ECLI:NL:RBAMS:2011:BQ3600
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.J. Polak
- Rechtspraak.nl
Tijdigheid van bezwaar tegen ongeldigverklaring rijbewijs
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 22 maart 2011 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de tijdigheid van een bezwaarschrift. Eiser, vertegenwoordigd door mr. R.P. Kuiper, had bezwaar aangetekend tegen de ongeldigverklaring van zijn rijbewijs door de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, vertegenwoordigd door mr. J.J. Kwant. De ongeldigverklaring vond plaats omdat eiser niet tijdig de kosten voor een geschiktheidsonderzoek had betaald. Het primaire besluit werd op 17 mei 2010 verzonden, en de wettelijke termijn voor het indienen van bezwaar liep tot en met 28 juni 2010. Eiser heeft zijn bezwaarschrift echter pas op 30 juni 2010 ingediend, wat leidde tot de niet-ontvankelijkheid van het bezwaar.
De rechtbank overwoog dat het bezwaarschrift niet tijdig was ingediend, omdat eiser niet kon aantonen dat het bezwaarschrift voor het verstrijken van de termijn ter post was bezorgd. De rechtbank stelde vast dat de datumstempel van TNT Post geen zekerheid bood over de tijdige verzending, en dat eiser geen bewijs had geleverd dat het bezwaarschrift tijdig was verzonden. De rechtbank benadrukte dat het op de weg van eiser lag om aannemelijk te maken dat het bezwaarschrift tijdig was verzonden, wat niet was gelukt.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was om de verweerder te veroordelen tot vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 22 maart 2011.