ECLI:NL:RBAMS:2009:BO8055
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. de Vries
- M.J. van der Meer
- A. Jansen
- Rechtspraak.nl
Tussenbeslissing in Passage-proces met betrekking tot 3D-animatie en beginsel van equality of arms
Op 2 juli 2009 heeft de Rechtbank Amsterdam een tussenbeslissing genomen in het Passage-proces, waarin de rol van een 3D-animatie in de bewijsvoering centraal staat. De rechtbank stelt dat de 3D-animatie geen zelfstandige bewijskracht heeft, maar dient als hulpmiddel voor het Openbaar Ministerie (OM) om objectieve gegevens helder te presenteren. De rechtbank heeft de animatie twee keer bekeken, met instemming van de raadslieden, en benadrukt dat de verdediging ook de mogelijkheid moet krijgen om scenario's in te brengen die in de animatie kunnen worden verwerkt.
De rechtbank overweegt dat het beginsel van equality of arms inhoudt dat de verdediging op gelijke wijze als het OM scenario's moet kunnen presenteren, maar niet noodzakelijkerwijs met meer geavanceerde middelen. De rechtbank heeft de stukken in handen gegeven van de rechter-commissaris om getuigen te horen en verdere stappen te ondernemen in het belang van het onderzoek. De raadslieden kunnen een scenario indienen bij de officier van justitie, dat moet aansluiten bij de objectieve gegevens uit het dossier. De technische recherche beoordeelt of dit scenario voldoende aansluit en kan worden gevisualiseerd in de 3D-animatie.
Tegelijkertijd heeft de rechtbank enkele verzoeken van de verdediging afgewezen, waaronder het verzoek om de gehele 3D-animatie ter beschikking te stellen aan verdachte [naam 2] op zijn cel, en het verzoek om deskundige [naam 3] te horen. De rechtbank heeft het onderzoek tegen de verdachten [naam 5], [naam 6], [naam 2] en [naam 1] geschorst voor onbepaalde tijd, met een maximum van 90 dagen, vanwege de drukke agenda van de rechtbank. De planning voorziet in de behandeling van andere zaken waarin de verdachten betrokken zijn, wat de schorsing noodzakelijk maakt.