt 1…). Ik zag, dat de harddrugdealer, nadat hij mij zag, vrijwel meteen vertrok. (…)
Woensdag 17 september 2008, omstreeks 17.00 uur
Heling: Op genoemde dag en tijd meldt een buurtbewoner, dat er een fiets werd aangeboden op de hoek van (…) (buurt 1). De fiets zou worden aangeboden door een harddrugverslaafde (…). (…) Later op deze dag deed betreffende buurtbewoner wederom melding en verklaarde omtrent een persoon, welke op genoemde fiets reed. Ter plaatse gekomen politiemensen treffen (…) (gedaagde, vzr.) op betreffende mountainbike aan. Het framenummer van de fiets bleek doorgeveild, waardoor de fiets niet te traceren viel en men (…) (gedaagde, vzr.) liet gaan.