ECLI:NL:RBAMS:2009:BK6078
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- M.Y.C. Poelmann
- Rechtspraak.nl
Ontruimingsvordering in kort geding afgewezen wegens gebrek aan spoedeisend belang
In augustus 2009 zijn verschillende appartementen in Amsterdam gekraakt, die sinds 2006 niet meer bewoond waren. De eigenaar, [eisers], heeft in de jaren voorafgaand aan de kraak weliswaar werkzaamheden verricht aan de appartementen, maar de renovatie vond in een traag tempo plaats. Hierdoor was het niet aannemelijk dat de appartementen spoedig op de markt zouden komen. De eigenaar vorderde ontruiming van de appartementen, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat er geen spoedeisend belang was bij de ontruiming. De vordering werd afgewezen omdat er een grote kans bestond dat de appartementen na ontruiming leeg zouden blijven staan, wat onaanvaardbaar zou zijn gezien de krapte op de huizenmarkt in Amsterdam.
De voorzieningenrechter stelde vast dat de appartementen sinds de verlening van de splitsingsvergunning in 2006 niet bewoond waren en dat de eigenaar onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de renovatie in een vergevorderd stadium was. De overgelegde producties gaven geen overtuigend bewijs dat de appartementen snel in de verkoop zouden komen. De voorzieningenrechter concludeerde dat de eigenaar geen spoedeisend belang had bij de ontruiming, mede omdat de psychische en fysieke gesteldheid van de eigenaar niet zou verbeteren door de ontruiming. De vordering tot ontruiming werd afgewezen, en de eigenaar werd veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden.
De uitspraak benadrukt het belang van een spoedeisend belang bij ontruimingsvorderingen in kort geding en de noodzaak om aannemelijk te maken dat ontruiming niet tot ongerechtvaardigde leegstand leidt. De voorzieningenrechter verleende verstek tegen de niet verschenen gedaagden, maar wees de vordering af omdat de eigenaar geen belang had bij een veroordeling jegens hen. Het vonnis werd uitgesproken door mr. M.Y.C. Poelmann, voorzieningenrechter, op 29 oktober 2009.